HOORN – Hoe kijken jongeren in de agrarische sector naar verduurzaming? Tijdens de Agrarische Jongerenavond in het Van der Valk-hotel in Hoorn kwamen jonge boeren bijeen om geïnspireerd te worden met vernieuwende technieken.
De bijeenkomst staat voor de jonge agrariërs in het teken van duurzame ontwikkelingen. „Het is een kennisuitwisseling voor de jonge mensen.” Aldus Hans Scheringa van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK). Naast Klaas Keppel vindt hij het als medeorganisator belangrijk dat de jonge boeren op de hoogte worden gesteld van de ontwikkelingen; „Ik merk dat het onderwerp onder iedereen leeft. Je denkt wat meer na over hoe je je werk bedrijft, wat moet je aan met het gasprobleem.”
De ruim tweehonderd aanwezige jonge boeren en tuinders worden aangemoedigd door Hendrik Arendse, directeur van Agrifirm; „Deze generatie moet er ’gas op’ doen om te verduurzamen.” Hierbij doelt hij niet op het meer gebruiken van gas, maar op het versnellen van verduurzamen.
Aanpassen
Een aanwezige akkerbouwer, die zijn naam liever niet in krant wil, zegt nog niet veel problemen te ondervinden met de voortgang van innovatie. „Wij als akkerbouwers zijn er min of meer mee opgegroeid om ons te blijven aanpassen. Dat zal nu ook wel lukken. Met elk beleid veren we mee of passen we ons aan.”
Niels Kat, een van de aanwezige boeren, kijkt daar anders naar: „De aanpassingen komen van verschillende kanten. Zo kan het zijn dat de afnemer graag wil dat je op een bepaalde manier melk produceert, dat zich uit voor een beter leven van de koe. De andere keer stelt de overheid dat je op een bewustere manier je werk moet beoefenen.” Het investeren is dan volgens hem ook niet zomaar iets. „Het kost veel tijd, energie en geld om aan die behoefte te voldoen.” De aanwezige agrariërs willen echter wel de moeite doen om te verduurzamen en spreken dan ook niet van een toekomstige carrièreswitch.
Stikstof
Projecten en ideeën om te verduurzamen worden tijdens de bijeenkomst door verschillende bedrijven gepresenteerd. Zo vertelt Pieter de Prycker van het bedrijf ’YARA’ hoe zij mest aan het vergroenen zijn, zodat de boer minder last heeft van de stikstofuitstoot die bij de productie komt kijken. Deze mogelijkheid biedt boeren ruimte om te voldoen aan het stikstofbeleid. Na de presentatie van deze mogelijkheid ontstaat er veel commotie, aangezien het niet kostenbesparend is. Arendse: „Een duurzame oplossing van groen geproduceerde mest met neutralere CO2-uitstoot is voor de boeren minder aantrekkelijk wanneer deze tot drie keer zo duur kan worden als reguliere mest. Het komt er toch uiteindelijk op neer op wat de boer overhoudt aan het einde van de maand.”
Een idee waar de veehouderijen wel enthousiast van worden is het ’Circulair Farming’ waarbij producten die de boer maakt, worden hergebruikt. Dit zou minder in de kosten lopen, omdat de boer minder hoeft af te dragen voor het afvoeren van mest. Het bedrijf JOZ heeft een product ontwikkeld wat dit mogelijk maakt. Hierbij wordt de dikke fractie van de mest hergebruikt voor de biobedding en de dunne fractie wordt afgevoerd naar een stikstofkraker. Dit zou allemaal moeten bijdragen aan een lagere CO2-uitstoot.
In opdracht van; https://www.noordhollandsdagblad.nl/cnt/dmf20221018_54381236