Interview

Voor de derde keer afbouwen van antidepressiva, dat doet journalist Tim van Boxtel. Waarom? Omdat elke dag een medicijn slikken niet fijn is en medicatie in je lijf je geen prettig gevoel geeft. Toch moest de vrolijk ogende Tim van Boxtel meerdere malen teruggrijpen naar deze medicatie. Soms is namelijk niets zoals het lijkt: achter dat vrolijke gezicht, gaat een hoop zorgen schuil.

Drie keer is scheepsrecht 

Bij iemand met gegeneraliseerde angststoornis verwacht je angstige ogen, een schrikachtige persoonlijkheid en vooral iemand die voor alles op zijn hoede is. Dit zijn allemaal vooroordelen en zo komt de relaxte Tim van Boxtel dan ook helemaal niet over. Komt dit door zijn stralende lach of is dit de antidepressiva die zijn angsten wegstopt? Antidepressiva, het medicijn met al die vooroordelen, wat maar liefst 1,2 miljoen Nederlanders gebruiken en waarbij dit aantal nog nooit zo hoog is geweest. Tim slikt het medicijn inmiddels acht jaar en is nu voor de derde keer bezig met het afbouwen. 

Tim van Boxtel. Foto gemaakt door Loekie Pruijn.

Opgegroeid in een gezin waar iedereen open was, vond Tim van Boxtel het juist ingewikkeld om over zijn gevoelens te praten. “Ik was vijftien toen ik niet meer naar school durfde. Ik was bang dat ik, door de grote jongens, in elkaar geslagen zou worden.” Werd je gepest? “Ik was niet populair, maar pesten is een groot woord.” Inmiddels, vijftien jaar later, kan Tim er met een verhelderende blik op terugkijken, destijds wisten hij en zijn ouders niet wat er aan de hand was. “De kinderpsycholoog heeft mij destijds goed geholpen. Tot ik, een paar jaar later, van havo naar vwo ging. Met mijn cijfers ging het goed, maar met mijzelf niet zo.” Met zijn ouders praten vond hij lastig, dus deed hij dat met de psycholoog. Die hem vervolgens antidepressiva voorschreef. “Ik moest niks van dit medicijn weten. Ik heb de antidepressiva precies één keer geslikt, toen vond ik het wel weer mooi geweest.” Waarom dan? “Ik wilde geen medicatie in mijn lichaam hebben, nog steeds niet eigenlijk.” Tim stopte met vwo en is journalistiek gaan studeren in Tilburg.  

“Journalistiek was een goede keuze en de jaren daarop gingen super. Nieuwe vrienden maken, op mezelf wonen en mijn passie volgen.” Een studententijd waar hij met nostalgie op terugkijkt. Echter ging het toch ook daar weer mis. “Bezig met mijn afstudeerproject kon ik alleen maar denken aan falen. Ik heb mijn scriptie meerdere malen weggegooid. De angsten waren terug. Ik zag geen andere uitweg meer.” Hij zette zijn twijfels opzij en is voor het eerst begonnen met het slikken van antidepressiva. “Aan het begin slikte ik twee pillen per dag, dit ging heel goed. Ik voelde me al snel stukken beter.” Begin je dan ook al meteen aan stoppen te denken? “Eind 2016 kwam dat, ik zag toen het goed ging de meerwaarde van het medicijn niet meer zo, dus wilde ik stoppen.” 

“Als ik met terugwerkende kracht kijk naar de manier waarop we zijn gaan afbouwen, dan denk ik echt; gast hoe kon je mij dat adviseren.” Wie gaf je dat advies dan? “Mijn huisarts. Hij vertelde mij dat ik na een maand klaar zou zijn. Eerst binnen twee weken afbouwen naar de helft, om er twee weken later helemaal mee te stoppen.” Met nog steeds uiterste verbazing vertelt Tim mij dat dit ‘zo bizar’ snel is. “Na een maand dacht ik destijds dat ik klaar was, inmiddels weet ik wel beter. Twee maanden later begon de ellende pas.” Wat gebeurde er dan? “Ik kwam overspannen thuis te zitten. Ik gaf de schuld aan mijn werk en vergat eigenlijk dat het ook met het afbouwen van de antidepressiva te maken zou kunnen hebben.” Niet snel later begon Tim weer “met een falend gevoel” aan de antidepressiva. “Het was wel duidelijk, zonder medicatie lukte het niet om mijn angst in bedwang te houden.” 

Tim zit nu op zijn flexwerkplek in Breda. Stilzitten is niks voor hem. “Ik ben onrustig, altijd al geweest. Ik denk overal honderd keer over na en heb dan nog vaak keuzestress.” Als hij nu terugkijkt op de tijd dat hij voor het eerst ging afbouwen, merkt hij dat hij flink veranderd is. “Ik was veel relaxter toen, het maakte mij allemaal niet zoveel uit. Inmiddels snap ik mezelf ook veel beter, maar ben ik ook minder relaxed.” Wat zou je nu anders doen als je naar die eerste afbouwperiode kijkt? “Niet meer beginnen met afbouwen in oktober. De wintermaanden zijn niet voor mij gemaakt. Hoewel je denkt dat het wel meevalt, zie ik achteraf wel in dat de wintermaanden, en dan vooral het slechte weer, mij niet goed doet.” 

Anderhalf jaar, na de eerste poging om de antidepressiva af te bouwen, ging het gevoel dat hij wilde stoppen toch weer knagen. “Ik ging voor de tweede keer afbouwen, bij een nieuwe huisarts, met de instelling dat het mij nu wel zal lukken. Ditmaal gingen we langzamer afbouwen, echter ging het nog te snel. Ik had veel bijwerkingen, meer dan de eerste keer.” Wat voor bijwerkingen had je dan? “Fysiek vooral. Ik had geen balans meer en dreigde daardoor meerdere malen om te vallen. Ook was ik vaak moe. Dan stapte ik mijn bed uit en wilde ik eigenlijk gelijk mijn ogen weer sluiten. Ik vertelde mijn nieuwe huisarts dit, maar werd voor mijn gevoel totaal niet serieus genomen. Ik had een stappenplan van haar gekregen en ben daar op eigen houtje mee doorgegaan. Alles moest uit mijzelf komen. Voor de tweede keer afbouwen is uiteindelijk wel gelukt. Helaas was het dit keer ook niet voor lang.” 

“Tot vier jaar geleden ging het goed. Destijds deed ik bij de Telegraaf de misdaad- en criminaliteit rubriek.” Was dit een goede match met je angststoornis? “Nee, absoluut niet. Ik stond vaak, op het plaats delict, mensen te vragen wat er gebeurd was. De verhalen die je dan hoort, kwamen snoeihard binnen. Mijn zelfbeeld was op dat moment ook nog erg laag. Toen mijn, inmiddels ex- vriendin en ik ook nog slecht gingen, ontplofte de hele boel.” Tim ging door een diep dal. “Ik verloor mijn achteloze houding en werd veel serieuzer.” Dus is Tim voor de derde keer aan antidepressiva begonnen. “Dat is een heel vervelend gevoel, terugkeren op je medicatie. Maar als je niets anders kan, dan moet het maar.” Ook is hij gestopt als freelancejournalist bij de Telegraaf. “Freelancen is de beste keuze die ik ooit heb gemaakt, alleen niet bij de misdaad en criminaliteit publiek. Het is hartstikke fijn dat ik zelf kan bepalen wat ik doe en wanneer ik aan het werk ben.” 

Het is inmiddels oktober, de donkere wintermaanden zijn weer in zicht. Hoe ga je hier nu mee om? “Mijn vriendin helpt me hierbij. Dit jaar verhuizen we samen voor 5 maanden naar Spanje, Valencia. We kunnen hier allebei ons werk doen en gaan kijken of dit voor ons ook werkt. Zij heeft me voor de derde keer aangemoedigd om weer te beginnen met afbouwen van mijn antidepressiva.” Zijn vriendin werkt ook op de flexwerkplek in Breda. “Het heeft lang geduurd voordat ik openlijk over mijn gevoelens kon praten, met haar of mijn familie. Ik ben een kei in weglachen, waardoor mensen niet door hebben dat het soms niet lekker gaat.” Na een tijdje kom ik tot de conclusie dat Tim ook veel (weg)lacht tijdens ons gesprek. “Hoewel ik dus veel weglach vraagt mijn vriendin ook vaak hoe het nou echt met mij gaat. Hierdoor praten we veel over de goeie en slechte dagen.” Je ziet aan de liefde in zijn ogen dat de relatie helemaal goed zit. 

 ”Ik maak het mijn missie om de taboe over antidepressiva te verminderen. Het belangrijkste vind ik dat mensen erover praten. Vooral omdat ik zelf afgelopen jaren heb ervaren hoeveel praten voor je kan doen. Zonder praten, geen pillen vind ik een passend motto.” Hoe kijk je naar de toekomst? “Drie keer is scheepsrecht, zeg ik maar zo. Ik weet niet of het me gaat lukken om ooit helemaal af te bouwen. Inmiddels heb ik er ook vrede mee als dat niet gaat lukken. Ik zit lekker in mijn vel en bouw nu erg langzaam af. Als ik mijn afbouwschema braaf volg ben ik drie jaar bezig en dat is prima. De dokter heeft me ook gewaarschuwd dat ik er misschien nooit helemaal af kom. Eerst vond ik dat schrikken, maar nu denk ik ‘C’est la vie’.” Dat is het leven.