“Soms vergeten we het bijna te zeggen, omdat we het zo ontzettend veel over de tegenstellingen hebben. Maar de potentie die Oost-Duitsland heeft, is werkelijk waar gigantisch.” Joachim Ragnitz van het ifo Institut in Dresden is glashelder. Ondanks het gapende gat dat na 34 jaar Duitse eenheid nog altijd twee werelden scheidt, gloort er hoop aan de horizon. Het verschil tussen West- en Oost-Duitsland kan en móét worden overbrugd. De vraag is alleen: hoe?
“Dat vragen veel Oost-Duitsers zich ook af”, zegt Ragnitz, die is gespecialiseerd in de politieke invloed op Oost-Duitsland. “Maar het feit dat het beleid de afgelopen jaren drastisch is veranderd, is tekenend. Sterker nog, het is misschien wel een compliment. De ‘nieuwe’ deelstaten moeten op eigen benen staan.”
De solidaire aanpak van na de Wende, waarbij West-Duitsland meebetaalde aan het herstel van het oosten, heeft plaatsgemaakt voor een nieuw beleid: ‘Länderausgleich’. Vrij vertaald betekent dit een gelijke behandeling van alle Duitse deelstaten. Waar het voorheen vooral het oosten was dat jaarlijks miljarden kreeg toegestopt, wordt het geld nu eerlijker verdeeld. Oost-Duitsland heeft zijn uitzonderingspositie verloren en doet mee met de rest.
“Het oosten mag in economisch opzicht dan nog wel achterliggen bij het westen”, aldus hoogleraar economie Steffen Müller. “Maar met innovatieve projecten kan en gaat een inhaalslag worden gemaakt, wat ook aansluit bij de verwachting van de Duitse overheid. Dat zelfs bondskanselier Olaf Scholz dit specifiek heeft benoemd, laat zien dat er grootse plannen zijn.”
De Oost-Duitse basis is aanwezig
De randvoorwaarden voor een glorieuze toekomst zijn in ieder geval geschept. De ligging in Centraal-Europa is gunstig, waarbij de uitstekende infrastructuur met havens, wegen en spoorlijnen heeft gezorgd voor een optimale verbinding met alle uithoeken. En waar grote delen van Duitsland zijn volgebouwd, is in het oosten wél ruimte. Ruimte die moet worden besteed aan bedrijven die inspelen op de uitdagingen van de 21e eeuw.
“De productiviteitskloof met het westen kan worden gedicht door nieuwe bedrijven in het oosten te vestigen”, zegt Müller. Dit sluit aan bij de doelen van Ostbeauftragter Carsten Schneider. Namens de regering vertegenwoordigt hij Oost-Duitsland. Door meer onderzoekscentra en overheidsinstanties in het oosten te vestigen, hoopt hij dat het negatieve beeld van dit gebied kantelt.
Müller legt uit hoe de nieuwe fabrieken die de afgelopen jaren in het oosten zijn gestationeerd, symbool staan voor de toekomst. “Chipfabriek Intel, autofabriek Tesla en accufabriek CALT zijn voorbeelden van grote producenten die zich in Oost-Duitsland hebben gevestigd. Ze springen in op duurzaamheid. De regio wil een voorloper zijn als het aankomt op robotisering, kunstmatige intelligentie en klimaatvriendelijke projecten. Door als pionier te fungeren kan een grote stap naar gelijkheid worden gezet.”
Demografisch probleem
Maar ondanks de grootse plannen, kampt het oosten met een probleem dat roet in het eten kan gooien. Jongeren die de toekomst moeten vormen, trekken nog altijd weg. En ondanks dat Oost-Duitse universiteiten succesvolle campagnes voeren, blijft het een getouwtrek om de schaarse hoogopgeleide jonge Oost-Duitser in de regio te behouden.
“Wat niet meehelpt is dat ook de nieuwe generatie Oost-Duitsers nog vaak het idee heeft dat ze worden benadeeld”, concludeert socioloog en cultuurwetenschapper Uta Bretschneider. “De verwachting was dat de wendekinderen en daaropvolgende generatie gelijk zouden worden behandeld, maar zelf blijken ze dat idee nog helemaal niet te hebben.”
Bretschneider geeft aan verrast te zijn dat de restjes bouwstenen van de gevallen Muur nog altijd doorbrokkelen in de nieuwe generatie Oost-Duitsers. “Het gevoel van een Oost-Duitse identiteit zal daardoor nog wel even blijven. Al vermoed ik dat het later zal veranderen in een stedeling versus dorpeling, omdat de verschillen daartussen groeien.”
Dit voorspelt ook Ragnitz, die zich moeilijk kan inbeelden dat het oosten binnen afzienbare tijd gelijk is aan het westen. “Sommige landelijke gebieden blijven zwak en worden door steden als Leipzig en Dresden ingehaald. De verschillen binnen Oost-Duitsland nemen hierdoor toe. Maar aan de andere kant: het is volkomen normaal dat er in een land zwakkere regio’s zijn, zo ook in de rest van Duitsland. Vandaar dat het nieuwe beleid zich niet meer specifiek richt op het begunstigen van het oosten. Programma’s komen hier nu per toeval terecht.”
Das Superwahljahr
2024 wordt in Duitsland beschouwd als ‘das Superwahljahr’, het superverkiezingsjaar. Niet alleen staan gemeenteraads- en Europese verkiezingen op het programma. De inwoners van Brandenburg, Saksen en Thüringen mogen ook voor de deelstaatverkiezingen naar de stembus.
Verwacht wordt dat Alternative für Deutschland (AfD) daarbij als winnaar uit de bus komt. En dat terwijl de populistische partij door de Duitse veiligheidsdienst Bundesverfassungsschutz als rechtsextremistisch is ingeschat. Eerder kregen ook diverse jongerenafdelingen van de partij dit stempel.
“De AfD is een rechtsextremistische partij die zegt een hele andere politiek te willen. Alleen is die ‘andere politiek’ racistisch, worden grondrechten geschonden en geweld niet geschuwd”, legt hoogleraar politicologie en extremisme-expert Hajo Funke uit. Aan de Freie Universität in Berlijn deed hij jarenlang onderzoek naar de populariteit en oorzaken van extreem-rechtse groeperingen. Want met name in de oostelijke deelstaten is de AfD al jaren bezig aan een opmars.
“De AfD speelt heel erg in op het gevoel van de mensen die zich tweederangsburger voelen”, aldus Funke. “Daarom doen ze het juist goed in Oost-Duitsland, dat als voedingsbodem kan worden gezien van frustraties. De boze, teleurgestelde en oudere bevolking kiest extreem, omdat ze het helemaal anders willen. Ze hebben jarenlang het idee gehad dat ze in de steek zijn gelaten door de andere Duitsers, die zich ook niet in ze zouden hebben geïnteresseerd. Maar de AfD belooft een einde maken aan de traumatische ervaring van de Oost-Duitse bevolking.”
Een probleem voor de AfD is alleen dat er amper partijen bereid zijn om met de rechtsradicalen samen te werken. Om te beginnen werd de partij uit de Europese fractie Identiteit en Democratie (ID) gezet. Dat gebeurde nadat de Europese lijsttrekker Maximilian Krah in een interview aan de Italiaanse krant La Repubblica zei, dat niet iedere SS’er automatisch crimineel was en dat er ook veel boeren onder de SS’ers waren. Daarnaast zitten ook in de deelstaten andere fracties niet op de AfD te wachten.
“De AfD wordt in principe buiten de deur gehouden”, zegt Funke. “Al worden andere partijen hierdoor wel met een probleem opgezadeld. Zij hebben haast geen andere keus dan met elkaar samen te werken, terwijl hun meningsverschillen gigantisch zijn. Maar het is wel aan hen om te voorkomen dat het oprukkende rechtsextremisme in Oost-Duitsland aan de macht komt.”
Oost-Duitsland heeft het in eigen hand
“Samenvattend kan worden geconcludeerd dat de kansen en mogelijkheden op een bloeiende toekomst, zoals bij de Duitse eenwording werden beloofd, er nog altijd zijn”, zegt Ragnitz van het ifo Institut. “Het feit dat er een einde is gekomen aan de uitzonderingspositie van Oost-Duitsland, kan je uitleggen als een teken van kracht. Het is een stap naar normalisering.”
Hoogleraar economie Müller onderschrijft dit. Hij geeft aan dat de zaadjes zijn geplant, maar het aan de Oost-Duitsers zelf is om nu te oogsten. “Het moet bij sommigen misschien nog even doordringen, maar het oosten heeft het in eigen hand. De potentie is er echt wel, alleen zijn ze nu zelf aan zet.”
Dit was het zevende en laatste verhaal uit de serie ‘De onzichtbare Muur’. Klik hieronder om naar eerdere verhalen te gaan:
- Voel je je Duits of Oost-Duits?
- Brokstukken van de Muur nog altijd zichtbaar in herenigd Duitsland
- Heiko verlangt als Ossi terug naar DDR: “Toen was het leven nog eerlijk”
- Jan groeit op met vader bij communistische staatspartij: “In DDR was het helemaal niet zo prachtig”
- Vertrokken ‘Wossi’ keert terug als burgemeester: “We moeten het zelf doen”
- Wendekind René gelooft in gezamenlijke toekomst: “We zijn allemaal Duitsers”
- Toch nog een bloeiend Oost-Duitsland?: “De potentie is er, maar ze zijn zelf aan zet”