Een kijkje in de keuken bij Laura de Grave

Laura de Grave is culinair journalist, kookboekenauteur & presentator bij 24Kitchen, maar bovenal expert lokaal eten. Via Instagram geeft Laura haar volgers een duurzame optie en probeert op deze manier haar volgers bewust te maken van het eten wat ze kopen in de supermarkt. Zo probeert ze met haar rubriek ‘De lekker lokaal challenge’ mensen uit te dagen om meer lokaal te koken. In die video’s maakt ze recepten met alleen maar producten van Nederlandse bodem. Ik mag erbij zijn wanneer deze recepten gefilmd worden.

Nooit eerder in de geschiedenis van de mensheid zijn we verder verwijderd geraakt van ons eten als nu” stelt Laura de Grave. Een gemiddeld bord avondeten legt 30.000 kilometer af. We spreken hier niet alleen over exotische producten zoals een avocado of een ananas, maar ook over producten die we in Nederland verbouwen, zoals tomaten, sperziebonen en groene asperges. De Nederlandse tomaten worden verkocht in Spanje en andersom verkopen we Spaanse tomaten in Nederland. “We kunnen beter producten eten die van dichtbij komen. Dat is vaak duurzamer, goed voor de biodiversiteit en goed voor de lokale boeren” aldus de Grave.

Laura filmt de kookvideo’s in haar eigen keuken. Midden in het centrum van Amsterdam laat ik de drukte achter me en loop door de deur naar haar appartementencomplex. Ik moet nog twee steile trappen op met krakende planken tot ik bij Laura de Grave haar appartement ben. Op de trap komt de geur van gebakken knoflook en ui me al tegemoet. Als ik de keuken binnenloop zie ik overal potten gevuld met bonen, granen, pasta en allerhande kookingrediënten. Een droom van elke ‘foodie’

Laura is al druk bezig met de voorbereidingen van haar video. De bouillon staat al te pruttelen voor een paddenstoelenrisotto, met natuurlijk allemaal lokale producten. Maar eerst staat er een ander recept op de planning. Namelijk een radijsjestaart. Deze komt uit haar kookboek ‘Lekker Lokaal’. Terwijl Laura een voor een de producten mooi op een plankje legt wordt dit secuur gefilmd door de cameravrouw. Ze geeft toelichting op alle streekproducten. “Ik vind het belangrijk om een gezonder, eerlijker en duurzamer voedselsysteem te promoten. Hierbij vind ik duurzaamheid toch een van de belangrijkste”.

Momenteel is het voedselsysteem de grootste bron van broeikasgassen in de wereld. Het is goed voor een derde van alle uitstoot. “We zitten op het moment in twee mondiale crises” zegt Jeanne Nel, programmaleider Biodiverse Environment. De biodiversiteit en het functioneren van de ecosystemen gaan door klimaatverandering drastisch achteruit. En door verlies van de biodiversiteit kunnen de ecosystemen het klimaat minder goed reguleren. “Overschakelen op natuurpositieve voedselsystemen zal ons een enorme kans bieden om deze crises aan te pakken” aldus Nel. Volgens Wageningen University & Research zijn er belangrijke startpunten om dit te bereiken. Om te beginnen is het terugbrengen van diversiteit in landschappen, akkers, kwelders, schorren en ook op de boerderij belangrijk. We moeten volgens de Wageningen Universiteit af van de monocultuurmentaliteit. Op het land moet een mix van verschillende soorten landgebruik terugkomen. Dit moet gebaseerd zijn op wat het ecosysteem aan kan en waar mensen behoefte aan hebben. Naast meer diversiteit is een ander startpunt een planetair dieet. Consumenten moeten beter gaan begrijpen hoe en waar ons voedsel wordt verbouwd of geproduceerd. “Een omschakeling naar een planetair dieet is noodzakelijk om zowel verlies aan biodiversiteit aan te pakken als de klimaatverandering” zegt Nel. De voedselkeuzes van de consument moeten veranderen als we naar een natuurpositieve en klimaat neutrale toekomst willen toewerken. Met dit dieet eet je minder vlees en meer plantaardige eiwitten, noten, groenten en fruit.

“Met mijn lekker lokaal challenge op Instagram probeer ik mensen aan het denken te zetten” zegt de Grave terwijl ze de vrolijke radijsjestaart de oven in schuift.

“Denk je wel eens na over waar je eten vandaan komt?” En terwijl die vraag mij nog even bezighoudt, vult de keuken zich met de geur van verse dille. Laura begint aan de pesto voor bij de radijsjestaart. Niks gaat hierbij verloren, want ook het groen van de radijsjes wordt gebruikt. Met een staafmixer worden alle ingrediënten vermalen tot een mooie grove pesto. “Mensen bewuster maken met een leuke, speelse en vrolijke manier om toch een steentje bij te dragen, daar wil ik me hard voor maken” zegt Laura. “Hopelijk kan ik mensen zo dichter bij het eten brengen, zodat we weer een connectie krijgen met ons voedsel.” Terwijl de radijsjestaart nog in de oven staat is het tijd voor het volgende recept: risotto van havergrutten. Ze pakt een stuk of twaalf potten uit de kast en zet ze op het aanrecht. “We gaan niet gelijk beginnen met koken, eerst nog een lesje granen uit Nederland. We hebben granen met gluten, granen zonder gluten en pseudogranen.” Volgens Laura liggen er weinig granen uit Nederland in de supermarkt en dat terwijl we er genoeg hebben. Met alle soorten granen die ze heeft uitgestald kan je deze risotto maken, maar vandaag kookt ze met havergrutten. Dit zijn geknipte stukjes haver. Stap voor stap legt ze het recept uit voor de camera. Alle groenten worden gesneden en dan begint het koken. Bij sommige producten geeft ze een extra uitleg. Bijvoorbeeld de sojasaus. “De sojabonen worden in Nederland op een regeneratieve manier verbouwd” vertelt Laura.

Regeneratieve landbouw is verduurzaming van de landbouw. Landbouw heeft op veel plekken een negatieve impact op onze bodem, de biodiversiteit en het grondwater. Bij regeneratieve landbouw wordt er gekeken hoe de negatieve impact verminderd kan worden en er wordt ook gewerkt aan herstel. In Nederland is het schadelijke effect niet zo duidelijk te zien als in bijvoorbeeld Spanje. Toch is de bodem in Nederland vaak uit balans. Mineralen zijn uit de bodem verdwenen en het bodemleven is sterk achteruitgegaan. Met regeneratieve landbouw proberen boeren deze balans weer te herstellen. “Je moet het bodemleven ook een beetje voeden, je kan niet alleen maar productie halen, je moet ook iets brengen” zegt Gerard Korthals, bodemwetenschapper.

De champignons gaan de pan in en bij de havergrutten komt om de paar minuten een schep bouillon, precies zoals je het ook bij risotto doet. Na twintig minuten is de risotto klaar. Ze raspt er nog wat harde geitenkaas overheen en dan wordt het gerecht opgediend. Even proeven voor de camera. “Ja superlekker, risotto met een lokale twist!”. Ook voegt ze er aan toe dat ze hoopt dat ze op deze manier de kijkers heeft kunnen inspireren om meer lokaal te eten.

Er zitten veel voordelen aan lokaal eten. Het is bijvoorbeeld gezonder: als je aardbeien uit Zuid-Europa haalt dan raken ze op de weg naar Nederland al wat voedingsstoffen kwijt. Lokaal eten ligt veel sneller op je bord, daardoor is de tijd tussen het oogsten en de consumptie korter. Ook is er meer voedselveiligheid, hoe minder stappen er tussen productie en consumptie zitten, des te minder kans op voedselverontreiniging. Ook zijn er minder transportkilometers en steun je ook de lokale boeren. Maar, zegt ZustainaBox in een artikel, Kijk wel verder dan de voedselkilometers. Je wil ook weten van de lokale boer hoe de groenten en fruit zijn gekweekt. En als je met je voedsel zo min mogelijk broeikasgassen wilt uitstoten dan is met de seizoenen mee eten ook goede optie. “De grootste winst haal je door de combinatie lokaal en in het seizoen” zegt de Jongh in een artikel van Natuur & Milieu.

“Instagram maakt het gemakkelijker om de boodschap over te brengen. Je kan het op een authentieke en eigen manier doen”, vertelt Laura. Ze hoopt dat ze op deze manier een gedragsverandering teweeg kan brengen. Ze krijgt soms reacties van haar volgers dat ze door haar bewuster in de supermarkt staan. De kijkers gaan zich afvragen: waar komt het vandaan? “Ik heb het gevoel dat het wel aankomt en dat is natuurlijk mijn doel”.  Ondertussen is de tafel gedekt en kan de radijsjestaart en de risotto door ons soldaat worden gemaakt. Echt lekker lokaal!