Herdenking kruitslachtoffers bij Smalspoormonument in Muiden

De herdenking voor slachtoffers van de kruitfabriek vond dit jaar traditioneel plaats op 17 januari bij het smalspoor monument. De toekomst van de herdenking is onzeker omdat de organisator Guus Kroon het volgend jaar misschien niet meer wil organiseren. Dit hangt af van de mogelijke aanpassing van het monument, waar Guus het mee oneens is. 

Het monument is een stuk van het smalspoor dat in Muiden is gevonden in 2017. Meneer Kroon heeft ervoor gezorgd dat dit monument niet op de schroothoop is beland. Inmiddels staat het monument er al twee jaar. Het stuk smalspoor ligt op het voormalige terrein van de kruitfabriek. De fabriek opereerde van 1702 tot 2004 en heeft drieënveertig slachtoffers geëist bij negentien ontploffingen. De grootste ramp van de kruitfabriek vond plaats op 17 januari 1947 bij het ontladen van granaten op het smalspoor. Hierbij zijn zeventien mensen overleden. Een van die slachtoffers was de oudoom van Guus. Guus heeft daarnaast nog drie familieleden aan de fabriek verloren. Zijn neef van vijfentwintig was het laatste slachtoffer van de kruitfabriek. Hij is in 1983 omgekomen. In 2004 sloot de fabriek definitief zijn deuren. 

Tijdens de herdenking kwamen er nog enkele mensen aan. Een mevrouw had zelfs haar vergadering afgezegd om aanwezig te kunnen zijn. Ondanks de kou was de opkomst volgens meneer Kroon behoorlijk groot, zelfs groter dan vorig jaar. De toekomst van het monument is onzeker. Het monument heeft zo’n tien tegenstanders die willen dat het wordt aangepast. De tegenstanders vinden dat het monument teveel lijkt op dat van Westerbork, dit monument is namelijk ook een stuk spoor. Er zijn twee ontwerpen gemaakt door kunstenaar Erik Schmidt. Het eerste ontwerp voegt een lorrie toe, die bovenop het stuk spoor moet komen te staan. Het tweede ontwerp heeft alleen een lorrie, zonder het stuk spoor erbij. Volgens Guus Kroon vinden de tegenstanders het eerste ontwerp onvoldoende en willen ze alleen het tweede ontwerp. Ze vinden dat het stuk spoor volledig uit het monument moet wordt gehaald. Als dit gebeurt, wil Guus de herdenking niet meer organiseren: ‘‘Dan is het niet meer mijn monument. En dan vind ik het ook niet meer representatief voor de geschiedenis van de kruitfabriek. Dan is het gewoon een bedacht kunstwerk dat geen authentiek onderdeel bevat.’’

Er is door een Muier een petitie gestart voor het behoud van het monument, die is ongeveer zeshonderd keer ondertekend. Op de herdenking waren vierentwintig mensen aanwezig. De herdenking vond plaats naast een basisschool, die tegelijkertijd pauze had. Het begon een kwartier later in de hoop dat de basisschoolkinderen dan binnen zouden zijn, maar tevergeefs. Ondanks het enkele rumoer, was de toespraak van Guus Kroon nog steeds goed verstaanbaar. Guus vertelt in zijn toespraak dat het wetsvoorstel voor het veranderen van het monument langer duurt dan gehoopt, omdat het monument veel duurder lijkt te worden dan voorzien. Hij is teleurgesteld dat de toekomst van het monument nog niet bekend is. 

Een voor een worden de namen van de slachtoffers opgelezen. Tijdens het voorlezen legden veel mensen bloemen neer. Zo ook buurtbewoonster mevrouw Frits, die niet met haar voornaam in de krant wil. Haar vader werkte bij de kruitfabriek en is bij een ontploffing enkele vingers verloren. Zij kan zich de ontploffing nog goed herinneren. Dit was 1966, zij was toen twaalf. Haar buurjongen is aan een andere ontploffing overleden. Mevrouw Frits zegt dat haar vader vaak erg ongelukkig terugkwam van zijn werk. De Muier vertelt emotioneel dat het kruitspoor echt niet weg mag omdat het veel voor haar en andere nabestaanden betekent: ‘‘Ik kan me herinneren dat mijn vader in de avond thuis kwam, weer een gewonde, weer een dode. Het is hartverscheurend als je vader elke avond huilend thuiskomt. Dit monument moet echt blijven, daar gaan wij voor.’’

Tijdens de herdenking zijn sommige aanwezigen zichtbaar ontroerd. Ondanks dat het al twintig jaar geleden is, is het voor de nabestaanden nog steeds een belangrijke plek om jaarlijks hun ontvallen geliefden te herdenken.