
‘Rouwen en vieren’, dat is de insteek van het project op het Mercatorplein in Amsterdam-West. Tijdens de feestdagen kunnen mensen hier een kaarsje aansteken om openbaar hun rouw te delen. Volgens de initiatiefnemers is deze vorm van verbinding van groot belang in deze tijd.
In het midden van het plein staat een doorzichtige kas, omringt door een aantal verlichte kerstbomen. Van buitenaf zijn de tientallen aangestoken kaarsjes al te zien. Voor de kas heeft zich een handjevol mensen verzameld, iedereen zoekt contact met elkaar om ervaringen te delen. De installatie is een initiatief van theoloog Rikko Voorberg, in samenwerking met Anita Groenink van de culturele verzamelplek Midwest. ‘Mensen komen binnen hier en steken een kaarsje aan. Ze kunnen op een lint schrijven waar ze dankbaar voor zijn en dat in een van de twintig kerstbomen knopen en er ligt een gastenboek waar mensen al prachtige dingen in hebben geschreven’, legt Voorberg uit.
De actie is een groot succes, Voorberg vertelt: ‘Het blijkt ontzettend belangrijk te zijn dat rouw echt een publieke plek mag innemen. In het gesprek, in de samenleving en in je eigen leven.’ Vanuit daar is ook de inspiratie gekomen voor de doorzichtige kas: ‘Het moest wel transparant zijn, écht een publieke plek.’ Binnen is het huiselijk ingericht, er ligt een tapijt en de ruimte hangt en staat vol met planten. Er is de mogelijkheid om een briefje te schrijven en die bij je kaarsje te zetten.
Het idee is ontstaan toen een vriendin van Voorberg, die anderhalf jaar geleden haar dochter verloren is, de vraag stelde of hij niet een plek kon maken voor rouw. Antje vertelt: ‘Ik kwam Rikko tegen op straat en ik zei, ik mis een plek in de openbare ruimte waar rouw en verdriet er mag zijn.’ Ze vindt het mooi dat op deze manier gevoelens met elkaar gedeeld kunnen worden die niet altijd makkelijk zijn om over te praten. ‘Ik vind het fijn dat mensen niet schrikken. Als ik hier sta en ik zeg dat ik in rouw ben, geeft dat ruimte aan mensen om te kunnen zeggen: dat heb ik ook.’
Die verbinding is duidelijk voelbaar op het plein, er wordt gepraat met elkaar en met de vrijwilligers die een luisterend oor bieden. Aan nieuwsgierige voorbijgangers wordt uitgelegd wat er aan de gang is, veel van hen blijven even hangen. Voor de kas vormt al snel een rij van mensen die geduldig wachten om naar binnen te gaan. Voorberg vertelt dat sinds dat ze zijn begonnen op 22 december, er haast geen moment is geweest dat er geen mensen waren. ‘Soms als ’s avonds de winkels echt dicht zijn wordt het wat rustiger, verder loopt het aan een stuk door’.
De kas zou blijven staan tot 1 januari, maar is inmiddels vervroegd afgebroken. Het gastenboek en een van de kerstbomen komen in de OBA op het Mercatorplein te liggen.