Verschillende interviews zijn de laatste jaren gedaan waarin homoseksuele jongens hun verhaal vertellen die zijn opgegroeid in christelijke gezinnen. Niet alle christelijke, homoseksuele jongens hebben een negatieve ervaring gehad op hun christelijke middelbare school. Marc-Jan van Dam is hier een voorbeeld van. Hij groeide op in een christelijk gezin en ging naar een christelijke middelbare school. “Zij vonden het stoer dat ik ervoor uit was gekomen en dit ook maar gewoon vertelde.” Nu als schaduwraadslid voor de VVD en als docent, probeert hij subtiele stappen te zetten naar meer acceptatie binnen de christelijke omgeving.
Door de immens grote school, waar zo’n tweeduizend leerlingen zitten, loopt Marc-Jan van Dam (22) door de gangen. Van Dam is docent Nederlands op het Christelijk Lyceum Veenendaal. Links van hem aan de muur, hangt een poster. Op deze poster staat de quote: Racisme, is het nodig? Met de daarbij geplaatste regenboog is de poster af. Hij neemt plaats voorin in het lokaal en kijkt het lokaal in. Zijn leerlingen druppelen binnen en voegen zich achter de houten tafels en stoelen. De leerlingen beginnen achteraan en de laatste leerlingen zitten vooraan in het lokaal. Van Dam begint zijn les aan zijn atheneum klas. “Wat is een contaminatie?” “Is dat wel Nederlands, vraagt een leerling?” Er wordt wat gelachen en de les wordt vervolgd.
Marc-Jan van Dam geeft les aan zijn klas. Foto: Wouter ten Hove
Van Dam groeide op in een christelijk gereformeerd gezin en ging ook naar de basisschool die hierbij aansloot. Na de basisschool ging hij naar het Ichthus College in Veenendaal. Deze christelijke/gereformeerde middelbare school heeft een identiteitsverklaring op de website staan. In deze verklaring staat dat zij een relatie tussen twee mensen van hetzelfde geslacht afkeuren. Maar er wordt niet verwacht van ouders dat deze wordt ondertekend en worden er geen leerlingen geweigerd op basis van een ander geloof. “Ik had een klas waar verschillende christelijke stromingen bij elkaar kwamen of zelfs leerlingen die niet gelovig waren. Dit heeft er ook voor gezorgd dat ik uit mijn – iets wat gereformeerde – bubbel kwam en verschillende meningen hoorde.”
“In de brugklas wist ik het al wel”
“Als ik hierop terugkijk, wist ik het wel, maar wilde ik het nog niet accepteren. Ik kreeg in de tweede klas ook nog een vriendinnetje, deze relatie duurde maar drie maanden. Dit voelde niet oké voor mij. Later heb ik haar nog wel eens gesproken en zij voelde toen ook wel aan dat het niet helemaal klopte. Na verloop van tijd leerde ik mijn toenmalige vriendje kennen en daar sprak ik dan ook geregeld mee af. Totdat ik ’s nachts om 00:30 eens thuis kwam, midden in een toetsweek en dat mijn ouders vroegen waar ik was geweest. Zij voelde het ook wel aankomen en zeiden ook toen ik thuis kwam: Vertel nou maar wat er aan de hand is. Ik heb het hen toen verteld.” Drie weken hiervoor had hij het al aan zijn tweelingbroer verteld. Uit onwetendheid reageerde hij met de woorden als ‘prima toch’ of ‘dat maakt mij niet uit’.
“Mijn ouders hebben het er wel moeilijk mee gehad. Zij zijn bekend met homoseksualiteit maar in onze kringen wordt er weinig over gesproken. Mijn ouders hebben dan ook echt een zoektocht gehad naar antwoorden en onderling hebben wij hier open gesprekken over gevoerd. Mijn vriend en ik komen nu gewoon thuis bij mijn en ouders en zij accepteren dit ook. Toentertijd hebben wij afspraken gemaakt, zo mocht mijn vriend niet bij mij op de kamer slapen, maar dit mocht mijn zus ook niet met haar vriend.” Nu is er meer ruimte voor hem en zijn vriend om thuis zichzelf te zijn en groeien zijn ouders iedere dag.
Middelbare school
Het Gomarus College is een school die de laatste jaren veel aandacht heeft gekregen van de media. Zo vertelde oud-leerlingen van deze school, dat zij gepest werden of dat docenten de leerlingen dwongen om uit de kast te komen, tegenover zijn of haar ouders. Het Gomarus College heeft ook een identiteitsverklaring. Meerdere scholen hebben zo’n identiteitsverklaring, maar niet op alle scholen wordt verwacht dat deze ondertekend wordt. Naar aanleiding van deze gebeurtenissen en het onderzoek wat Pointer (KRO-NCRV) naar buiten heeft gebracht, zijn er in de Tweede Kamer vragen gesteld over hoe veilig christelijke scholen zijn voor hun LHBTI-leerlingen.
Van Dam heeft zich altijd veilig gevoeld op het Ichthus College Veenendaal. “Ik voelde mij veilig op mijn middelbare school, ook als jongen die op jongens valt. Tuurlijk werd er wel eens een opmerking gemaakt. Maar op welke school niet? Ik herinner mij ook een uitspraak van een docent nog goed: Obama heeft abortus toegestaan en homo’s laten trouwen. Dat kan niet anders dan van de duivel zijn. Ik heb dit onthouden en voor de rest zijn lessen uitgezeten. Jammer dat hij dit heeft gezegd. Ik heb dit niet de school kwalijk genomen. Je kan niet controleren wat een docent zegt tijdens de lessen.” Het Ichthus College probeerde op verschillende manieren een veilige omgeving te bieden voor zijn leerlingen. Zo bestaat de zorgafdeling op het Ichthus College uit drie personen. Zo is er iedere dag iemand die de leerlingen kan opvangen. Jan Willem Samsom, zorg coördinator geeft aan dat zij op deze manier ook met elkaar kunnen sparren en objectief kunnen kijken naar pestgedrag of vervelende thuissituaties.
“Zelf heb ik nooit de behoefte gehad om met iemand van school hierover te praten. Ik voelde mij veilig op school en dat komt grotendeels door de grote, verschillende groep mensen. Eigenlijk allemaal verschillende soorten christenen bij elkaar. Onder de leerlingen heerste ook geen veroordeelcultuur, althans zo ervaarde ik dat. Er zaten wel leerlingen tussen die zeiden dat je geen homo mocht zijn. Als dit werd uitgesproken waren er altijd mensen die het hiermee eens waren, maar ook genoeg die hier tegenin gingen.”
Toen het naar buiten was gekomen dat hij homoseksueel was, kreeg hij verschillende reacties: “Zij vonden het stoer dat ik ervoor uit was gekomen en dit ook maar gewoon vertelde.” Van Dam had het aan drie vriendinnetjes verteld, omdat zij dit al dachten en dit ook aan hem vroegen. Zij hadden allang gezien met wie hij berichtjes uitwisselde toentertijd. Eén van deze meisjes heeft het toen aan de grote klok gehangen. “Jammer dat het op deze manier is gegaan, maar ik heb er geen negatief gevoel aan overgehouden.”
Rol als docent
“Ik wilde eigenlijk nooit docent worden. Ik durfde vroeger nooit te presenteren of voor groepen te staan. Dit komt een beetje door de faalangst denk ik. Door toch vaker te presenteren, overwon ik mijn angst. ” Eigenlijk wilde Van Dam naar de schrijfopleiding aan Artez Academie, maar helaas viel hij, in de laatste selectieronde, af. Hij moest iets anders kiezen. Hij koos voor een studie waar de Nederlandse taal centraal staat. Zo ontstond zijn idee voor docent Nederlands. Zijn stage liep hij op het CLV en nadat hij deze stage had gehaald, mocht hij blijven als docent met een vaste aanstelling.
Het CLV is een christelijke middelbare school van naam, echter geven zij hier weinig invulling aan. Verschillende religies komen samen op deze school. Zij merken op deze school ook problemen alleen wordt dit op een andere manier geuit. “Vaak wordt het geloof negatief benaderd. Ik wil niet ontkennen dat het verkeerd is wat mijn docent destijds heeft gezegd, maar ik denk dat het op iedere school onderdeel is van gesprek en er verschillende meningen zijn. Die hoor ik alleen wat minder. Hier hijsen wij bijvoorbeeld de regenboogvlag op paarse vrijdag en dan zijn er leerlingen die het er niet mee eens zijn en de vlag naar beneden halen.”
“Ook in de gemeenteraad hou ik mij hiermee bezig”
Sinds 30 mei 2022 is Van Dam ook schaduwraadslid voor de VVD Veenendaal. Toen hij het besluit nam om zich voor de VVD in te zetten vroeg zijn vader: weet je dat wel zeker, zij hebben ervoor gezorgd dat abortus mag in ons land. Zijn antwoord luidde: maar pap, de SGP accepteert mij niet. “Ik heb – nadat ik deze discussie met mijn vader had – gewoon een biertje met hem gedronken. Ik ben van mening dat dit ook moet kunnen. Een mening is niet af te dwingen, wel moeten we het gesprek blijven aangaan met elkaar. Op deze manier is er ruimte voor groei.” Als schaduwraadslid van de VVD Veenendaal heeft Van Dam ook de portefeuille diversiteit en zet hij zich hiervoor in.
“Ik begon in de jongerenraad van Veenendaal en wij hebben ervoor gezorgd dat er een regenboogzebrapad is aangelegd in Veenendaal. Nu eenmaal als schaduwraadslid hebben wij ook het regenboogstembus akkoord ondertekend. Nu moeten wij diversiteit stimuleren op middelbare scholen. Stimuleren is niet dwingen, maar het gesprek aangaan met elkaar. Zo vraag ik of de wethouder van onderwijs – als wij een werkbezoek hebben- wat zij doen voor de LHBTI-leerlingen. Is er een aanspreekpunt bijvoorbeeld? Zo worden er verschillende gesprekken gevoerd met de directeuren van de middelbare scholen in Veenendaal.”
Oplossing
“Wat ik zie als de beste oplossing is het te normaliseren onder leerlingen. Zelf gebruik ik soms in mijn voorbeeld een subtiele manier van normaliseren en benoem ik twee opa’s, of twee vaders in een voorbeeldzin. En nog een oplossing is dat alle scholen een aanspreekpunt hebben speciaal voor de LHBTI. Een persoon die onderdeel is van het zorgteam en ook benoemd wordt met LHBTI begeleider of iets dergelijks. Deze persoon kan dan ook getraind worden op dit onderwerp en de leerlingen helpen die hier behoefte aan hebben!”