OG’techno god, game-expert, zakenman en overenthousiaste verhalenverteller. Als ras-Utrechter hebben we het natuurlijk over Richard van der Giessen. Deze bijzondere man maakte diverse ontwikkelingen mee binnen de technoscene en zag zijn eigen label groeien, maar ook failliet gaan. Na 13 jaar is U-Trax, hét Utrechtse technolabel, terug. Maar U-Trax is veel meer dan alleen techno. Een terugblik op de herinneringen, een stukje geschiedenis en een blik vooruit op de wedergeboorte van het label. 

Dit artikel is eerder verschenen op de regiowebsite van 3voor12. Check de site voor nog meer interessante verhalen over de Utrechtse muziekscene. Het auteursrecht voor de afbeeldingen ligt bij Paulus van Dorsten, tekst door Roos Verbrugh.

Een stukje Utrechtse geschiedenis

“Het begon voor mij rond 1990 met de betrokkenheid bij Stichting Droom. Dat was een stichting waar veel mensen met een creatieve achtergrond, bijvoorbeeld van de HKU, zich aansloten. We hadden een radiostation, een radioshow, een videoafdeling, een magazine en een cassettelabel. Een platform waar mensen een platform gaven aan nieuwe cultuurinitiatieven, waaronder muziek. Cassettes waren echter al snel niet genoeg voor mij, en op een gegeven moment wilde ik toch echt dingen op vinyl gaan uitbrengen. Er waren op dat moment in Utrecht een aantal mensen die hun demo’s niet kwijt konden bij de bestaande labels. Daar wilde ik een platform voor opzetten, en zo ontstond al snel U-Trax. De naam lag daarin erg voor de hand, geïnspireerd op het eerste house label in de wereld, Chicago Trax. Dat label was trouwens echt het begin van de house en de acid house, zoals ze dat toen nog noemden.”

 

Is de definitie van acid house toen anders dan hoe we nu acid house kennen?

“Nou, dat is dé grap van die begintijd. Eind jaren 80 had je krakersfeesten in De Averijen of in de Vrije Vloer met acid party’s. Daar was Utrecht de eerste stad met underground feesten. Er was echter niet genoeg acid om te draaien, dat bestond gewoon nog niet, dus er werden hele diverse house platen gedraaid zoals Hip House Records of Todd Terry. Je pompte de zaal vol met rook en zette de hele nacht een stroboscoop aan, dan was het altijd goed.”

 

Gebruikte jij dan ook op die feesten?

“Ik heb zelf nooit drugs gebruikt, maar ik begreep dat het voor velen belangrijk is voor de ervaring. Ik raakte gewoon high van de muziek en misschien de stroboscopen. Ken je de track ‘Acid Trax’ van Phuture? In een club op een hele goed PA System met rook en lichten? Dat is gewoon pure hallucinerende shit. Dat vond ik zo bizar om te ervaren. En dan te bedenken dat ik in de Utrechtse club De Vrije Vloer heb gedraaid, hét drugshol. De Vrije Vloer was gelegen onder Parkeergarage Paardenveld. Op het moment zit er een fotozaak in, dus je kunt het nog wel bezoeken. De club werd daar ooit weggehaald omdat er flats tegenover gebouwd werden, dus die toekomstige bewoners gingen klagen. Toen was het al snel weg. Ik heb daar toentertijd nog gedraaid, maar dat was ook van korte duur.’’ Richard lacht. “Ik was te slecht.’’

 

“Toen hadden we het al over techno, maar toen was techno nog echt zoals de oorspronkelijke Detroit techno. Je had nog maar net die harde sound, van hit-house records en Midtown records. Op dat moment had je B-kantjes van Frank de Wulf, zo’n voorloper van de gabberscene. En Remco van der Drift (DJ Paradiz, later DJ Drifter, resident bij Fellini) draaide toen in Fellini altijd mid-town en hit-house records, onder de veronderstelling dat dat techno was. Ik was de eerste die Remco vertelde: ‘Nee man, dít is techno,’ waarna ik hem trancemat, KMS records en model500 liet horen (ONE ATKINS> GODFATHERS VAN TECHNO). Toen ontdekte hij pas de échte vette muziek. Met alle respect, dat klinkt veel beter natuurlijk.”

_____________________________________________________________

In 1993 werd U-trax opgericht, waar begonnen jullie toen mee?

“We startten met 4 debuten: PA Presents, The Connection Machine, Frank de Groot en een plaat van mijzelf. Echte Utrechtse namen allemaal. Later kwamen er ook artiesten bij vanuit andere omgevingen. Daarnaast bracht ik nog een ander label uit, omdat ik wat hardere muziek wilde maken. Ik was heel boos in die tijd. Ons motto was: ‘vuig en onbesuisd’. Het album heette Our music has a message, please turn over. En dan stond er op de achterkant ‘fuck you’. Dat waren harde lo-fi acid dingetjes. Ik was in die tijd zo teleurgesteld in de commercie die de overhand nam.”

 

Toch moesten jullie op een bepaald moment stoppen met U-Trax, waar kwam dat door?

“Allereerst stopte mijn distributeur en moest ik het zelf overnemen. Dat ging hartstikke lekker, maar toen kwam de zomer van ’96. In de zomer ligt de distributie van platen sowieso stil, dan hebben al die Italianen vakantie, net zoals in Frankrijk. Normaal trekt het in September dan weer aan, maar na de zomer was het opeens over. In plaats van dat we hele dozen naar Amerika en Engeland verstuurden, liep die verkoop helemaal terug. De vraag was in één keer weg. Veel vinyl winkels gingen vervolgens failliet. In Utrecht had je Twist and Shout. Dat klinkt misschien heel niet-hip, maar dat was een hele goede winkel voor platen uit Detroit, echt goede underground dansmuziek. Maar toch liep de verkoop van vinyl massaal terug. Mensen die thuis draaitafels hadden kregen kinderen en stopten ermee. Het werd gewoon niet verkocht. Uiteindelijk zijn we gestopt en zijn we een hele hoop geld verloren.”

 

Terwijl U-trax failliet ging, ontstonden er op andere plekken wel veel andere nieuwe labels.

“Dat was eigenlijk het perfecte moment voor velen, omdat ze rock bottom begonnen. Voor hen was er maar een regel: the only way is up. Bijvoorbeeld het label Delsin Records van Marsel van der Wielen. Een ander groot label dat in die tijd begon was Clone, in een klein winkeltje in Roosendaal. Dat is nu uitgegroeid tot een wereldwijd begrip. Nog zo’n label is Rush Hour Records, ook in 1997 begonnen, of Triple Vision, een drum and basswinkel aan de Binnenweg. Dé platenzakenweg in Rotterdam. Daar zaten vroeger vijfentwintig platenzaken, waar er nu nog twee van over zijn. Die zaken hebben een hele belangrijke rol gespeeld voor de muziekindustrie in Nederland.”

 

Nadat U-trax failliet ging heb je zeker niet stil gezeten. Hoe zag jouw leven na U-Trax eruit?

“Ik heb letteren gestudeerd, dus ben al snel begonnen als muziekjournalist, voor het eerste Nederlandse dancemagazine, Discodance. Ik deed verschillende rubrieken waaronder een technorubriek en de rubriek Uit Houselijke Kring, met allemaal nieuwtjes over de Nederlandse houseartiesten. In die tijd had ik al veel contact met Jochem Paap, die draait nu onder de naam van Speedy J. Zo ben ik verbonden geraakt met de muziek en heb ik het nooit meer losgelaten.”

 

We zitten nu in het kantoor, maar dit is duidelijk meer dan een platenlabel. Wat is U-Trax, naast muziek, nog meer?

“Nadat ik afstudeerde, ben ik begonnen bij Nintendo als speladviseur. Vervolgens ben ik in een cd-zaak gaan werken aan de Nobelstraat. Dat was toen heel erg in opkomst, gamen op je PC. Zeker toen die muziek in elkaar stortte dacht ik, wat nu? Het schrijven bleek op dat moment het enige wat voor mij werkte. Binnen de kortste keren schreef ik voor elf verschillende tijdschriften, waaronder Autoweek en Playboy, maar ik focuste ook op de game-industrie, die up and coming was. Opvallend was dat er tussen alle toegestuurde games ook ineens Nederlandstalige games tussen zaten. Die waren alleen héél slecht vertaald, en daar vond ik een gat in de markt. Dat vertalen kon ik natuurlijk veel beter. Voor ik het wist, had ik een gamevertalingsbedrijf onder de naam van U-Trax.”

 

In 2013 is U-Trax, een grote speler in de game-industrie, failliet gegaan. Wat is daar toen gebeurd? 

“U-Trax is in een redelijk korte periode uitgegroeid tot een bedrijf dat naast games vertalen ook heel veel andere dingen deed. Ik had kantoren over de hele wereld, waar games werden vertaald en nagesynchroniseerd. Daarnaast deden we ook commercials. Wat ons uiteindelijk genekt heeft, is het testen van games. Wat een hartstikke een goedlopend bedrijf was geworden door het vertalen, ging ten onder door het verlies van het testen van games. In die tijd had ik een ingewikkelde thuissituatie, dus besloot ik een algemeen directeur aan te stellen. Uiteindelijk is het een beetje buiten mijn zicht misgelopen. Toen ik erachter kwam hoe slecht het ging, heb ik direct ingegrepen. Het spreekwoord gaat: bedrijven gaan niet failliet van door gebrek aan werk, maar door gebrek aan cash. In het begin van 2014 hebben we wel direct een doorstart gemaakt, en kon ik ook eindelijk een goede, passende naam nemen, Local Heroes.

 

Toch ben je weer verder gegaan met muziek, en heeft U-Trax een rentree gemaakt. Welke tijdsgeest dragen jullie uit?

“25 jaar geleden vond ik het superleuk om 12-inches te kopen en draaien, maar dat interesseert mij niet meer zo. Waar vroeger iedereen op losse plaatjes focuste, leg ik binnen U-Trax nu de focus op albums. Mooie elektronische albums die niet beperkt zijn tot één genre. Daarin komen veel diverse invloeden terug, vanuit allerlei andere muziekstijlen. Bij de aankomende plaat van Thavius Beck, vind je bijvoorbeeld een hoop hip hopinvloeden.’’

 

Wat zijn verschillen tussen vroeger en nu?

“Vroeger leefden we natuurlijk in een compleet andere industrie. Daarbij houd ik me totaal niet bezig met nieuwe trends. Vroeger was techno nog aan het ontstaan, en werd er nog meer vanuit die Chicago-stijl geproduceerd. Nu gaat het me voornamelijk maar om één ding: als het maar diep is. Daarin haal ik wel inspiratie uit artiesten als Machine Woman, Ochre, Deft of Mode Selector. Mensen die ons van vroeger kennen, zullen zeker andere dingen verwachten dan wat er gaat komen. Daarin hoop ik mensen erg te verrassen, maar blijft de rode draad wat ik zelf leuk vind. Godzijdank hoef ik niet commercieel te denken en blijft het bij kwalitatieve maar interessante albums. U-Trax focust zich op albums met mooie elektronische muziek, ongeacht genre, die eigenzinnig zijn en die je niet ergens anders zult horen.”

 

Op 9 juli brengt U-Trax haar eerste nieuwe plaat uit, een album in samenwerking met artiest Thavius Beck: Lovesick EP.