Achtergrondverhaal

Nog nooit slikten zoveel Nederlanders antidepressiva als in 2023; maar liefst 1.2 miljoen. Antidepressiva is het medicijn tegen psychische klachten, zoals depressie. Het blijkt in de praktijk niet eenvoudig om te stoppen met de medicatie, mede door de afbouwverschijnselen. Maar is er wel genoeg (professionele) hulp bij het afbouwen van antidepressiva?  

Soms is een succesverhaal niet altijd een succesverhaal

In 2023 gebruiken maar liefst 1.2 miljoen Nederlanders antidepressiva. Deze groep groeit jaar na jaar, wat resulteert in een recordniveau dat nog nooit eerder is bereikt. Volgens Marianne ter Mors, ervaringsdeskundige en schrijver van het boek ‘Stoppen met antidepressiva’, is het afbouwen van antidepressiva niet gemakkelijk. Ook arts-onderzoeker Paul van Haaren vertelt dat het geen koek en ei is. “Afbouwen van antidepressiva is een lange weg, die je rustig moet bewandelen om ernstige bijwerkingen te voorkomen.” 

Foto gemaakt door Loekie Pruijn

Antidepressiva, een verzamelnaam voor meerdere medicijnen, is een onderwerp waar veel om te doen is. Deze medicijnen beïnvloeden stoffen (neurotransmitters) in je hersenen, die bepalend zijn voor je gemoedstoestand. Het geeft je een positiever gevoel. Tenminste dat is het doel. Deze medicijnen slik je vaak bij mentale klachten. Het medicijn wordt 50% van de voorgeschreven keren gebruikt voor heftige en langdurige depressiviteit. Daarnaast werkt het ook tegen angsten. Volgens de GIPdatabank (Genees- en Hulpmiddelen Informatie Project van Zorginstituut Nederland) is het aantal Nederlanders dat antidepressiva slikt nog nooit zo hoog geweest. In 2022 was dat aantal 1,1 miljoen; inmiddels is dit 1,2 miljoen. Sinds 2003 is het totaal aantal mensen dat antidepressiva slikt met 25.38% gestegen. 

Bijwerkingen
Het aantal mensen dat antidepressiva slikt stijgt dus elk jaar. Echter heeft het medicijn ook nadelen. Het heeft de nodige bijwerkingen zoals; niet kunnen slapen, hallucineren, vermoeidheid, angst, buikpijn, hoofdpijn en diarree. Sommigen voelen zich na een maand alweer kiplekker, anderen hebben wat langer nodig. Als het dan langere tijd mentaal beter gaat, mag je beginnen met het afbouwen. Dit moment gaat in overleg met je arts, maar kan je zelf het beste aanvoelen. Maar hoe simpel het misschien klinkt, de praktijk blijkt veel weerbarstiger. Afbouwen is vaak een lang proces met ups en downs. Je krijgt bij het afbouwen vaak ontwenningsverschijnselen. Dit zijn bijwerkingen die optreden na het stoppen of te snel afbouwen van je antidepressiva medicijnen. De meeste onttrekkingsverschijnselen zijn griepachtige gevoelens (hoofdpijn, vermoeidheid, verminderde eetlust). Ook bijwerkingen die je aan het begin van het slikken hebt ervaren kunnen nu weer (vaak erger) terugkeren. 

Veel mensen beginnen na het stoppen met antidepressie toch weer opnieuw met slikken. Ze hebben last van een terugval. Zonder pillen blijkt het leven een terugkerende uitdaging; depressie en angsten liggen op de loer. Dit zorgt voor onzekerheden, zo ook voor Tim van Boxtel. Hij vraagt zichzelf oprecht af of hij – inmiddels voor de derde keer aan het afbouwen- ooit nog zonder medicatie normaal in deze maatschappij kan (over)leven.  

Vraag hulp
‘Stoppen met antidepressiva’. De titel van dit boek zegt eigenlijk al genoeg. In dit boek lees je wat de beste manier is om volgens de schrijver, via 5 stappen, af te bouwen en uiteindelijk te stoppen. In dit boek vertelt Marianne ter Mors, de auteur van dit boek, op een open en oprechte wijze over haar pad naar het stoppen van deze medicatie. Marianne was er namelijk klaar mee dat ze nergens goede informatie kon vinden over het afbouwen van het medicijn. Ook haar huisarts kon haar niet veel hulp bieden. Daarom nam ze het heft in eigen handen en begon ze met het schrijven van haar boek ‘Stoppen met antidepressiva’. “Het belangrijkste dat ik heb geleerd is: vraag hulp. Het is fijn dat je goed contact hebt met je huisarts, maar zorg ervoor dat je een nummer hebt dat je dag en nacht kan bellen. Dit kan iedereen zijn, het liefst iemand anders dan je partner. Je partner is iemand die ‘s morgens liefdevol de hagelslag uit je mondhoek veegt. Maar je partner is niet je coach, dus kies een vriend, vriendin of iemand waarbij je je prettig voelt. Die je vertrouwt. Waarbij je je ei kwijt kan.” 

Naast het boek ‘Stoppen met antidepressiva’, dat je een duidelijk beeld geeft van het afbouwproces, zijn er nog meer hulpmiddelen. Zo zijn er taperingstrips. Deze strips bouwen de hoeveelheid medicatie elke keer een beetje af. Je krijgt dus steeds een beetje minder van de werkzame stoffen binnen. Hierdoor bouw je heel geleidelijk en rustig af. “Al doe ik er 100 jaar over, die taperingstrips zou ik zeker de volgende keer dat ik ga afbouwen gebruiken,” vindt ook Marianne, die deze methode wel in haar boek benoemt maar zelf niet heeft gebruikt. “Het nadeel van taperingstrips is dat het duur is en niet vergoed wordt. Je betaalt honderddertig euro per maand. Reken maar uit als ik dan 100 jaar bezig ben.” “Het idee van taperingstrips is mooi,” vindt ook arts-onderzoeker Paul van Haaren. “Ik geloof ook dat genoeg mensen er wel al profijt van hebben gehad, ondanks de hoge kosten.” Er zijn meerdere rechtszaken geweest om de strips toch te vergoeden. Helaas is dit geen enkele keer gelukt. 

Soms is een succesverhaal niet altijd een succesverhaal
Marianne bracht haar boek in 2021 uit. Inmiddels drie jaar later begroet ze je met een lach en lijkt de antidepressiva verledentijd. Echter is niets is wat het lijkt. Want ook Marianne is weer begonnen met slikken. Soms is een succesverhaal niet altijd een succesverhaal. “Toen ik mijn boek uitbracht, kreeg ik weer heel veel spanningen. Iedereen vertelde mij dat ik ervan moest genieten. Want hallo, je brengt je eerste boek uit. Maar ik dacht alleen maar hoe dan, ik vind het doodeng.” Daarnaast kreeg Marianne een nieuwe opdracht om nog een boek te schrijven. “Het was bij elkaar zoveel. Mijn boek liep als een tierelier, maar ik kwam zelf in mijn 350ste burn-out. Eerst dacht ik, ik ga nooit meer beginnen met die pillen. Ik vond dat dat ook echt niet kon nadat ik mijn boek had uitgebracht. Maar na een tijdje ging het zo slecht met mij, dat ik mijn ego de prullenbak in heb gegooid en weer begonnen ben. Inmiddels voel ik me beter dan ooit, afbouwen hoeft van mij nog lang niet.”

Verantwoordelijkheid bij arts of patiënt
Volgens Paul van Haaren, die onderzoek doet naar het stoppen van antidepressiva, ligt de verantwoordelijkheid van het afbouwen bij beide partijen: arts en patiënt. “Het initiatief, de zorg en de follow-up liggen bij de zorgverleners. Ook de apotheker vinden wij belangrijk; zij worden nu vaak niet betrokken bij het medicijnproces. Maar juist die apothekers zien in hun systeem of iemand al langere tijd een medicijn slikt of niet. Zij kunnen ook aan de bel trekken en denken: deze patiënt slikt al langere tijd antidepressiva, misschien is het tijd voor een gesprek.” Je ziet vaak dat een patiënt zelf naar de huisarts moet gaan om aan te kondigen dat hij wil stoppen met het slikken van zijn medicatie. Zo ook Tim van Boxtel, die inmiddels voor de derde keer aan het afbouwen is. “Er is voor mij nooit een dokter geweest die vroeg hoe het met mij ging en of ik aan afbouwen zat te denken.” “Momenteel zijn we als artsen nog erg gericht op het stabiliseren en opbouwen naar het medicijn. Daarna wordt een patiënt bijna aan zijn lot overgelaten. Dan zie je dat er een groep ontstaat die niet uit zichzelf gaat afbouwen,” bevestigt Paul. 

Dat triggert de vraag: Is er wel genoeg hulp voor het afbouwen van antidepressiva? “Ik denk dat dat wel meer kan, aldus Paul. Met name zit dat in de overbelaste huisartspraktijken, die veel kennis hebben over dit soort medicatie en in staat zijn om dit soort begeleiding te doen. Ze krijgen geen prestatievergoeding voor deze extra hulp en moeten dit dus in hun vrije tijd doen. Er zijn praktijken die daar heel vooruitstrevend mee bezig zijn, maar de meerderheid heeft hier geen tijd voor,” zegt Paul. Ook Marianne gelooft in die gedeelde verantwoordelijkheid. “Ik vind het heel raar dat je iemand gewoon maandelijks pillen blijft geven en dat je nooit een keer vraagt, ‘Hoe gaat het nou met je?’ In de bijsluiter van antidepressiva staat dat de arts de verantwoordelijkheid heeft om te helpen met afbouwen. Ik vind dat de (huis)artsen daar nu iets laten liggen. Tegelijkertijd is de werkdruk van de (huis)artsen zo hoog, dat ze hier ook amper tijd voor hebben. Daarnaast kan je niet alle verantwoordelijkheid bij de artsen leggen, je blijft verantwoordelijk voor je eigen leven. Aan jouzelf de taak om goed naar je mentale gezondheid te luisteren en te beoordelen wat je wel en niet aankunt. Het zijn immers geen snoepjes die je slikt.” 

Disclaimer
Denk jij eraan te stoppen met antidepressiva? Ga dan langs bij je huisarts, psycholoog of psychiater. Praat met een deskundige. Samen met deze medici kan je een afbouwschema maken. Op basis van het medicijn dat je gebruikt en de tijd dat je een medicijn hebt geslikt maak je samen een schema. Ga vooral niet zelf experimenteren met medicijnen. Dit kan heftige gevolgen hebben, zoals ernstige bijwerkingen.
Verantwoording van de data
In dit achtergrondverhaal over het afbouwen van antidepressiva heb ik gebruikgemaakt van de data die afkomstig is van de GIPdatabank (Genees- en Hulpmiddelen Informatie Project van Zorginstituut Nederland). De data van de GIPdatabank is een betrouwbaar en representatief informatiesysteem dat gegevens bevat over het gebruik van genees- en hulpmiddelen in Nederland. De dataset die ik gebruikt heb bevat informatie over het totaal gebruik van verschillende antidepressiva soorten per jaar in Nederland. Ook het totaal gebruik per jaar wordt berekend. Deze jaren lopen van 2003 tot 2022. Hoewel de gegevens van 2023 nog niet in dit onderzoek betrokken zijn, zijn deze data essentieel voor mijn onderzoek. Het totale gebruik van antidepressiva in 2023 heb ik uit andere betrouwbare bronnen gehaald. Ik heb zelf ook nog een berekening(en) gemaakt. Zo heb ik berekend wat de totale stijging in procenten is en wat de gemiddelde procentuele stijging per jaar is.