“Er wordt veel gecapped in de drillscene”

Gangstarap heeft er al een aantal jaar een nieuw klein broertje bij, namelijk drillrap. Met verschillende steekincidenten die in verband worden gebracht met drillrap, wordt het vermoeden dat het subgenre verbonden is met criminaliteit alleen maar vergroot. Deze criminaliteit wordt vaak in verband gebracht met hiphop terwijl het echte probleem dieper ligt.

Drillrap is een subgenre van hiphop. Hiphop is een culturele beweging die veel aanzien kreeg in de jaren 80 en 90 van de vorige eeuw. Ritmische teksten die de beat ondersteunen slaan enorm aan bij het publiek, waardoor het genre één van populairste en invloedrijkste genres allertijden is geworden.

Zo is drill een aftakking van gangstarap. Een vorm van hiphop waarin verhalen van het ghetto en streetlife worden verteld. Drugs, criminaliteit en het bendeleven worden uitvoerig beschreven. De bekendste gangstarap-artiesten zijn onder andere Snoop Dogg en Dr. Dre, lid van de rapgroep N.W.A. en 2Pac en Notorious B.I.G.

[embed]https://www.youtube.com/watch?v=51t1OsPSdBc[/embed]

Drill is ontstaan in Chicago, Illinois, met Chief Keef als bekendste artiest. De muziek is te herkennen aan de agressieve manier van rappen en chaotische geluiden die worden gebruikt om het leven van de artiest te laten zien en horen aan het publiek. Het subgenre werd pas echt populair toen Chief Keef, echte naam Keith Cozart, het nummer en de clip van “I Don’t Like” uitbracht.

[embed]https://www.youtube.com/watch?v=6g5ZF6DUrHI[/embed]

Dankzij de populariteit van I Don’t Like kreeg drill ook aanzien in de straten van Londen. De Britse straten zijn minder gevuld met wapens, maar het bendeleven in Londen staat deels gelijk aan de verscheurde straten en harde misdaad van Chicago. De namen van de drillrapgroepen zijn vaak onderdeel van de wijk of postcodes waar de leden vandaan komen, zoals 150 en 67 uit Brixton, een wijk in Zuid-Londen. Een van de populairste Britse drillrappers is Digga D. Met zijn groep “1011” steeg de populariteit omdat de overheid meerdere videoclips van YouTube had verwijderd omdat de muziek aan zou zetten tot geweld. Ondanks deze verbanning heeft “Next Up” van 1011 meer dan 60 miljoen streams op Spotify omdat de videoclip blijft rondgaan op sociale-media.

[embed]https://www.youtube.com/watch?v=4ruLxzSV53s[/embed]

Het duurde niet lang voordat drillrap ook overvloog naar Nederland. Een aantal artiesten en groepen zijn meerdere keren langs geweest bij het hiphopplatform 101Barz van BNNVARA. De Nederlandse groep 73 De Pijp uit Amsterdam en 24 uit Rotterdam zijn de meest succesvolle groepen. Maar 73 De Pijp kreeg pas echt aandacht door een steekpartij op de pier van Scheveningen in de zomer van 2020. Hierbij werd een vriend van 24, ChuChu, echte naam Cennethson Janga, doodgestoken. Later bleek dat ChuChu niet eens een drillrapper was.

Criminaliteit en geweld binnen de gangsta- en drillrap

Vaak monden ‘beefs’, oftewel ruzies, niet uit in geweld. Maar er zijn wel een aantal voorbeelden waarin onderlinge conflicten tussen rappers en groepen uitmonden in geweld met zelfs doden tot gevolg. Zo waren de twee meest succesvolle Amerikaanse gangstarappers uit de jaren 90 verwikkeld in een ingewikkelde ruzie. Tupac “2Pac” Shakur (West Coast) en The Notorious B.I.G. “Biggie” (East Coast) leken qua muziek erg op elkaar. Zo waren beiden enorm succesvol met hun raps over het straatleven, social injustice en racisme in de Amerikaanse samenleving. Maar het grootse verschil zat in hun geografische locatie.

Na een eerdere schietpartij aan het adres van 2Pac schreef hij een disstrack (beledigingsnummer) aan het adres van Biggie. Dit nummer resulteerde in nog meer spanningen tussen de groepen van de Oost- en Westkust van De Verenigde Staten. Op 7 september 1996 werd 2Pac in Las Vegas neergeschoten. Hij overleed op 13 september 1996. Op 9 maart 1997 werd Biggie doodgeschoten in Los Angeles. Beide moorden zijn nooit opgelost.

In Nederland is de onderlinge rivaliteit niet zo groot als in Amerika. Er is ook minder sprake van geweld in de Nederlandse hiphopscene. Uit een onderzoek van de Erasmus Universiteit Rotterdam bleek dat verschillende steekincidenten niet te linken zijn aan drillrap. Uit 56 politieregistraties van steekincidenten in Rotterdam tussen 2018 en 2019 bleek er maar één iets met drill te maken te hebben.

Zo zegt Robby Roks, criminoloog aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, dat de focus op het messenbezit onder jongeren gelegd moet worden. “In 2018 en 2019 zag je amper een link met drill, en zie je dat twee fenomenen door elkaar heen lopen. De zorg over drill en de zorg die er is over het messenbezit en het messengebruik onder jongeren in Rotterdam en jongeren in het algemeen. En soms gaat het om dezelfde ontwikkeling en soms over twee hele andere ontwikkelingen. En ik denk dat als we echt iets zouden willen betekenen dat we onze aandacht niet op drill moeten leggen maar op die veel grotere groep mensen die een mes bij zich dragen om wat voor reden dan ook en betrokken raken op dit soort incidenten.”

 Alleen helpen de steekincidenten zoals die op de pier van Scheveningen in de zomer van 2020 niet. Tijdens dit incident werd de 19-jarige Cennethson “ChuChu” Janga doodgestoken. Het incident werd direct in verband gebracht met drill, omdat er een maandenlang conflict tussen 73 De Pijp en 24 aan de orde was. Achteraf bleek dat ChuChu geen lid was van een van de groepen, het was een vriend. Dit wordt ook door Roks bevestigt in het interview.

Bekijk hier een tijdlijn van gebeurtenissen in de gangsta- en drillrapscene wereldwijd.

Echt en nep

Uit een onderzoek onder 55 Nederlandse jongeren blijkt dat Nederlandse drill niet serieus genomen wordt. 20% van de respondenten neemt de Nederlandse versie van het subgenre niet serieus. Maar 65% van de respondenten neemt de Amerikaanse en Britse versie wél serieus. Volgens Roks heeft dit te maken met de mate waarin er ‘gecapped’ (gelogen of onzin gesproken) wordt. “Je ziet dat er echt veel wordt gecapped in die drillrapscene. Maar dat er ook veel mensen zijn die wel gewoon gedaan hebben waar ze over rappen. Als buitenstaander is dat heel moeilijk om in te schatten. Als je niet in die wereld staat en van een afstand kijkt, dan kan dat erg moeilijk zijn, omdat het wel echt klinkt. Sommige verwijzingen klinken zo echt dat het zou kunnen. Tegelijkertijd helpt zo’n masker of gezichtsbedekking ook niet. Dat ziet er enorm intimiderend uit.”

 Daniël (echte naam is vanwege privacy redenen niet weergeven) begrijpt dat mensen denken dat hiphop jongeren kan aanzetten tot criminaliteit. Hij is een aantal jaren geleden in de problemen gekomen door criminele activiteiten en vertelt in een interview dat hiphop toendertijd een rol kan hebben gespeeld in de acties van toen.

Volgens Roks zijn er drie problemen als het aankomt op jongeren en drill. Het ene probleem ligt bij de jongeren die zich niet serieus genomen voelen. “Ik denk dat er een hoop jongeren zijn die denken dat er van hen verwacht wordt dat zij zich ook moeten gedragen als de mensen waarnaar zij opkijken. Deze jongeren rappen en gedragen zich op een bepaalde manier waar zij naar opkijken, en zij krijgen dan het gevoel dat zij zich ook zo moeten gaan gedragen. Het moment dat deze jongeren met geweld gaan communiceren en dat zij doen alsof zij een drillrapper zijn, kan dat zorgen voor ernstige consequenties. Maar drillrap is niet het probleem waarover wij het over zouden moeten hebben. De onderliggende problemen die wij in de straat zien, gefrustreerde jonge mensen die conflicten met elkaar uitvechten over een territorium. Daar moeten wij het over hebben. Daar moet de aandacht naartoe”.

Het tweede probleem ligt volgens Roks bij de jongeren die het neppe en echte in drillrap niet van elkaar kunnen onderscheiden. Bij drill en hiphop in het algemeen wordt gespeeld met het echte en het neppe. Er zit een soort surrealisme in. Het wordt soms echter dan echt. Het onderscheid tussen wat echt en niet echt is, is voor sommige enorm moeilijk te maken. Dat is voor veel jonge mensen enorm lastig.” Daarom moet er volgens Roks voorlichting komen op scholen. Door met jongeren, ouders en scholen hierover te praten wordt er meer duidelijk voor alle kanten. “Als je dit soort gesprekken met jonge mensen voert kom je volgens mij wel ergens.”

Aafje de Roest, promovendus op het gebied van culturele identiteitsvorming onder Nederlandse jongeren aan de Universiteit van Leiden, zegt dat het misgaat wanneer de artistieke dimensie van hiphop over het hoofd wordt gezien. “Ja, rappers rappen over dingen die real en waar zijn, maar tegelijkertijd zit er ook een gefabriceerde, gekunstelde kant aan hiphop. Het is een kunstvorm, waarin men artistieke vrijheid – en geen één-op-één foto van de werkelijkheid laat zien. Daarom kunnen rapteksten ook niet als getuigschriften gelden – ze vallen onder kunst! Natuurlijk komen er genoeg elementen van de werkelijkheid in hiphop terug en hiphop kan als heel wáár en echt aanvoelen. Logisch, want hiphop gaat over heel wezenlijke thema’s die daadwerkelijk spelen. Maar het is wel van belang te kijken naar hoe boodschappen over worden gebracht en aandacht te hebben voor de constructiekant van hiphop: er worden ook dingen aangedikt of weggehaald.”

De rol van sociale-media

Het derde probleem is de rol van sociale-media onder jongeren. Sociale-media bieden jongeren een platform om een conflict tussen groepen en jongeren uit te vergroten. “Sociale media laten die conflicten tussen drill groepen/jeugd groepen/buurten veel nadrukkelijker zien. Er wordt heel veel gespeculeerd. Als iemand voor het digitale tijdperk werd neergestoken, was het de vraag: wie had dat dan gedaan? Alleen nu is dat heel erg zichtbaar. En het is de aanname dat dat de druk op de jonge mensen laat toenemen. Dus die groepsdruk die jongeren ervaren heb je nu in een digitale variant. En dat is wat we bedoelen met conflicten die escaleren door het gebruik van sociale-media”, aldus Roks.

Sociale-media worden problematisch als jongeren dingen te zien krijgen die zij niet kunnen onderscheiden van echt of nep. “Om het even concreet te maken. Je hebt op sociale-media enorm veel mensen die aan het trollen zijn. Zij bieden €5000 voor de persoon die een willekeurig persoon neersteekt. De meeste nemen dit niet serieus, maar er hoeft maar 1 iemand bij te zitten die bijvoorbeeld een licht verstandelijke beperking heeft en dit serieus overweegt. Dat is waar de focus deels op zou moeten liggen. Hoe onderscheid je de feiten en de fictie van elkaar? Er zijn genoeg mensen die enorm veel ervaring hebben met jongeren die makkelijk beïnvloedbaar zijn, zij kunnen hier een rol positieve in spelen”, aldus Roks.

Een commerciële strategische keuze

Toen Childish Gambino in 2018 “This Is America” uitbracht, stond het nummer vrijwel direct op de eerste plek in de Billboard Hot 100, de belangrijkste hitlijst in de Verenigde Staten. Het nummer wordt gezien als een aanklacht tegen de problemen die zich in de Amerikaanse maatschappij afspelen, zoals de vele schietpartijen en de mate van (politie)geweld. Maar in de Nederlandse Top 40 bereikte het nummer de bescheiden 21e plaats. Politieke hiphop is zeker aanwezig in Nederland, en in zekere mate populair, maar het brengt een risico met zich mee.

In de Verenigde Staten en Spanje is politieke hiphop on top of the bill. Maar hoe komt dat?

Een recent voorbeeld van een politiek nummer dat in het nieuws kwam is terug te vinden in Spanje. Pablo Hasél, een Spaanse rapper, is voor negen maanden cel veroordeeld voor kritische teksten die ‘terrorisme verheerlijken’, aldus de Spaanse rechter. Veel aanhangers waren hierop tegen en gingen de straat op om te protesteren. Onder andere mensenrechtenorganisatie Amnesty International neemt de arrestatie en veroordeling ‘vreselijk nieuws voor de vrijheid in Spanje’. In de rap uitte hij kritiek op de ‘corrupte’ Spaanse politiek. Hij nam de ‘zonen van Franco’ onder vuur, rapte tegen de fascisten en tegen de huidige koning Felipe VI en zijn vader Juan Carlos, die hij de titel ‘maffiabaas’ gaf.

[embed]https://www.youtube.com/watch?v=4qRZ8Q5ap8E[/embed]

In Nederland is de kans op veroordeling veel kleiner, omdat het belangrijkste artikel in de grondwet de vrijheid van meningsuiting is. Zo is er nog nooit een Nederlandse rapper veroordeeld voor zijn teksten in een nummer. Een mogelijke verklaring hiervoor is, is de kleine hoeveelheid rappers die zich focussen op “conscious hiphop”, oftewel politieke hiphop. Er zijn wel artiesten die zich hierop focussen, maar dit aantal ligt in werkelijkheid enorm laag. Maar waarom dat is, is niet helemaal duidelijk.

Met onder andere Akwasi en Fresku heeft Nederland een klein arsenaal op het gebied van politieke hiphop. Beide artiesten focussen zich erg op onderwerpen als racisme, armoede en discriminatie, maar een enorme fanbase hebben zij niet. Zwart Licht, de rapgroep waar Akwasi lid van is, is een goed voorbeeld van een rapgroep die zich volledig focust op dit subgenre. De intro van het in 2019 uitgebrachte nummer “Gunshots” laat dit goed zien. In de eerste tien seconden is Malcolm X te zien en horen. De volgende halve minuut zijn animaties te zien van mannen die onder andere met de Nazi- en Confederatie vlag, gebruikt door de Ku Klux Klan, staan te zwaaien. De boodschap van het nummer is duidelijk, maar aan het aantal views op YouTube is te zien dat de clip niet in groten getale is bekeken, namelijk zo’n 22 duizend keer.

[embed]https://www.youtube.com/watch?v=2rm3CCawQo0&t=29s[/embed]

Er zijn ook Nederlandse rappers, zoals Chivv, die bekend staan om hun commerciële nummers. De 26-jarige Amsterdammer is met bijna een miljoen streams per maand op Spotify populair te noemen. Hij staat niet bekend als conscious rapper, meer als een rapper die nummers maakt voor het uitgaan. Met meer dan 9 miljoen streams op Spotify is ‘Mucho Dinero” een enorm populair nummer dat vooral over materialistische onderwerpen als geld, auto’s en macht gaat. Maar in 2019 kwam Chivv met het zwaarbeladen nummer “Expose Zwarte Piet”. Met meer dan een miljoen streams op zowel Spotify als YouTube is dit nummer relatief populair te noemen. Maar de hoeveelheid dislikes, bijna vijftienduizend, laat zien dat er twee kampen zijn rond het onderwerp van het nummer.

[embed]https://www.youtube.com/watch?v=d_37hsVGwJ8[/embed]

Dit is geen wonderlijke ontdekking, zo zegt ook Aafje de Roest, promovendus op het gebied van culturele identiteitsvorming onder Nederlandse jongeren van Universiteit Leiden: Ik denk dat er met de commercialisering van hiphop, dus het commerciëler worden van het genre of een nummer, altijd iets afdoet aan de politieke boodschap van een nummer. Het platenlabel TopNotch en de rappers willen toch een groter publiek aanspreken. Dat betekent dat je minder uitgesproken politieke boodschappen in je verhaal kan schrijven. Met een uitgesproken politieke boodschap kún je namelijk een deel van je publiek kwijtraken. Het gaat allemaal om in- en uitsluitingsprocessen, die je daar dan ook weer ziet. Je merkt ook daadwerkelijk dat dit gebeurt. Bijvoorbeeld Zwart Licht en Fresku hebben hele uitgesproken politieke tracks. Onder dit soort nummers wordt vaak gereageerd met “je hebt mijn mening over dit onderwerp veranderd”. Maar er zijn ook genoeg mensen die zeggen “hier haak ik af”.

Veel van dit soort rappers zijn er dus niet te vinden in Nederland. De meeste die er zijn, zijn te labelen al ‘underground rappers’, dit zijn rappers die buiten de commerciële canon vallen. James Kariuki (21), artiestennaam JkRiuki, schrijft net zoals Akwasi vooral politieke nummers. Hij heeft nog niet dezelfde allure, maar heeft wel een begin gemaakt aan zijn carrière als conscious rapper. Hieronder een interview met James waarin hij over zijn muziek vertelt en inzichten geeft over conscious rap.

James Kariuki

 

 

 

[aesop_quote type=”block” background=”#ffffff” text=”#000000″ align=”left” size=”1″ quote=”“That we never read well, and if they were most cases the title got changed to one word 5 syllables by stupid young, old adult or a bitch as white wigger calling us niggers.
And nothing changed. It just got bigger.
And now sheep follow heart
Hallow entering a deep void as if this just topic just started with George Floyd,
As if this topic just started with Nelson Mandela freedom fighter so we can stand as one under one umbrella
As if it started at the golden age where a massacre of tribes was just to fill our rage and fill the hate, the tiers of equal treatment deflate in the eyes of world powers that only thinks of real estate.” – Een verse uit een nog niet uitgebracht nummer van James.
” parallax=”off” direction=”left” revealfx=”off”]

Mening van jongeren

Uit een eigen onderzoek onder 51 jongeren tussen de leeftijd van 18 t/m 29 jaar blijkt onder andere dat 39 van de respondenten vindt dat er te weinig aandacht is voor politieke onderwerpen in de Nederlandse hiphop. In het onderzoek werd er aan de respondenten gevraagd wat zij van de twee nummers van Chivv, “Mucho Dinero” en “Expose Zwarte Piet”, vonden. Hieruit blijkt dat “Mucho Dinero” niet erg populair is, omdat 37 respondenten de tekst niet aansprekend vinden. Maar bij “Expose Zwarte Piet” geven 36 respondenten aan dat de tekst hen wel aanspreekt.

De 51 respondenten kregen ook de kans om te vertellen waarom zij denken dat een politiek nummer minder populair is dan een nummer dat materialistische onderwerpen bevat. Hier een aantal voorbeelden:

“Omdat het nummer Zwart Wit een diepere boodschap heeft. Mucho Dinero is meer een nummer om gewoon lekker op te dansen of om naar te luisteren zonder erbij na te denken.”

 “Omdat de nieuwe generatie aan Nederlandstalige hiphop luisteraars te vaak worden blootgesteld aan teksten die domweg alleen over money, bitches en dergelijke gaan. Zij weten vrij weinig af van de originele komaf van hiphop en wat hiphop eigenlijk kan en moet bereiken. Mucho Dinero is gewoon een song voor in een club zoals Maggy etc.”

 “Omdat het overgrote deel van de HipHop luisteraars geen aandacht heeft voor actuele onderwerpen zoals politieke misstanden en racisme. Mucho Dinero heeft verder een pakkendere beat en zal vaak op feestjes gedraaid worden.”

 “Zwart wit gaat over politiek, geschiedenis en een maatschappelijk onderweg. Mucho diners gaat over chicks en een Rolex en dat is iets wat iedereen wel zou willen en wat aanzien brengt.”

 “Het nummer is veel meer geladen met gemeenschappelijke kwesties/ de realiteit, dit kan als confronterend worden ervaren, veel mensen en ik zelf ook luisteren graag naar muziek als een soort uitweg, iets om even de realiteit en alle zorgen te vergeten, daarom kiezen veel mensen en ik dus ook vaker voor luchtigere rap/muziek.”

https://public.flourish.studio/visualisation/6306870/

Uit bovenstaande datavisualisatie blijk dat de materialistische onderwerpen het beter doen onder de jongeren, omdat de nummers makkelijker zijn om naar te luisteren. Maar nummers waarin racisme en discriminatie worden behandeld doen het ook goed, maar volgens de respondenten blijkt het dus dat deze nummers meer aandacht vereisen.

Het valt wel op dat een van de meest voor de hand liggende redenen niet genoemd wordt: commercialisatie. Volgens De Roest is dit ook een commerciële strategische keuze. “Labels en rappers kiezen vermoedelijk eerder voor een hit dan een politiek beladen nummer, eigenlijk is het een commerciële strategische keuze. Het verkoopt beter.”

Risico

Uiteindelijk kunnen de rappers vaak terugvallen op de vrijheid van meningsuiting. Dit is ook zo geweest in de literatuur met als voorbeeld het Ezelsproces waarin Gerard Reve voor de rechtbank moest verschijnen omdat hij God had voorgesteld als ezel. Hij kon berusten op de vrijheid van meningsuiting en werd door de Hoge Raad vrijgesproken.

Een risico op kritiek en het verliezen van volgers en luisteraars is altijd aanwezig als een rapper een politiek beladen track maakt. Maar dat is niet het grootste risico wat een rapper loopt met het uitbrengen van zo’n track. In 2008 werd de Rotterdamse rapper Mo$hed vervolgd voor zijn nummer “Wie iz de volgende”. Een nummer dat gericht was aan het adres van Geert Wilders. Het nummer begint met referenties aan de moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh. “Als je Mos$heb tegenkomt ben jij de klos. Dit is geen grap. Gisteren droomde ik dat ik je kop had afgehakt”, aldus Mo$heb in de rap. Hij werd veroordeeld tot tachtig uur taakstraf, maar in hoger beroep werd dit vonnis vernietigd. Met 150.000 weergaven op YouTube is het nummer relatief vaak bekeken voor een politiek beladen nummer.

[embed]https://www.youtube.com/watch?v=NgJQF8ZzdbQ[/embed]

Persona’s en typetjes spelen volgens De Roest ook een grote rol hierin. Als een rapper een typetje speelt, kan hij/zij veel meer zeggen, omdat het speelelement duidelijker is. De rapper praat niet als zichzelf, maar als bijvoorbeeld Gino Pietermaai, een typetje van de Brabantse rapper Fresku. Fresku is een conscious rapper terwijl Gino Pietermaai vooral over vrouwen en het straatleven rapt. Het terugvallen op een typetje en daarmee op de vrijheid van meningsuiting is een handig middel, omdat de verantwoordelijkheid bij het typetje gelegd kan worden.

Uiteindelijk staan de commerciële  voordelen hoger op de ladder dan de behoefte om een politiek nummer uit te brengen. De kans op het verliezen van fans door een politiek beladen nummer is te groot waaraan sommige rappers hun handen niet aan willen branden. Ook de grotere rol van sociale-media in de samenleving is groot. Rappers hebben een extra plek om hun mening te uiten. Een bepaalde visie kan ook via Instagram gedeeld worden in plaats van via een nummer.

Belang van eigen inkomsten is groot bij wetenschappelijke musea

De iconische turkooizen thuishaven van Nemo Science Museum ligt er het afgelopen jaar eenzaam bij in Amsterdam. Het normaal zo drukbezochte wetenschappelijke museum waar de bezoekers scheikundige proefjes kunnen doen, tentoonstellingen bekijken en mee kunnen werken aan wetenschappelijke onderzoeken heeft een zwaar jaar achter de rug. En dat is typerend voor alle Nederlandse musea. Dankzij onder andere extra steun van Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap kunnen zij het hoofd boven water houden. Maar een wetenschappelijk museum als NEMO is afhankelijker van bezoekersinkomsten dan andere musea.

[embed]https://public.flourish.studio/visualisation/5569097/[/embed]

In de datavisualisatie is te zien dat musea verschillende vormen van inkomsten hebben. Zo krijgen zij bijvoorbeeld subsidie van de overheid en generen zij eigen inkomsten in de vorm van ticketverkoop en de museumwinkel. Wat opvalt is dat musea die gericht zijn op bedrijf, wetenschap en techniek door de jaren heen een veel grote inkomstenstroom generen vanuit de particuliere bezoeker in vergelijking met de andere categorieën musea. Bij NEMO, het wetenschappelijke museum boven de IJ-tunnel, is dit ook het geval. Omdat deze musea nog afhankelijker zijn van onder andere de ticketverkoop hebben zij het nu extra zwaar, aangezien bezoekers niet meer toegelaten worden.

Marie-Julie Alberda, hoofd development & partnerschappen bij NEMO, legt uit dat het museum een stichting is en dat heeft meestal voordelen. “Wij hebben niet het doel om winst te maken. De visie van NEMO is dat het begrip van wetenschap en technologie bijdraagt aan een betere toekomst als houvast in een snel veranderende wereld. NEMO Science Museum creëert verwondering, begrip, bewustwording en betrokkenheid door spelenderwijs leren en stimuleert zo een onderzoekende houding. Die missie en visie is leidend in ons werk.” Bij wetenschappelijke musea werkt het anders dan bij kunstmusea zoals het Rijksmuseum in Amsterdam. “NEMO ontvangt weinig tot geen giften van particulieren. Je hebt wel musea die een vriendenprogramma hebben en op die manier worden er dan giften ontvangen, maar als NEMO hebben wij dat niet. Wel zijn wij als museum zelf verantwoordelijk voor 80% van onze inkomsten, en deze bestaan vooral uit de kaartverkoop. Het andere deel bestaat uit fondsenwerving, en vormen van sponsoring. Anderhalf jaar geleden hebben wij een nieuwe permanente tentoontelling geopend, en met hulp van het bedrijfsleven en fondsen hebben wij deze tentoonstelling kunnen bewerkstelligen.”

 Bij een kunstmuseum ligt de focus veel meer op de kunststukken aan de muur. Deze musea zijn ook vaak in gesprek met particulieren over eigen collecties die van toegevoegde waarde kunnen zijn voor het museum. Bij een museum als NEMO komen deze giften minder voor. “Als wetenschappelijk museum zijn wij geen typisch museum met schilderijen aan de muur, bij ons gaat het echt om het doel en beleven. Het komt overigens wel eens voor dat wij een collectiestuk aangeboden krijgen, en dan moet je denken aan een van de eerste elektrische auto’s, maar dat is dus compleet anders dan kunsttukken voor kunstmusea”, aldus Alberda.

 Het komt er dus op neer dat een museum als NEMO groot belang heeft bij een instroom van bezoekers. Het laatste jaar ligt dit redelijk stil en dat merkt het museum ook. Wel krijgt het museum subsidie vanuit het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, maar dat is in vergelijking met bijvoorbeeld het Rijksmuseum veel minder. Uiteindelijk draait het dan toch om het entreegeld, horeca en de museumwinkel.

 

 

 

 

VERANTWOORDING

 Alle cijfers die gebruikt zijn in het artikel en de datavisualisatie zijn afkomstig uit verschillende rapporten van de museumvereniging en jaarrekeningen van onder andere NEMO. Er is alleen gekozen voor cijfers tussen de periode 2016 en 2019, omdat de volledige cijfers van 2020 nog niet bekend zijn. Deze komen pas halverwege het jaar online te staan.

Voor de mondelinge bron is er gesproken met Marie-Julie Alberda, hoofd Development & Partnerschappen bij NEMO Science Museum. Zij heeft kunnen verklaren wat deze cijfers betekenen en hoe de inkomsten verdeeld zijn voor het museum.

De kleuren in de datavisualisatie heb ik gekozen op basis van de connectie die de verschillende groepen hebben met de soort inkomsten. Rijk is bijvoorbeeld oranje, omdat oranje de kleur is van Nederland.

 

 

 

 

YOU DO YOU.

Iedereen kent de artiest, maar wie schuilt er achter de nummers? Veel producers kiezen er bewust voor om op de achtergrond te blijven staan, omdat zij hier geen behoefte aan hebben. Producer en muzikant ‘Troy Dominiq’ kiest beide omdat hij zich op deze manier het beste kan uiten.

Troy (echte naam bekend bij de redactie),  is zeven jaar geleden vanuit Suriname naar Nederland verhuisd. Al vanaf jongs af aan kwam hij in aanraking met muziek. Zo leerde hij eerst drummen waardoor hij melodie, harmonie en ritme onder de knie kreeg.  Hij heeft hier veel aan gehad, omdat ritme van noodzaak is bij het produceren van beats en nummers.

Tijdens een lastige periode tijdens zijn middelbare school leerde hij het produceren kennen. Zijn neef leerde hem de ‘tips and tricks’ op onder andere Fruity Loops en zo werd Troy verliefd op het vak. Als hij moest slapen liep hij stiekem naar de computer om midden in de nacht beats te produceren. Alleen zijn school ging zo slecht dat zijn vader de beslissing nam om de muziekprogramma’s te verwijderen. Dit moest hij accepteren en dat vond hij enorm lastig. Maar hij leerde ermee leven, want hij begreep wel waarom zijn vader dit deed. Pas na zijn verhuizing heeft hij het produceren weer opgepakt.

[embed]https://www.youtube.com/watch?v=GEBvZv4L4GI&t=5s[/embed]

Tijdens de opname hebben wij een nummer geproduceerd. Dit was totaal niet gepland, maar door prikkels van buitenaf werd Troy geïnspireerd en kwam met ‘Generatie’. Dit nummer is ook door de hele docu te horen, maar hieronder zijn geheel te luisteren.

 

De heruitvinding van de heksenjacht

Bron: Banksy

Eind zestiende eeuw was de Europese bevolking ervan overtuigd dat de duivel actief was op hun grondgebied. Als er een storm uitbrak, een oogst verloren ging of er een ziekte uitbrak, zagen de Europeanen overduidelijk de invloed van de duivel hierin terug. De duivel was moeilijk te bereiken, dus er werden heksen aangewezen als eindverantwoordelijken. Op de brandstapel of door middel van verdrinking kwamen zo talloze vrouwen aan hun bittere einde.

 

Meer dan 400 jaar na deze Europese heksenjacht kun je denken dat dit wel overgewaaid zou zijn, maar niks blijkt minder waar. Dankzij ‘cancel culture’ kan je als mens geen grapje of opmerking meer maken over een gevoelig onderwerp of zelf je ongezouten mening meer uiten. De schandpaal van eeuwen geleden heeft zichzelf heruitgevonden in de onlinewereld.
Zie cancel culture als het online vernederen van mensen op sociale media. In andere woorden, het cultureel blokkeren van een persoon om een bestaan of carrière te hebben. Dit gebeurt meestal richting bekendheden en bedrijven die volgens een nietig groepje “offensive” zijn geweest.

Elke generatie schijnt behoefte te hebben aan nieuwe soorten zondebokken. Toen waren het de heksen die van al het kwaad beschuldigd werden, nu zijn het de mensen die hun mening geven omtrent een ‘gevoelig’ onderwerp. Het doel van cancel culture is eigenlijk de mond snoeren en zorgen dat de desbetreffende persoon zijn mening niet meer mag uiten.

 

Toen afgelopen september #538isCancelledparty trending was op Twitter moest ik even een paar keer in mijn ogen wrijven of het wel klopte wat ik zag. 538-DJ Barend van Deelen ging viraal op Twitter, en niet op de manier waarop je zou willen. Hij zou zich racistisch tegenover K-pop band BTS hebben geuit. Van Deelen zou moeite hebben gehad met het verstaan van de Engelse uitspraak van de razend populaire popgroep. “Ja het is een soort Koreaans/Engels, maar ik kan het gewoon niet zo goed verstaan.” Zo’n opmerking kan dus al niet meer.

 

Barend van Deelen is niet de meest bekende persoon die slachtoffer is geworden van cancel culture. Schrijfster J.K. Rowling heeft dit ook mogen ervaren nadat zij haar steun uitsprak voor een onderzoekster die in het verleden verschillende opmerkingen heeft gemaakt die de stempel transfoob kregen. Met vele doodswensen aan haar adres als gevolg. J.K. Rowling is wereldberoemd, en zal dus niet ten onder gaan aan de golf van cancel culture. Maar vrijwel elk ander persoon die niet zo’n bereik heeft als Rowling zal opgeslokt worden door de cancel culture. Een journalist zal ten onder gaan en misschien nooit meer spraak kunnen maken op een goede baan.

 

Het is begrijpelijk dat je kritiek mag uiten op een mening of uitspraken van dertig jaar geleden. Alleen het blokkeren van een toekomst of carrière door oude uitspraken – en die wellicht door de tijd ook weer veranderd zijn – is vrij extreem. Ik dacht dat er waarde gehecht werd aan de vrijheid van meningsuiting. Straks word je nog gecanceld door een uitspraak in een column van zes jaar terug.

 

Het is vrijwel onmogelijk om een discussie te voeren als je direct de sticker xenofoob, racist, seksist of transfoob op je voorhoofd geplakt krijgt. Ik vraag me dan ook af hoe de online shame-helden toekijken als er geen gevolg van hun cancelproject is. Kijken zij ook op dezelfde manier uit hun ogen als de heksenvervolgers die zien dat de heks toch geen heks is aangezien zij niet blijft drijven en dus verdrinkt?

Sollicitatie voor presentator bij het Klokhuis (NTR)

Voor mijn sollicitatie bij het Klokhuis moest ik een video maken waarin ik mijzelf introduceerde. Dit is het resultaat.

Helaas heb ik de baan niet gekregen, de concurrentie was iets te groot. Er waren namelijk 2876 sollicitanten. Desalniettemin was dit een enorm leuke video om te maken.

[embed]https://www.youtube.com/watch?v=XvfVWb-QTOQ&list=PLaYJiCDQYKHkEkkVuiAO_aweKrH-UGhsa&index=1&t=44s[/embed]

‘Er zit veel ontwerptalent in Bangladesh’

Maarten Roelofs: 'Het niveau ligt heel hoog in Bangladesh'

Maarten Roelofs, oprichter van Planet Nine Group, vertelt hoe het is om een van de grootste digitale productiestudio’s van Nederland te hebben, waarvan het overgrote deel aan de andere kant van de wereld zit, in Dhaka, Bangladesh. Zijn doel: in Bangladesh creatief werk maken van Europese kwaliteit.

Internet-ondernemer Maarten Roelofs heeft zich een opmerkelijk doel gesteld: in Bangladesh creatief werk laten maken dat zich kan meten met het beste werk dat in Europa wordt gemaakt. Zijn bedrijf, Planet Nine Group, is daarmee hard op weg. ‘Er zit veel talent in Bangladesh’, zegt Roelofs die samenwerkt met de Bengalese overheid om het land een voorloper te maken op creatief gebied in Azië.

Planet Nine Group ontwikkelt nu nog voornamelijk in opdracht van Nederlandse bureaus concepten en complete campagnes, onder meer voor klanten als de Persgroep, RTL en supermarkt Dirk. Met een kleine designstudio in Nederland en een grotere vestiging in Dhaka, waar bij elkaar 25 mensen werken, werkt het bedrijf aan zo’n 80 campagnes per maand. Recent werd het duizendste project afgeleverd. Snelheid, expertise en kostenvoordeel zijn vooralsnog de belangrijkste verkoopargumenten.

Hoe is Planet Nine Group ontstaan?
Maarten Roelofs: ‘Planet Nine Group is ontstaan uit een samenvoeging van drie ondernemingen waarvan Diva World Wide het bekendst was. De hele samenwerking is begin dit jaar doorgevoerd. Ik huur al zo’n tien jaar over de hele wereld mensen in voor onlineontwikkeling. Daar zat ook iemand bij uit Bangladesh, met wie ik heel veel heb samengewerkt en die ik op een gegeven moment heb geholpen om een masterstudie in Europa te volgen. Via hem kwam ik in contact met veel jonge en enthousiaste mensen. Zo is het idee ontstaan een hoogwaardig creatief bedrijf op te richten. De voorkant van dit bedrijf zou in Europa zitten, met goede projectmanagers en vormgevers. Maar het grootste deel van het bedrijf, de backoffice zou in Azië komen. Nu, na een periode van drieënhalf jaar staan wij behoorlijk op de rails. Ik vlieg elke zes weken naar Bangladesh om de creatieve productie aan te zetten.

Roelofs’ activiteiten in Bangladesh kwamen ook onder de aandacht van de Bengaalse overheid. Op zeker moment werd hij daarom ontboden door Zunaid Ahmed Palak, de jonge minister van Informatie en Communicatie Technologie. Die vroeg Roelofs hem te helpen van Bangladesh een voorloper te maken in Azië op het gebied van ICT en creatief werk.

Wat zijn de voordelen van werken in Bangladesh?
‘Het grote voordeel van Bangladesh, ondanks het negatieve imago dat het land heeft, is dat er daar een enorme hoeveelheid aan software-en vormgevingstalent zit. Het niveau ligt er heel hoog, maar dit moet toegesneden worden naar de Europese cultuur. Doordat wij dat hebben bewerkstelligd, zijn wij nu een van de grootste digitale productiestudio’s in Nederland. We zijn nu al een aantal jaren actief, wat een structuur heeft opgeleverd, waarmee wij nu enorm veel kunnen aanbieden. Dit resulteert in Bangladesh ook in enorm veel sollicitanten, want bij elke vacature die ik uitzet krijg ik zo’n 250 reacties.’

Wat is het voordeel voor Nederlandse bedrijven om met jullie samen te werken?
‘Toegang tot veel meer kennis en capaciteit. Op dit moment doen wij een dynamische Europese campagne voor het Duitse Urban Sports Club, waarvoor duizend afbeeldingen vrijstaand moeten worden gemaakt. Dat is geen enkel punt voor ons, want ik zet er dan drie mensen op die dit zo voor elkaar krijgen. Wat wij terugkrijgen van onze klanten, is dat onze technische capaciteit het mogelijk maakt meer tijd aan campagnes te kunnen besteden.’

En wat krijgen de Bangalen hieruit?
‘Ik heb net de derde medewerker naar een Europese masterstudie gestuurd. Het doel is om uiteindelijk ook in Bangladesh creatieve conceptontwikkeling te realiseren die het Europese niveau haalt. Daarnaast betalen wij bijna twee keer zo veel als het gemiddelde salaris in Bangladesh. We hebben ook een hele diverse en vrouwvriendelijke bedrijfscultuur opgebouwd. Dat is in de regio daar vrij uniek. Alle vrouwen voelen zich bij ons veilig. Ook hebben wij alle religies bij ons werken, van atheïsten tot moslims en van christenen tot boeddhisten. Er zijn alleen nog geen homoseksuelen werkzaam bij ons, maar dat is wat mij betreft een kwestie van tijd’

Dit interview is ook gepubliceerd op creativeholland.com

Hoe ziet het 1,5 meter assurantiekantoor er uit?

Iedereen zal moeten wennen aan de nieuwe 1,5 meter samenleving. Zeker nu we langzaam aan weer naar kantoor gaan. Adviesgesprekken kunnen op afstand gevoerd worden, maar waar moet een assurantiekantoor allemaal rekening mee houden?

Mensen gaan toch weer vaker naar kantoor. En dat betekent toch dat bureaus anders neergezet moeten worden. Als er geen ruimte gecreëerd kan worden tussen de bureaus moeten er schermen van plexiglas geplaatst worden. Zo is de mogelijkheid er om de collega’s en klanten te zien terwijl er nog steeds afstand gehouden kan worden.

AMweb zocht contact met een paar assurantiekantoren en merkte dat corona niet voor grote aanpassingen zorgt. Bij All for Finance in Amstelveen is er veel werkruimte op kantoor. Het aantal werkplekken is gehalveerd, 60 procent van de medewerkers werkt op kantoor en de rest thuis.  De bureaus zijn minimaal anderhalve meter uit elkaar geschoven. Spreekkamers zijn omgebouwd tot werkplekken en in de grote ruimte op de begane grond is er ook plek voor werknemers. Op dit moment zijn er vijf á zes werknemers op de vloer, en de andere vier werken vanuit huis. Dit wordt zo nu en dan afgewisseld zodat iedereen een paar dagen thuis en een paar dagen op kantoor werkt.

Bij Peer Verzekeringskantoor in Duiven is het iets anders. De eigenaar, Hans Peer, heeft twee dames als personeelsleden die beiden thuis werken. Peer zit nu alleen op kantoor. Hij heeft een grote lange tafel waaraan hij kan werken waardoor anderhalve meter afstand houden geen probleem moet zijn. “Ik denk niet dat wij echte aanpassingen hoeven te doen om de anderhalve meter te handhaven. Als ik iemand op kantoor ontvang kunnen wij aan de lange tafel zitten waar de afstand verder geen probleem is. Er is wel wat meer handgel en de handdoekjes worden eenmalig gebruikt.”

Voor alle kantoren geldt: de ruimte tussen medewerkers moet groter. Daarbij horen bredere paden die tussen de kamers en werkplekken doorlopen. Het probleem is dat er niet in elk kantoor voldoende ruimte is om paden van twee of meer meter breed te maken. Eenrichtingsverkeer kan hiervoor de oplossing zijn. Dit kan aangegeven worden met stickers op de vloeren.

Het is wel belangrijk om niet te veel geheugensteuntjes in het kantoor te plaatsen, zo menen deskundigen. Bij te veel waarschuwingen kunnen mensen een onveilig gevoel krijg en kan dit voor stress en een gebrek aan overzicht zorgen. Duidelijkheid is belangrijk, maar zorg dat er een balans is, zo luidt de aanbeveling.

“Als ik iemand op kantoor ontvang kunnen wij aan de lange tafel zitten waar de afstand verder geen probleem is. Er is wel wat meer handgel en de handdoekjes worden eenmalig gebruikt”- Hans Peer

Thuiswerken is haalbaar gebleken

Thuiswerken is haalbaar gebleken, maar het is ook duidelijk dat mensen behoefte hebben aan sociaal contact en een kopje koffie en een praatje bij het koffiezetapparaat met de collega’s. In de toekomst zal men zoeken naar een nieuw evenwicht tussen thuis en op kantoor werken. De shifts kunnen afgewisseld worden tussen thuis en kantoor. Het is ook mogelijk dat een werknemer de ene dag korter  en de volgende dag langer werkt.

Het is vrijwel onvermijdelijk dat de kantoren anders gevuld zullen zijn dan eerst. De werkvloeren moeten op andere manieren ingericht worden om zo de 1,5 meter te handhaven. Hoe de kantoren er in de toekomst echt uit zullen zien is nog niet helemaal duidelijk. Maar een aantal maatregelen kunnen al genomen worden.

De plek waar het lastig blijft om anderhalve meter afstand te houden is de koffieautomaat. Bij verzekeringskantoor All For Finance zijn er maatregelen genomen om een opeenhoping van mensen bij de koffieautomaat te voorkomen. Werknemers pakken zelf hun koffie en lunch en eten deze aan hun eigen bureau op. Het voordeel voor All for Finance is dat het een groter kantoor heeft waardoor er voldoende ruimte is om afstand te houden. Tegen grote problemen zijn ze niet aangelopen, het is vooral wennen, zegt men daar.

Adfiz geeft advies

Adfiz heeft op zijn website een aantal tips gegeven om de 1,5 meter te handhaven. Er is een handreiking voor financieel adviseurs gemaakt die gebaseerd is op het basisprotocol zakelijke dienstverlening dat VNO-NCW en MKB-Nederland hebben gemaakt. Tevens is dit protocol afgestemd op de adviezen van het RIVM en EZK. In deze handreiking worden regels beschreven die toepassing hebben op de ondernemer, werknemers en de klanten.

Voorlopig geldt overigens nog altijd de Thuiswerken, tenzij-regel, totdat het kabinet anders besluit.

Joerie van Looij, woordvoerder van Adfiz vertelt dat er nog weinig aanpassingen op zijn kantoor zijn gedaan. “Veruit het grootste deel van de werknemers werkt nog vanuit huis. De afgelopen tijd heeft iedereen full-time thuis gewerkt. Wij hebben nogal een grote open werkvloer, en zolang wij niet met zijn allen naar kantoor komen is het geen enkel probleem om hier de 1,5 meter te handhaven. Het gebruik van het keukentje en toiletten is soms lastig, maar looproutes kunnen hier hulp bieden. Het heeft wel allemaal aandacht nodig.” Een beeld van hoe het bij zijn achterban er nu aan toe gaat heeft van Looij niet. Maar de ondersteuning die geboden wordt en het document dat kantoren kunnen gebruiken zijn beschikbaar via de website, zegt hij.

Handreiking Financieel Advies

Voor de ondernemers:

 

  1. Hygiëneregels hangen op een zichtbare plek in het bedrijf.
  2. Regels voor klanten staan op de website (pop-up en/of homepage).
  3. Werkzaamheden waarvan de aard van het werk het toelaat, worden vanuit huis gedaan.
  4. Voor zover thuiswerken niet mogelijk is, zorg dat iedereen 1,5 meter afstand tot elkaar kan houden, zorg dat stoelen en werkplekken op anderhalve meter van elkaar verwijderd zijn, zorg voor ruime looplijnen, maak duidelijke afspraken over (beperkt) gebruik van gezamenlijke ruimtes en faciliteiten (entree, lunchruimte, reproruimte, lift etc).
  5. Beperk fysieke nabijheid van medewerkers, vergader zoveel mogelijk digitaal, organiseer geen fysieke personeelsbijeenkomsten, beperk bezoek tussen verschillende afdelingen en lunch apart, in kleinere groepen na elkaar of op werkplek.
  6. Deel zo min mogelijk zaken, zorg voor vaste werkplekken en spreek af dat werkbenodigdheden zoals pennen, papier, nietmachines en oplaadkabels niet gedeeld worden.
  7. Zorg voor maximale hygiëne, zeep, desinfecterende middelen en wijs aanwezigen op het belang van handen wassen (bijv. ook regels ophangen in toilet). Maak regelmatig schoon en zorg voor goede ventilatie.
  8. Werk met klanten zoveel mogelijk digitaal op afstand, beperk fysieke afspraken tot het noodzakelijke.
  9. Werk zoveel mogelijk op afspraak, zodat de klantcontacten gedoseerd kunnen worden en verspreid over de dag.
  10. Maak afspraken met klanten over het maximaal aantal personen dat naar de afspraak komt (afgestemd op naleving van de 1,5 meter afstand).
  11. Neem vooraf een intake af met de klant, waarin gezondheidsregels worden besproken. Voeg de spelregels bij de afspraakbevestiging.
  12. Beperk bezoek aan de klant, risico-inspectie of schade-inspectie tot het noodzakelijke.
  13. Maak ook bij klantbezoek vooraf goede afspraken om het aantal aanwezigen tot het minimum te beperken (afgestemd op naleving van de 1,5 meter afstand).
  14. Als er updates komen op deze afspraken worden die zo snel mogelijk gecommuniceerd.

Voor medewerkers:

  1. Werkzaamheden waarvan de aard van het werk het toelaat, worden vanuit huis gedaan.
  2. Houd 1,5 meter afstand.
  3. Reizen doe je zoveel mogelijk alleen en met eigen vervoer
  4. Moet je op kantoor zijn, dan heb je een eigen vaste werkplek
  5. Je deelt spullen niet met anderen (zoals bijv pennen, papier, oplaadkabels, nietmachines)
  6. Ga niet (onnodig) bij andere teams/afdelingen langs, maar doe zoveel mogelijk per mail, telefoon etc.
  7. Klantcontact doe je waar mogelijk op afstand. Fysiek bezoek doen we op afspraak, met zo min mogelijk personen. Klanten informeren we vooraf over onze spelregels.
  8. Was vaak je handen, in ieder geval voor en na het eten en na toiletbezoek
  9. Schud geen handen.
  10. Hoes en nies in je elleboog en gebruik papieren zakdoekjes.
  11. Blijf thuis als je een van de volgende klachten hebt: neusverkoudheid, loopneus, niezen, keelpijn, lichte hoest, verhoging (tot 38 °C).
  12. Blijf thuis als iemand in jouw huis koorts heeft (vanaf de 38 °C) en/of benauwdheidsklachten.

Voor de klanten:

  1. Houd 1,5 meter afstand.
  2. Schud geen handen.
  3. Handel zaken indien mogelijk digitaal of telefonisch af.
  4. Maak eerst een afspraak voordat je langskomt. Kom niet te vroeg en ga direct na de afspraak weer weg.
  5. Kom zo mogelijk alleen.
  6. Blijf thuis als je een van de volgende klachten hebt: neusverkoudheid, loopneus, niezen, keelpijn, lichte hoest, verhoging (tot 38 °C).
  7. Blijf thuis als iemand in jouw huis koorts heeft (vanaf de 38 °C) en/of benauwdheidsklachten.
  8. Ga voorafgaand aan de afspraak thuis naar het toilet
  9. Was voorafgaand aan de afspraak je handen met zeep, minimaal 20 seconden
  10. Volg altijd de aanwijzingen van het personeel.

Samen Nederland dichterbij elkaar brengen

Nu tegen corona, en in de toekomst voor elkaar. Dat is het bericht dat WeLLDesign wil afgeven met hun nieuwe product, Het ChatKot. Zodat iedereen elkaar in de ogen kan kijken in plaats van een innige knuffel te geven, en om de 1,5-metersamenleving makkelijker voor iedereen te maken.

 

Het ChatKot is er voor veilig bezoek, contact en een gesprek onder vier ogen. Van first dates tot kraambezoek, en van coaching gesprekken tot ziekenhuisbezoeken. Voor al deze toepassingen heeft WeLLDesign het ‘ChatKot’ ontwikkeld. Dit is een bezoek-, spreek- of visitehuisje met een uitnodigend design.

Het huisje is gemaakt van lichtgewicht en lichtdoorlatend circulair materiaal. Gemakkelijk plaatsbaar en verplaatsbaar. Hygiënisch en makkelijk om schoon te maken.

 

Mathijs van Dijk, mede-oprichter van WeLL: ‘We hebben al veel belangstelling voor de chatkot gekregen, en de eerste is inmiddels geplaatst bij een verzorgingshuis in Purmerend. Van de vier types blijken C en A het meest gewild en het type A kunnen we ook in half model leveren, zodat je hem tegen een raam of deur kunt plaatsen. De chatkot is gemaakt van een innovatief nieuw materiaal, in Nederland ontwikkeld en geproduceerd. Het is een kunststof honingraatstructuur met een toplaag van glas, waardoor het volstrekt recyclebaar is. We liepen daar tegenaan en zijn van plan er meer toepassingen voor te ontwikkelen.’

 

Er zijn vier modellen ontwikkeld. De C, H, A en T zijn allemaal ontwikkeld voor verschillende doeleinden. Elk model heeft zo zijn voordelen die toegepast kunnen worden op verschillende situaties. Zo is model C ideaal voor gesprekken onder vier ogen. En model A is geschikt voor een veilig bezoek van vrienden en familie.

 

Meer informatie is hier te vinden

Opgelegde regels zorgen voor weerstand

“Zing – Vecht – Huil – Bid – Lach – Werk en Bewonder”, zingen omstanders mee met de Westerkerk in Amsterdam. Iets voor twaalf uur is de orgelspeler begonnen met het spelen van het lied van Ramses Shaffy. Veel mensen stoppen om te luisteren. Normaliter staat het plein naast het Anne Frank Huis vol met toeristen, hetzelfde geldt voor trekpleisters als de Dam, de Oude Kerk, Leidsestraat en het Museumplein. Of de stad door de maatregelen uitgestorven is, blijft maar de vraag.

 

 

Anne Frank Huis.

Vrijdagochtend 12:00

 Terwijl de orgelspeler van de Westerkerk het meest bekende liedje van Ramses Shaffy speelt maken twee Nederlandse toeristen, uitgerust met grote rugzakken en wandelschoenen, uitgebreid selfies van de gesloten ingang van het voormalig onderduikadres van Anne Frank. Ze negeren de klanken die uit de imposante kerk komen en zijn meer gefocust op de moderne glazen ingang van het museum. Van anderhalve meter afstand houden is geen sprake. Een ouder stel in zomerse kleren kruipt tegen elkaar aan terwijl zij naar plezierbootjes kijken die pruttelend door de Prinsengracht varen. De verschillende, vooral jonge stellen op de kade houden geen afstand, maar blijven wel uit de buurt van onbekenden terwijl ze aandachtig naar de klok van de kerk kijken waar de muziek uitkomt. Dané Mulder, gedragspsycholoog bij de gemeente Rotterdam, zegt dat jongeren meer weerstand tonen tegen de maatregelen van de overheid dan ouderen. Dit komt omdat jongeren meer behoefte hebben aan autonomie, en omdat zij, volgens het RIVM, een kleinere besmettingskans hebben.

[embed]https://youtu.be/mchXCgT-xWY[/embed]

Direct nadat de orgelspeler klaar is met het liedje ontvangt hij applaus en steekt hij zijn hoofd uit de klok van de 86 meter hoge kerk. Langzaam druipen de meeste omstanders tevreden af aangezien er geen vervolg liedje komt. Een man begroet een vrouwelijke kennis op de kade. Hij wil haar een knuffel geven, maar vergeet dat afstand houden een eis is op dit moment. In plaats daarvan geven ze elkaar een ‘voetboks’ en vertelt hij haar hoe mooi het was om Ramses zijn hitsingle te beluisteren in het zachte lente weer. “Ik had zo graag Ramses een keer live willen zien”, vertelt hij haar. Het oudere stel loopt ook verder terwijl de mevrouw haar bos bloemen bijna op het bankje vergeet. In hun plaats komt een jogger hijgend aangerend en ploft neer op het bankje, waar nog een witte hyacint eenzaam blijft liggen.

 

 

 

De Dam, 12:30

Een dakloze man doet een dutje naast het Nationaal Monument op De Dam. Foto: Pepijn van Vugt

 

Voor het Nationale Monument op de Dam staan de bloemenkransen die op Bevrijdingsdag zijn neergelegd door de scouts. Een oudere vrouw maakt met haar telefoon foto’s van het monument. Ook hier is muziek te horen, alleen deze keer klinken Bijbelse liederen van Jehova’s getuigen die voor het kantoor van de ABN-AMRO flyers uitdelen aan mensen die langs komen lopen. Normaal is er altijd wel politie op het plein aanwezig, maar deze keer heeft een boa in een fluoriserend geel pak de handhavingstaak op zich genomen. Sinds kort zijn er speciale vakken waar mensen hun fiets kunnen parkeren, als dit niet gebeurt plakt de boa een sticker op de fiets zodat een auto deze kan ophalen. Meerdere wielrenners en fietsers worden verzocht om hun fiets ergens anders te parkeren. Zo ook een meneer in een driedelig beige pak, zijn scooter staat verkeerd geparkeerd. Hij komt verhaal halen bij de boa en rijdt daarna met veel gebrom weg.

 

Een dakloze man met ontbloot bovenlijf steekt samen met een bouwvakker een jointje op en ze bespreken de dag. De zo bekende sterke geur van wiet neemt langzaam een deel van het plein over. Na de joint loopt de dakloze naar een andere steen om op te zitten. Hier zitten een vader met zoon die samen een half gesmolten ijsje eten. Ze raken in gesprek en de dakloze man zegt dat hij het koud heeft. “Misschien moet je dan een shirt of trui aandoen, dan heb je het minder koud”, zegt de vader. De dakloze man lacht dit weg. Na een aantal minuten vraagt hij om twee euro, de vader heeft dit niet en geeft zijn vrouw, die net aan is komen fietsen op een vouwfiets een kus. De zoon geeft de man twee euro en een boks en loopt naar zijn ouders toe. De dakloze man speelt met het geld en er valt een euro rinkelend op de grond.

 

De boa wil weer mensen wegsturen, maar er komt een vriend gekleed in een zwarte djellaba en een Gucci pet aanlopen en ze geven elkaar een innige omhelzing en praten in het Arabisch verder. Het gezang van de Jehova getuigen is vervangen door Bob Marley, gezongen door de nog steeds T-shirt loze dakloze man. Hij vraagt aan mensen op straat of zij een slaapplek voor hem weten. “Amsterdam-Noord is erg rustig en er is veel groen”,krijgt hij te horen van een andere dakloze. Hij pakt zijn spullen en loopt al neuriënd over de Damrak richting het Centraal Station.

 

 

 

Oude Kerk, 13:30

Er wordt geklust aan de Oude Kerk bij de Oudezijds Voorburgwal. Foto: Pepijn van Vugt

De normaal drukke Wallen met dronken toeristen en mannen die op zoek zijn naar een met rood belicht raam zijn uitgestorven. In normale tijden zijn de grachten de hele dag gevuld met mensen, maar nu sekswerkers hun werk niet mogen uitvoeren is er geen hond te bekennen.

Een jongeman, van top tot teen gekleed in Gucci en Burberry, wordt voor een coffeeshop aangehouden bij zijn witte Volkswagen Polo. Wat hij heeft gedaan is niet helemaal duidelijk, maar het is wel een serieuze zaak. Naast vier handhavers op de fiets, staan er ook nog eens vier politieagenten om hem heen. Een vrouwelijke agente staat erg driftig in haar oog te wrijven terwijl ze door haar collega’s geroepen wordt. De jongeman wordt gefouilleerd, zonder handschoenen, en zijn auto wordt grondig onderzocht. Een oude Surinaamse meneer, gekleed in een bijna volledig rode outfit, kijkt van een afstandje toe en steekt een joint op. De verdachte werkt rustig met de agenten mee en maakt hier en daar een grapje. Vlak voor de aankomst van het politiebusje kijkt iedereen naar boven, een helikopter. Geen politiehelikopter, maar een Chinook. Een 2-motorige transporthelikopter vliegt laag over de stad met luid kabaal richting het marineterrein in Amsterdam-Oost.

Nadat de Chinook is overgevlogen rijdt het busje voor de coffeeshop. De verdachte wordt meegenomen en oogt nu redelijk nerveus. De witte Volkswagen Polo blijft op de gracht staan.

Intussen is de Surinaamse man in de rolstoel vergezeld met een bekende. Een lange meneer, van top tot teen gekleed in het rood, gaat naast hem zitten.  Ze kijken toe hoe een elektrische matgroene rondvaartboot aanmeert aan de kade. Het enige geluid wat je hoort is de aansteker die aanklikt om een nieuwe joint mee aan te steken.

De sluiting van cafés, coffeeshops en kerken hebben eigenaren op het idee gebracht om te gaan klussen. Op de grachten hoor en zie je dan ook overal bouwvakkers die met harde muziek aan het werk zijn. Bij de Oude Kerk zingen twee bouwvakkers zonder shirt maar met helm, met volle borst mee met BLØF. Op twintig meter afstand ruik je de ingang van de coffeeshop waar de witte Volkswagen Polo nog steeds staat. Niet de wietgeur, maar de geur van verf overheerst de gracht. Ook hier wordt geklust, met mondkapjes en handschoenen.

 

 

 

Leidsestraat en Museumplein 14:00 – 14:30

De Leidsestraat en het Musemplein zijn na de versoepeling van de maatregelen weer langzaam drukker geworden. De winkels in de Leidsestraat zijn open en op het grasveld van het Museumplein zitten mensen in de lentezon van hun lunch te genieten. Vooral jongeren lopen in zomerse kleren door de straat, maar van anderhalve meter afstand is geen sprake. Het is normaal verboden om te fietsen door deze straat, maar veel mensen houden zich hier niet aan. Een man die van top tot teen ondergetattooeerd is houdt zich nog wel aan deze regel en loopt met zijn fiets aan de hand richting het Leidseplein. Een ramenwasser heeft geen zin om te lopen en fietst voorbij met een halve liter bier in zijn hand en uit zijn speaker klinkt Amerikaanse hiphop.

Voor de versoepeling van de maatregelen was de Leidsestraat uitgestorven. Nu komt deze langzaam weer tot leven. Foto: Boris Meijer

Het imposante Rijksmuseum kijkt neer op de groene grasmat van het Museumplein. De skatebaan is gevuld met kinderen die op stepjes en skateboards in de halfpipe trucjes doen terwijl hun ouders verveeld op hun smartphone appjes aan het versturen zijn. Twee mannen spelen jeu de boules naast de skatebaan. Telkens als de grote ballen gegooid worden stuift het zand en stof van de grond omhoog. In de verte klinken de magische klanken van een jazzmuzikant op zijn saxofoon. Zodra het nummer voorbij is gooit een omstander wat geld in de tas van de muzikant en het geld ploft met een dof geluid neer in de nog lege tas.

 

De afgelopen zeven weken is de stad levenloos geweest, maar na de versoepelingen beginnen de Amsterdammers langzaam te ontwaken uit hun quarantaineslaap. Langzaam beginnen de stad en de mensen weer tot leven te komen en uit hun hol te kruipen. Degene die het aandurven om de redelijk verlaten straten te trotseren houden zich zo nu en dan aan de regels en zijn solidair met elkaar. Het is maar de vraag in hoeverre dit zal werken zodra de zomerse dagen om de hoek staan en de fles wijn met elkaar wordt gedeeld.