Op het eerste gezicht lijkt de bevolkingsdichtheid van Houten een stuk lager dan die van buurgemeente Nieuwegein, maar wanneer er gekeken wordt naar de dichtheid binnen woonterreinen kan men constateren dat het verschil niet zo dergelijk is. Dit zet de gemeente voor een tweesplitsing: vasthouden aan het befaamde Houtens model of uitbreiden om de druk op de woningmarkt te verkleinen?
De gemeente Houten beslaat circa 59 km², meer dan dubbel zo groot als de gemeente Nieuwegein met 26km². Dit betekent dat met een inwonersaantal van zo’n 51.000 tegenover de 66.000 van Nieuwegein de bevolkingsdichtheid ver uit elkaar ligt. Zo kent de gemeente Houten een bevolkingsdichtheid van zo’n 926 inw./km² tegenover 2806 inw./km². Dit enorme verschil komt vooral door het grote aandeel groen en open ruimte in Houten, waar Nieuwegein veel meer dichtbebouwd is en ook meer de hoogte in gaat. Wanneer er echter gekeken wordt naar de dichtheid binnen de woongebieden zelf, ziet men dat de gemeenten volgens cijfers van het CBS 7862 inw./km² voor Houten tegenover 8571 inw./km² gaan.
Houten staat sinds jaar en dag bekend als dorp dat zich onderscheidt in ruimtelijke opzet. Zo zet de gemeente sterk in op groen, ruimte en het fietsvriendelijke STOMP-principe. Voetgangers en fietsers krijgen prioriteit in het dorp en zodanig wordt er ook gebruik gemaakt van collectieve parkeerplaatsen. Woordvoerder van de gemeente, Els de Canniere verklaart: ‘Zowel de gebiedsvisies van CMK als Houten Oost zijn ontworpen met de nadruk op voetgangers en fietsers, waarbij bereikbaarheid en nabijheid centraal staan. Het is daarbij niet vanzelfsprekend dat de auto voor de deur geparkeerd kan worden’. Nieuwegein kiest daarentegen juist voor een compacte, stedelijke aanpak met minder open ruimte en hogere dichtheden.
In de woonvisie (2021-2030) benadrukt de gemeente het belang van een groen en leefbaar woonmilieu. Hierbij worden nieuwe woningen voornamelijk binnen bestaande kernen of zorgvuldig geselecteerde uitbreidingsgebieden gepland. Ondertussen blijft de druk om nog sneller uit te breiden hoog, zo vertelt projectontwikkelaar Fred Dekker: ‘We willen natuurlijk allemaal het karakter van Houten behouden, maar in karakter kun je niet wonen. Er moet iets gebeuren om aan de enorme vraag te voldoen’.
De gemeentewoordvoerder komt met de verlossende worden: ‘Onze ambitie is om voor 2040, 4.750 nieuwe woningen gebouwd te hebben. Voor ongeveer 1.000 woningen liggen er al meer of minder concrete plannen’. Hiermee wordt gedoeld op de nieuwe visie rondom CMK (Centrum, Molenzoom en Koppeling). Deze plannen werden onlangs bekend gemaakt.
Ondanks de verassende cijfers rondom de bevolkingsdichtheid, kan er toch een positieve trend voor de Houtenaar gespot worden. Sinds de laatste meting is de bevolkingsdichtheid in woonterreinen iets geslonken. Dit zou beteken dat Houten daadwerkelijk voet bij stuk houdt en de groene en vredige agenda niet links laat liggen.
Deze visie werd in 1966 bedacht toen het dorp aangewezen werd als groeikern. Op gecontroleerde wijze groeide Houten binnen 30 jaar van 6.000 naar 30.000 inwoners. Men bouwde in die tijd veel woonerven, ook wel bloemkoolwijken genoemd, en hiermee werd de revolutionaire fietsstad Houten geboren. Doorgaand verkeer werd om de woonwijken heen geleid door middel van de Rondweg, die als een stadsring om het dorp heen ligt.
Door de suburbanisatie van de jaren ’60 en ’70 werd ook het gebied waar nu Nieuwegein ligt bebouwd. Vanaf 1958 werd het gebied tussen Jutphaas en Vreeswijk al aangewezen voor grootschalige woningbouw. De dorpen bouwden al aan uitbreidingswijken toen ze in 1971 fuseerden tot de nieuwe gemeente Nieuwegein. Sindsdien profileert Nieuwegein zich als stad en groeikern. Hier lag een minder ideologische aanpak ten grondslag, wat nog steeds te zien is wanneer men de twee plaatsen vergelijkt.