Luuk Wolsink 12-05-2022
Het onderwijs heeft te maken met een grote achterstand. De basisvaardigheden van de gemiddelde scholier zijn ondermaats. Er zijn vooral taal, lees en rekenachterstanden. Dit zou versterkt zijn door het lerarentekort en de nasleep van een lange periode van corona, aldus de onderwijsinspectie.
(Tekst) In het rapport ‘De Staat van het Onderwijs 2022’ legt de inspectie van het onderwijs uit dat de vaardigheden van lezen, schrijven en rekenen al jarenlang een terugloop kent. De inspectie vindt dat het tijd wordt voor een omkeer en dat lijkt volgens de inspectie haalbaar. Vorig jaar riep de inspectie in “De staat van het onderwijs 2022” ook al op om aandacht te besteden aan de teruglopende vaardigheden van de basisvaardigheden.
Verslechterd
Door de coronapandemie zijn er de afgelopen jaren een aantal dingen in het onderwijs veranderd. Zo sloten de scholen meerdere malen en introduceerden ze het afstandsonderwijs. Door de aanhoudende pandemie was het niet mogelijk om de achterstand die de jongeren eerder hadden opgelopen te renoveren. De achterstand en daarmee de cijfers van de basisvaardigheden staan meer onder druk dan ooit. De roep van de onderwijsinspectie om de terugloop van de basisvaardigheden tegen te gaan is daarom nog beter te begrijpen.
Gelijke kansen
Evert Manders van de Jonge Democraten Utrecht ziet een hoop ongelijkheid in het onderwijs. “Van jongs af aan fietsen jongeren tegen de wind in. Ik doel hiermee op het verschil tussen scholen onderling.” Volgens Manders heeft dit te maken met budget en prestige. “Leraren kiezen sneller voor een school met meer prestige, daar krijgen zij beter betaald, terwijl andere scholen naar leraren snakken omdat het tekort er nou eenmaal is. Scholen kunnen de kwaliteit op het moment moeilijk waarborgen. Utrecht Overvecht en Tuindorp zijn gebieden waar je dat verschil vooral ziet. We zien dat ouders daar hun kind in een andere buurt naar school sturen, dat vergroot de kloof tussen de kinderen. Wanneer een kind uit een van deze wijken dan naar de volgende klas bijvoorbeeld In de brugklas gaat, loopt diegene verder achter op de rest van de klas en het niveau dat het kind zou moeten kunnen halen.”
Investeren in de toekomst
De politiek heeft verschillende ideeën over hoe de basisvaardigheden verbeterd kunnen worden. Er is in ieder geval één gemene deler die heerst: Er moet iets veranderen. Zo is Manders van mening dat de overheid geld moet investeren voor de toekomst: “Het Investeren in het onderwijs is zoals wij van de Jonge Democraten Utrecht het zien cruciaal. Begin met investeren in de scholen die het lastigste hebben. Zo simpel is het. We moeten ook onze leraren genoeg betalen en zorgen dat er voldoende doorstroom is. Natuurlijk is opleiden ook belangrijk maar dan moet je wel een goede toekomst kunnen bieden. Dat kan als je de kloof tussen scholen onderling verkleind en stelselmatig het gegeven onderwijs ontwikkelt.”
Oplossingen
Vandaag heeft minister Dennis Wiersma van primair en voortgezet onderwijs bekend gemaakt dat er speciale teams met onderwijsexperts komen die scholen gaan helpen om basisvaardigheden als lezen en rekenen bij leerlingen te verbeteren. Dit is de grote doorbraak voor het onderwijs om de achterstand in primair en voortgezet onderwijs in te halen. Met het plan worden volgens de berekeningen ruim tienduizend kinderen geholpen.
Speciale teams
De speciale teams bestaan uit onderwijsexperts die onder andere de werkdruk bij leerkrachten weg moet nemen. Ook zijn de experts verantwoordelijk voor het bijbrengen van extra kennis bij leerlingen die dat nodig hebben. Een speerpunt van de teams is het stimuleren van het leesplezier bij kinderen. Wiersma wil door het plan benadrukken dat deze vaardigheden cruciaal zijn voor de algemene ontwikkeling. “Mensen kunnen in hun leven simpelweg niet zonder goed kunnen lezen, rekenen of weten hoe de (online-) wereld werkt. Of je nu een sollicitatiebrief moet schrijven, je bankzaken wil doen, of bijvoorbeeld weloverwogen wilt stemmen” Vertelt Wiersma vooraf aan de bekendmaking van het plan aan RTL Nieuws.