Interview

Berdi Christiaanse over wonen in een tiny house: “Spullen voelen voor mij als een ballast” 

Berdi Christiaanse (57) is één van de weinigen in Nederland die de uitdaging aanging om van een groot huis in de binnenstad naar een tiny house van maximaal 35 vierkante meter te verhuizen. De woningtrend ‘tiny house’ wordt steeds populairder en in 2022 zijn er 5100 huisjes verkocht. Berdi woont nu in een tiny house in Rotterdam. 

De omgeving van Berdi haar huis is groen, letterlijk en figuurlijk. Ze woont in de Tiny House community genaamd De Kleine Burg, gelegen in de Burgenbuurt in Rotterdam. De huisjes zijn duurzaam gebouwd met donker hout en een watersysteem om het regenwater te zuiveren. Op het terrein staan elf huisjes omgeven door bomen en sloten. De huisjes zijn grotendeels zelfvoorzienend, denk aan zonnepanelen en composttoiletten. Daarnaast staan er houten bakken in de keerlus van het zandpad die dienen als moestuintjes. Ook is in de lus een kruidenspiraal aangelegd. Er staat een grote houten fietsenstalling voor alle fietsen van Berdi en haar buren.  

Slimme inrichting en ‘ontspullen’ 

Bij binnenkomst vertelt Berdi lachend: “Het huis lijkt groter dan het daadwerkelijk is.” Haar tiny house bestaat uit veel ramen voor extra veel licht: “Ik vind al die ramen zo prettig omdat ik daardoor een extra connectie met buiten heb.” Haar huis van drieëntwintig vierkante meter mag dan wel met donker hout gebouwd zijn, maar vanbinnen is het rustgevend door de lichte kleuren van de inrichting. De keuken van Berdi heeft een wit aanrechtblad met hierop verschillende potjes kruiden en kookboeken. De eettafel is multifunctioneel en kan uitgeklapt worden naar buiten. Het huis is slim ontworpen door Berdi en uitgevoerd door een bouwer, waardoor het huis aan alle eisen van het bouwbesluit voldoet: “Ik slaap in een kamertje waar je niet rechtop kunt staan, maar er staat wel een grotere koelkast in de slaapkamer, omdat ik geen kleinere koelkast wilde voor in mijn keuken. Daarnaast is de trap naar mijn woonloft, die naast het bureau staat, multifunctioneel doordat de traptreden dienen als lades. Ze vult aan: “Al mijn buren hebben deze keuze anders gemaakt en zij hebben juist een slaaploft en de woonkamer beneden. De warmte stijgt in de zomertijd naar boven, waardoor mijn buren buiten in tentjes slapen en ik heb door mijn keuze een koele slaapkamer”, zegt Berdi terwijl ze plaats neemt op de knusse bruine bank in de woonloft boven haar slaapkamer. 

 Vanuit de woonkamer, die hoog gelegen is in vergelijking met de keuken en de slaapkamer, kijk je neer op de deur naar de badkamer en de keuken. Wanneer je vanuit de woonkamer op ooghoogte de ruimte aanschouwt, zie je een houten ladder geplaatst die leidt naar een open ruimte vol met schilderijen en tassen met spullen: “Dit zou oorspronkelijk gezien een logeerkamer worden voor als ik bezoek zou krijgen, maar ik had uiteindelijk nog extra opslagruimte nodig voor de spullen die ik niet achter in mijn keukenkastje kwijt kan”, vertelt Berdi.

Ze zit boven in de loft op haar bruine bankje bij de grote zwarte ramen. “Je moet concessies doen als je klein gaat wonen. Spullen voelen voor mij als een ballast en ik heb onder mijn bed nog dozen staan die ik moet uitzoeken, omdat mij dat onrust geeft. Spullen opruimen en weggeven voelt voor mij als een opluchting. Zo heb ik bijvoorbeeld het kastje van mijn moeder aan een vriendin gegeven. Ik denk dat spullen weggeven een betere oplossing is dan als ik alles in de container ga gooien. Ik vind het leuk als ik zie dat mijn theepotje uit de weggeefkast aan de voorkant van ons terrein wordt meegenomen en dat ik hier iemand anders weer blij mee kan maken.”

De grote stap om klein te wonen 

Voordat Berdi naar haar tiny house verhuisde, woonde ze in Dordrecht: “Ik woonde in een groot stadspand midden in de binnenstad. Wij woonden daar met drie kinderen en er was ruimte zat. Samen met mijn ex-man had ik een kroeg en wij woonden daarboven. Na onze scheiding ben ik verhuisd naar mijn tiny house samen met mijn dochter van destijds zestien jaar, inmiddels negentien.” Voordat ze de stap maakte om naar een groot stadspand te verhuizen, woonde ze in een chalet: “Dit was geen groot huis en hierdoor geloofde ik dat ik de stap naar een tiny house wel aankon en dat ik het fijn vond om klein te wonen, want daar had ik ook minder spullen”, aldus Berdi. 

Ze was altijd al geïnteresseerd in kleiner wonen: “Ik heb eerst gekeken naar koopwoningen en dat was toen in de allerduurste tijd, alhoewel het nu ook niet meevalt.” Ze vervolgt: “Ik werd toen door iedereen overboden en dat was voor een huis waar ik niet eens van hield. Dan loop ik het risico dat je na drie jaar weer gaat verhuizen. Ik heb naar programma’s gekeken voor tiny houses en door mijn ervaring in een chalet voelde ik dat dit een goede optie voor mij was.” In 2017 was er al een groepje Rotterdammers die in tiny houses wilden gaan wonen en zij hebben aangeklopt bij de gemeente. “Uiteindelijk kwam er een motie en toen kwam de gemeente zelf met deze woonplek, de Tussenburg”, vertelt Berdi.

Groener gaan denken en doen 

Berdi heeft een goede band met haar buren, die allemaal in verschillende tiny houses op het terrein wonen: “Een keer per maand hebben wij een gezamenlijk plan, deze maand is dit om de moestuin weer aan te pakken, zoals je kunt zien”, vertelt ze terwijl ze naar de moestuin kijkt waar de buren aan het tuinieren zijn. Berdi heeft niet altijd even ‘groen’ geleefd zoals ze nu doet: “Vaak eten wij groente uit de moestuin die wij zelf verbouwen, maar ik ben niet altijd even groen geweest. Het was voornamelijk mijn dochter die vegetarisch werd en die mij hierop wees”, zegt ze met trots in haar ogen.  “Samen met twee gezinnen van ons terrein deel ik een elektrische auto en dit gaat tot dusver nog altijd goed.” Ze zegt: “Zelfs met kerst kon iedereen naar familie toe, omdat we in een Excel bestand bijhouden wanneer iedereen de auto nodig heeft. Vroeger hadden wij twee auto’s op de oprit en nu denk ik weleens ‘waarom hadden we er twee, terwijl één auto delen nu ook goed werkt’.’” Ook deelt ze spullen met haar buren: “We lenen elkaar veel dingen uit, denk bijvoorbeeld aan een stofzuiger of aan een staafmixer. Zo hoeven wij niet alles te kopen en zie ik mijn uitgeleende stofzuiger de volgende dag weer op mijn houten veranda staan.”

Naast een elektrische auto, is de omgeving van Berdi voorzien van andere duurzame oplossingen en deze oplossingen gaan zelfs terug naar het kleinste kamertje van het huis: de badkamer. “Ons huis is niet aangesloten op het riool door de gemeente, dus gebruiken wij zaagsel voor het toilet. Onze daken vangen het regenwater op en dit wordt vervoerd via de regenpijp naar de watertank onder ons huis. Dit zorgt ervoor dat ik de thee die ik nu drink, schoon kan drinken”, vertelt ze terwijl ze nog een kopje thee inschenkt vanuit haar theepot.

Het toekomstperspectief 

Berdi heeft veel gereisd en dit was dan ook een van de redenen om tiny te gaan wonen: “Ik vind het idee heerlijk dat ik mijn huis overal mee naar toe kan nemen, als ik dat zou willen, maar dit wel binnen vijf of zeven jaar”, zegt ze. “Mijn huisje zal hier niet permanent staan, want deze plek is geen permanente woonbestemming. Deze plek is voor tien jaar, maar dit kan nog met vijf jaar verlengd worden.” Ze vervolgt: “Ik heb nooit lang op plekken gewoond en over vijf jaar is mijn dochter ook niet meer aan school gebonden. Ik zou eventueel met pensioen kunnen door de lage woonlasten die ik ervaar. Ik zie voor me dat ik in de toekomst met mijn tiny house op de Veluwe sta, zolang ik maar de connectie met buiten blijf houden. Als ik met pensioen ben, dan zou ik ook weer veel willen reizen en dan is het fijn dat ik op mijn huis in Nederland kan terugvallen.”

Velen zouden het lastig vinden om van een groot pand naar een klein huis te verhuizen, maar voor Berdi voelde dit goed: “Ik ben voor een tijdje naar India vertrokken en ik denk dat ik daarom ook goed tegen verandering kan. Veel mensen vinden dit knap, maar ik ben iemand die niet veel beren op de weg ziet. Als ik denk dat ik dit leven zat ben, dan stap ik makkelijk ergens anders in.” 

Voor wie de goede oplossing? 

Berdi ziet, door de grote zwarte ramen aan de voorkant van het huisje boven in haar woonloft, haar buren en ze zegt: “Elk gezin op dit terrein is verschillend”, terwijl ze wijst naar het ‘grotere’ huisje aan de overkant van de moestuin die ook donker bekleed is met hout en met grote oranje ramen. “In dat huisje woont een gezin met twee kinderen en in het huisje ernaast woont een stel die net op de woningmarkt komt kijken”, aldus Berdi. Tiny houses heb je in verschillende soorten en maten, net als mensen: “Ik denk niet dat je een specifiek type moet zijn om in een tiny house te gaan wonen, ik zou het alleen afraden aan gezinnen met pubers, omdat pubers zich vaak moeilijker aanpassen dan jongere kinderen. Voor starters, ouderen of een gezin met jonge kinderen kan een Tiny house de goede uitkomst zijn, mede dankzij de lagere kosten in vergelijking met een normaal huis”, aldus Berdi.