Steeds meer vrouwen fluiten: “Vrouwelijke scheidsrechters moeten dezelfde wegen kunnen bewandelen als mannelijke”
Wereldwijd worden wekelijks duizenden wedstrijden op topniveau gevoetbald. Om die volgens de regels te laten verlopen zijn er arbitrale teams nodig. Op wereldkampioenschappen en in grote competities als de Premier League, League 1 en zelfs de Champions League zijn steeds vaker vrouwelijke scheidsrechters te zien. En ook Nederland staat aan de vooravond van het zien van een vrouwelijke scheidsrechter in de manneneredivisie.Maar het lijkt wel lang te duren. Moet daar geen verandering in komen? En welke ontwikkelingen zijn er al gaande?
Door Emma Odijk
Stéphanie Frappart, Rebecca Welch en Bibiana Steinhaus. Drie vrouwen die op het hoogste niveau in het voetbalwedstrijden hebben gefloten en hier zeker niet de minste wedstrijden onder leiding namen. Zo floot Frappart al meerdere wedstrijden op Europese en Wereldkampioenschappen en floot Bibiana Steinhaus jarenlang in de Duitse Bundesliga. Toch lijkt Nederland hierin achter te blijven. In de Eredivisie floot immers nog nooit een vrouw een wedstrijd en ook in de Azerion Vrouwen Eredivisie werd in december pas voor het eerst een hele speelronde alleen door vrouwen gefloten.
Hoewel Nederland op het eerste oog achter lijkt te lopen, is de KNVB sinds een aantal jaar druk bezig met het ontwikkelen en begeleiden van een nieuwe lichting vrouwelijke scheidsrechters. Dit doen zij door een speciaal ontwikkeltraject, onder leiding van scheidsrechters Danny Makkelie en Nicolet Bakker. “Binnen dit ontwikkeltraject hebben wij onderscheid gemaakt tussen drie groepen. Dit zijn internationals (V1), potentiële internationals (V2) en nieuwkomers (V3). Wij begeleiden deze meiden dan vooral op het gebied van personal coaching, zowel fysiek als mentaal.”, aldus Nicolet Bakker, oud-scheidsrechter en nu medewerker arbitrage bij de KNVB.
Het traject ‘Meer Vrouwen in het Voetbal’, dat zich richt op vrouwen in allerlei kaderfuncties binnen het (top)voetbal in Nederland is ook gericht op de gedeelde kandidaatstelling voor het WK2027. Bakker: “Een van de onderliggende doelstellingen van deze kandidaatstelling is om meer vrouwen aangehaakt te krijgen in kaderfuncties als scheidsrechter, maar ook bestuurders en trainers. Het gaat ons daarbij niet per se om zoveel mogelijk vrouwen mee te laten werken aan het toernooi zelf, maar om zoveel mogelijk vrouwen te inspireren. Om dat kracht bij te zetten zullen wij, als we het wereldkampioenschap toegewezen krijgen, side-events en andere momenten organiseren waarbij vrouwen die geïnteresseerd zijn in een rol in het voetbal, kunnen aanhaken.”
Het tekort aan vrouwelijke scheidsrechters is echter niet een probleem dat zich alleen in de hoogste regionen van het voetbal afspeelt. Eerder, in 2018, werd er door de KNVB in samenwerking met overkoepelende sportorganisatie NOC*NSF de campagne #ZijFluitTop opgezet.
De KNVB vindt het namelijk wel belangrijk om meer vrouwen op topposities, daarmee dus ook als scheidsrechter, te krijgen. Bakker: “De KNVB heeft in de afgelopen decennia veel meisjes en vrouwen als spelend lid mogen verwelkomen. Op dit moment zijn dat er ongeveer 172.260. Daarmee zijn we grootste vrouwensport in Nederland. Tegelijkertijd vinden we dat het aantal vrouwen dat actief is als kaderlid hierbij achterblijft. Denk daarbij naast een rol als scheidsrechter ook aan rollen als bestuurder of trainer.” Dit kan namelijk ook bijdragen dat er in de amateurtakken ook meer vrouwelijke scheidsrechters komen. “In de komende jaren willen we er de focus op leggen dat er meer vrouwen op zo’n manier aanhaken in het voetbal. We denken dat trajecten zoals deze kunnen helpen om een infrastructuur en cultuur te waarborgen waar iedere voetballiefhebber zich welkom voelt. Daarnaast geeft dit een impuls aan ons vrijwilligersbestand, omdat het potentieel voor verenigingen groter wordt.”
Met de vrouwelijke scheidsrechters die nu actief zijn, zoals Franca Overtoom en Shona Shukrula, hoopt de KNVB meer zichtbare rolmodellen te hebben. Dit kan volgens hen bijdragen dat meer meisjes geïnteresseerd raken in een rol als scheidsrechter en dat dit talentontwikkeling kan bevorderen.
Dat vrouwelijke scheidsrechters steeds vaker een rolmodel zijn merkt ook Marisca Overtoom. Zij is scheidsrechter in de Azerion Vrouweneredivisie en de hoogste regionen van het mannen-amateurvoetbal. “Laatst had ik ergens een wedstrijd gefloten en kwamen er een paar meisjes naar mij toe. Ze zeiden dat ze het heel gaaf vonden dat ik, als meisje, zo’n wedstrijd had gefloten. Er wilde een paar weken terug zelfs iemand mijn kaarten hebben na een wedstrijd. Die meiden lijken dan toch geïnspireerd én misschien gaan zij door mij ook wel fluiten.”
Op dit moment nog niet
Toch is er op dit moment nog geen vrouwelijke scheidsrechter geweest op het hoogste niveau in Nederland, de mannen Eredivisie. Dit is volgens Bakker een kwestie met twee kanten.
Enerzijds heeft het te maken met het doorbreken van een cultuur. Voetbal is volgens velen nog steeds een mannencultuur. Uit wetenschappelijk onderzoek van Forbes, Edwards en Fleming, naar vrouwelijke scheidsrechters in de Britse voetbalcultuur, bleek namelijk dat de negativiteit tegenover scheidsrechters in het algemeen ingebed zit in de voetbalcultuur. Maar ook dat de negatieve percepties over vrouwelijke scheidsrechters gebaseerd waren op genderstereotypen. Als een van de mannen een beslissing van een scheidsrechter als onjuist beschouwde, beweerden ze snel dat ‘vrouwen niet kunnen fluiten’. Bovendien voelden de vrouwelijke scheidsrechters zich in het onderzoek vaak representatief voor alle vrouwelijke voetbalscheidsrechters. Hierdoor legden de vrouwen zichzelf meer druk op om de juiste beslissingen te nemen, ze werkten met een verhoogde prestatiedruk.
Maar aan de andere kant is het voor vrouwen fysiek gezien moeilijker om aan de eisen te voldoen. “De eisen die wij stellen zijn voor mannen en vrouwen gelijk. Het vraagt heel veel trainingsarbeid en investeren in jezelf om het betaald voetbal te bereiken en daarbij moeten vrouwen dit best wel lang combineren met een maatschappelijke carrière”, aldus Bakker.
Buitenland
In het buitenland zijn verschillende voorbeelden te vinden van dat het wel mogelijk is. Zo floot Rebecca Welch in december 2023 de wedstrijd Fulham FC-Burnley FC in de Premier League en was ze daarmee de allereerste vrouwelijke scheidsrechter in Engeland op dat niveau. Ook is Stéphanie Frappart al jaren een grote naam. Zij floot in december 2022 op het Wereldkampioenschap voetbal in Qatar en in 2020 werd de wedstrijd Juventus – Dinamo Kiev in de Champions League onder haar leiding gespeeld, wederom als eerste vrouwelijke scheidsrechter in die competitie.
En ook de Europese Unie is er met de Europese Raad mee bezig. Op Internationale Vrouwendag, 8 maart, was er een rondetafelgesprek over vrouwen in de arbitrage. En de UEFA is ook actief bezig. Zij geven aan dat ze alle internationale vrouwelijke scheidsrechters assisteren met trainingsplannen, voedingsplannen, zwangerschapssupport en coaching. “Op dit moment zijn er meer dan 15.000 vrouwelijke scheidsrechters in Europa. Dat is zo’n 10.000 meer dan in 2017. Slechts een heel klein deel daarvan is professioneel. Om dit aantal nog verder te doen groeien is het volgens ons belangrijk dat er naast goede technische en sportieve faciliteiten, ook genoeg transparantie is en dat de vrouwen dezelfde wegen mogen bewandelen als de mannelijke scheidsrechters.”
Maar niet alleen in Europa wordt er hard aan de weg getimmerd door vrouwelijke scheidsrechters. Op de Afrika Cup van 2023 floot Bouchra Karboubi, politieagente uit Marokko de wedstrijd Guinee-Bissau tegen Nigeria Hiermee was zij de eerste vrouwelijke scheidsrechter uit Noord-Afrika. Een jaar eerder floot Salima Mukansanga als allereerste vrouw ooit op een internationaal eindtoernooi voor mannen. Zij floot de wedstrijd Zimbabwe-Guinee in de Afrika Cup.
De KNVB volgt de ontwikkelingen in het buitenland op de voet. “Het leert ons dat we in de komende jaren moeten investeren in de faciliteiten en erop in moeten zetten dat vrouwen sneller op contractbasis actief kunnen zijn.”
Niet alleen op het gebied van voetbal is men bezig met gendergelijkheid op zogenoemde kaderposities. Binnen elke professionele sport wordt er tegenwoordig gekeken naar hoe men de sport zo gelijk mogelijk kan maken. De Europese Raad heeft onderzoek gedaan naar hoe vaak er in beleidsstukken van sportbonden door heel Europa werd geschreven over: genderrepresentatie op besluitvormende posities, genderrepresentatie in coaching posities, in deelname, genderevenwichtige vertegenwoordiging in de inhoud van communicatie-materiaal, acties tegen op gender gebaseerd geweld en in hoeverre er überhaupt geschreven wordt over gendergelijkheid en hoe hieraan gewerkt wordt.
Uit deze cijfers blijkt dat nationale sportfederaties in Frankrijk in haar beleidsstukken aanzienlijk meer bezig zijn met gendergelijkheid dan bijvoorbeeld Nederland. Voor de categorie ‘Algemeen’ is dit namelijk 75% ten opzichte van 15% in Nederland. En ook een land als Finland lijkt erg bezig te zijn met de gendergelijkheid binnen de sport. In de categorie ‘genderrepresentatie in besluitvorming’, waar het gaat om grote posities binnen bijvoorbeeld het bestuur van een federatie, is 14 van de 29 federaties daar mee bezig, dat is bijna 50% en ver boven het gemiddelde van 19%. Nederland scoort volgens dit onderzoek op alle gebieden net onder het gemiddelde.
Probleem
Agnes Elling deed onderzoek naar diversiteit binnen sportorganisaties voor het Mulier Instituut. Volgens haar is de scheve verhouding niet opmerkelijk. ‘Als je op landelijk niveau gaat kijken, is die verhouding natuurlijk wel heel scheef. Dan kijk je immers naar de gehele samenleving. Kijk je op organisatieniveau, dan is die verhouding weer anders. Bij een organisatie als de KNVB is het grote deel van de leden ook man. Dan is het ook niet helemaal verrassend dat de kaderfuncties, waar scheidsrechters ook onder vallen, ook voornamelijk worden bezet door mannen.’
In vergelijking met het buitenland, bijvoorbeeld Engeland en Frankrijk lijkt Nederland op het oog achter te lopen. Maar Elling ziet dit anders. ‘Nederland loopt niet per se achter, maar ook niet voor. Het buitenland, wat je overigens niet als één ding kan zien omdat het in alle landen weer anders loopt, is gewoon net even eerder begonnen.’
Met oog op dat eerdergenoemde WK in 2027 is het de ambitie van de KNVB om door een vrouwelijke scheidsrechter op een groot internationaal eindtoernooi vertegenwoordigd te worden. En laat dat nou net de droom zijn van Marisca Overtoom.
De gepresenteerde data-gegevens zijn afkomstig van de Council of Europe, waarbij verschillende Europese landen zijn vergeleken op het gebied van gendergelijkheid in de sport in 2019. Voor dit artikel zijn de cijfers gebaseerd op gegevens uit het tabblad ‘gender equality policies’. Deze zeventien landen zijn met elkaar vergeleken op basis van de in het artikel genoemde categorieën.
De analyse van de data laat zien dat deze landen verschillende benaderingen hebben ten aanzien van gendergelijkheid in hun sportbeleid. Er is bewust gekozen om alle sporten met elkaar te vergelijken zonder specifieke sporten te onderscheiden, om te voorkomen dat sommige landen aanzienlijk minder beschikbare data zouden hebben en de vergelijkbaarheid tussen landen zou worden beïnvloed. De data in de dataset wordt weergegeven in percentages, waardoor een evenredig beeld wordt geboden, ondanks het feit dat sommige landen, zoals Nederland en Spanje, aanzienlijk minder respondenten hebben dan België en Frankrijk. Landen als Montenegro en Bulgarije zijn niet meegenomen in de vergelijking, zij hebben te weinig respondenten om de percentages representatief te laten zijn.
Het onderzoek is uitgevoerd door de Europese Raad, een onafhankelijk en neutraal orgaan van de Europese Unie, dat enkel constateringen doet.
Om de gehele dataset te bekijken, kunt op de volgende link klikken: https://public.tableau.com/app/profile/all.in.coe/viz/AllInTableauPublic/Homepage