Wat betekent de uitslag van de Provinciale Statenverkiezing voor jouw woontoekomst?

GroenLinks en de BoerBurgerBeweging (BBB) zijn de grootste partijen geworden tijdens de Provinciale Statenverkiezingen in de provincie Utrecht. Dat kan wel eens grote invloed hebben op de bouw van woningen in en rond de stad.  Wij zetten op een rij wat dit nieuwe provinciale bestuur voor jou kan gaan betekenen.

GroenLinks was bij de vorige provinciale verkiezingen, in 2019, samen met de VVD nog de grootste partij met beide 8 zetels. Na de afgelopen verkiezingen van 16 maart is de VVD teruggevallen, daarbij heeft de BBB één van de plekken aan de top ingenomen. GroenLinks en BBB hebben beide 7 zetels in het provinciale bestuur van Utrecht behaald.

GroenLinks wil verhuiscoaches inzetten. Deze verhuiscoaches moeten ervoor zorgen dat elke woning goed wordt benut en dat er in kaart wordt gebracht wat voor nieuwe woningen er nodig zijn. Dit betekent dat deze coaches eengezinswoningen vrij gaan maken voor jonge gezinnen met kinderen.

De BBB wil de komende bestuursperiode inzetten op het makkelijker maken om creatieve manieren voor woningnood doorgang te laten vinden. Dit moet zorgen voor betere oplossingen voor de woningnood. Zo moeten er meer woonzorg combinaties komen. Daarnaast moet het splitsen van woningen makkelijker worden. “Grote woonhuizen en of boerderijen kunnen worden aangepast aan meerdere en/of kleinere gezinssamenstelling”, aldus het verkiezingsprogramma van de BBB.

Waaraan de gemeenten zich moeten houden in hun woonbeleid ligt bij de BBB en GroenLinks anders. Zo wil de BBB erop inzetten om alle woningbouwprojecten in samenspraak met bewoners te laten verlopen. Hiermee zou op tijd inspraak moeten plaatsvinden over bijvoorbeeld groen, veiligheid en infrastructuur.

Waar de BBB vooral spreekt over de manier waarop een wijk tot stand komt, wil GroenLinks inspraak op de soort woningen die er komen blijkt uit hun verkiezingsplan. “We willen dat binnen tien jaar minimaal dertig procent van alle woningen in de provincie in de sociale huur valt. De provincie houdt hier toezicht op, onder andere via de Woon Deals.”

Beide partijen zijn het er wel over eens dat gemeenten die het provinciale beleid niet volgen moeten worden aangepakt. Universitair Planologie Martijn van den Hurk aan de Universiteit Utrecht ziet dat de provincie hier middelen voor heeft. “Provincies kunnen bijvoorbeeld criteria stellen voor bepaalde woningbouwlocaties die de gemeenten op moeten volgen. Doen gemeenten dit niet kunnen zij een reactieve aanwijzing krijgen.”

Een provincie kan een reactieve aanwijzing afgeven als gemeenten anders willen bouwen dan er is vastgelegd in een provinciale verordening. In deze provinciale verordening staan algemeen geldende regels voor het bouwen in de provincie. Een reactieve aanwijzing voorkomt dat een (deel van) een bestemmingsplan in werking treedt. Wel ziet Van den Hurk dat een provincie niet zomaar in kan grijpen met dit ‘sterke beleidsinstrument’. Dit komt volgens de Universitair docent doordat er moet worden bewezen dat provinciale belangen een reactieve aanwijzing noodzakelijk maken.

Beide partijen willen vooral inzetten op het verdichten in de stad, in plaats van de stadsgrenzen te blijven verleggen. Volgens Van den Hurk is dit in Utrecht nog heel goed mogelijk. “De dichtheid van deze stad lijkt niet extreem hoog te worden. Wijken met een hoge dichtheid zijn Zijdebalen en het toekomstige Merwede. Maar hogere dichtheden leiden niet tot onleefbare wijken.” Een hogere dichtheid kan volgens Van den Hurk juist voor meer voorzieningen zorgen, zoals een bibliotheek in de wijk die eerder niet haalbaar was. Dus misschien dat een nieuw woonblok in jouw wijk wel zorgt voor een nieuwe supermarkt dichter bij huis.