“We moeten ouderen verleiden om door te stromen naar een kleiner huis”

De doorstroom challenge van de gemeente Utrecht, die in het teken stond om de doorstroming op de woningmarkt te bevorderen is een jaar geleden geëindigd. Toch denken oppositie raadslid Hessel Stellinga van het CDA en coalitie raadslid Meike Hellevoort van GroenLinks dat er nog meer stappen moeten worden genomen om de doorstroming op de woningmarkt te verbeteren. Dit zou volgens de raadsleden één van de benodigdheden zijn om de Utrechtse woningproblematiek op te lossen.

Cijfers van Springco analytics bevestigen de visie van de raadsleden. Zo woont zeventig procent van de 60 tot 64-jarige Nederlanders in een te groot huis, dit percentage loopt nog verder op tussen 65- en 79-jarigen. Toch ligt dit in veel gevallen niet aan de ouderen zelf.

Bovenstaande grafiek laat zien dat 88 procent van de 55-plussers heeft nagedacht over hun huidige woonsituatie, dit door bijvoorbeeld aan een verhuizing te denken. De cijfers van Vereniging Eigen Huis en het Ruigrok Net Panel laten verder zien dat 44 procent van deze mensen ook echt stappen heeft ondernemen. Hiervan is daadwerkelijk 38 procent al verhuisd, en is 20 procent hard op zoek naar een nieuwe woning.

Stellinga wil de moeizame doorstroming ook niet wijten aan de ouderen zelf. “Die ouderen willen graag in hun eigen buurt blijven bij een verhuizing, maar er zijn geen seniorenwoningen in de eigen wijk”. Hij vindt dit kwalijk, omdat hierdoor relatief grotere woningen niet terecht komen bij de jonge starters die de huizen nodig hebben.

NVM-makelaar Huib Eijlander van De Keizer makelaars Utrecht ziet dat er toch meer achter zit dan alleen maar het tekort aan geschikte huizen. “Ouderen zien tegen het verhuizen op. Het is alsof je een oud beestje uit zijn veilige omgeving haalt.” Daarnaast merkt de makelaar op dat ouderen die willen doorstromen ook nog een aantal eisen hebben. “Je hebt het hier over mensen die nog heel actief zijn en bijvoorbeeld hobby’s hebben, zoals tuinieren in de achtertuin, en daar moet ruimte voor zijn.”

Oplossingen

Volgens raadslid Hellevoort is het belangrijk dat ouderen worden verleid om door te stromen op de koop en huurmarkt. “Voorrang op woningen in de eigen wijk is een goede manier om de doorstroming te bevorderen, maar daarnaast zijn er nu ook experimenten bezig om juist ouderen te ondersteunen en te vragen wat zij nodig hebben om te verhuizen”. Hellevoort ziet dat dit helpt en wil hier nog meer op inzetten.

Stellinga denkt dat het doorstroomprobleem landelijke aanpak vergt. Daarbij doelt hij op de invoering van de nieuwe woningwet. Vanuit deze wet kunnen gemeenten worden gedwongen om meer midden koop- en huurwoningen te bouwen. “Er zijn al heel veel sociale huurwoningen en vrije sector huizen in Utrecht, maar eigenlijk wil je dat iemand door kan stromen van sociaal naar midden”.

Beide raadsleden zien in de stad dat oude, maar ook jonge mensen in hun eigen buurt willen blijven wonen. Hellevoort en Stellinga vinden dat er geprobeerd moet worden dit mogelijk te maken. Hier kijkt Eijlander bij ouderen anders naar. “De vertrouwde omgeving is vertrouwd door de herinnering, niet door de mensen die er wonen”. Volgens de makelaar liggen er daar kansen om met 60-plussers te praten en ze over te halen om nieuwe herinneringen te creëren in een nieuwe wijk met leeftijdsgenoten en gelijkgestemden.

Waar dan

In de Ruimtelijke Strategie Utrecht van 2040 zijn een aantal binnenstedelijke bouwlocaties aangewezen. Waaronder de bouw van drieduizend woningen op het jaarbeurskwartier. Stellinga ziet als een grote uitdaging om deze nieuw locaties interessant te maken voor de doorstromers zodat zij hun huidige woning ervoor willen verlaten. “Als in een bepaalde wijk veel ouderen te grote woningen bezet houden dan moet de gemeente ervoor zorgen dat er in die wijk er goede doorstromingsmogelijkheden komen voor deze ouderen. Alleen dit is lastig te realiseren, daarom is het belangrijk dat er gekeken wordt wat je waar bouwt.”

De twee raadsleden zijn het over een aantal dingen ook eens. Ze vinden beide dat transformatie van kantoorpanden naar woonappartementen een goede manier is om doorstroming snel op gang te brengen. “In Papendorp en Rijnsweerd staan relatief veel kantoorpanden, daar kunnen woningen in gemaakt worden”, aldus Hellevoort. Stellinga ziet dit ook voor zich. “In die kantoorpanden kunnen jonge en oude mensen samenleven.”

Of dit mogelijk is, is nog maar de vraag. Uit een rondgang van LinkedIn onder honderd Nederlandse topmanagers blijkt dat werkgevers het aantal thuiswerkuren wil terugdringen. Toch verwachten beide raadsleden dat dit het omvormen van kantoorpanden in de stad niet in de weg zal staan.

Eijlander ziet wel een probleem bij het doorstromen van ouderen naar appartementen. “Je merkt dat jongere mensen ook steeds vaker in een appartement willen wonen met evenveel kamers en buitenruimte als oudere mensen”. Dit kan volgens de makelaar ervoor zorgen dat iedereen hetzelfde huis wil hebben.

Rijnenburg

Over het bouwen van woningen in Rijnenburg zijn de twee partijen het niet met elkaar eens. Naar deze mogelijke nieuwe wijk zouden onder andere ook ouderen kunnen doorstromen. “Wij als GroenLinks zijn geen groot voorstander van bouwen in Rijnenburg, dit omdat het één van de laatste stukken groen in de stad is, hier kan groene energie opgewekt worden en kan er worden gerecreëerd. Hiernaast ligt er  geen openbaar vervoer verbinding en missen er voorzieningen.”, aldus Hellevoort. Daarbij ziet het raadslid dat er op dit moment nog steeds goede plekken zijn in de stad om te bouwen die de leefbaarheid van de stad niet in de weg staan, “bijvoorbeeld de Cartesiusdriehoek en de Merwedekanaalzone.”

Stellinga ziet buitenstedelijk bouwen als noodzakelijk om de wooncrisis op te lossen. “Als je heel veel wil bouwen is buitenstedelijk makkelijker dan binnenstedelijk. Je begint daar op nul, terwijl je binnenstedelijk rekening moet houden met de omgeving die altijd bezwaar zal maken”.

Wil je nog meer weten over dit onderwerp. Bekijk dan het onderzoek dat gedaan is om dit artikel tot stand te laten komen.

dossier doorstroming op de woningmarkt