Voor omwonenden is inzicht verkrijgen in pesticidengebruik van bollenboeren haast onmogelijk. De wet schrijft maximale transparantie voor, maar het ministerie en toezichthouder NVWA vragen geen spuitgegevens op bij boeren. Een gang naar de rechter vergt een lange adem.
Zuchtend zet Joke Kolthoff een kop thee op tafel in haar woonkamer. Ze kijkt uit op een enorme akker, pal naast haar huis in het Drentse Lhee, gemeente Westerveld. Op het perceel worden geregeld lelies geteeld, berucht om het hoge pesticidengebruik. Het is voor Joke een grote bron van zorg. De bloementeler weigert inzicht te geven in zijn pesticidengebruik en verzoeken aan de gemeente Westerveld en andere overheidsinstanties worden keer op keer afgewezen. “Het voelt zo oneerlijk”, zegt Kolthoff. “Waarom mag ik niet weten wat ik inadem?”
Kolthoff is samen met andere omwonenden al bijna tien jaar bezig om erachter te komen welke middelen de boer op zijn perceel spuit. De ongerustheid is groot. Wetenschappelijke onderzoeken brengen pesticiden steeds vaker in verband met onder meer kanker en neurologische aandoeningen als de ziekte van Parkinson en ALS. Via de lucht komen bestrijdingsmiddelen makkelijk in de tuinen van omwonenden terecht. Vlaams en Nederlands onderzoek trof pesticiden zelfs in slaapkamers aan, tot in babyluiers aan toe.
Kopie van spuitgegevens
“Ik weet tot op de dag van vandaag niet welke middelen er naast mijn huis worden gebruikt”, zegt Kolthoff. “Eén keer heb ik een kopie van de spuitgegevens gezien, toen we een procedure voerden bij Provinciale Staten, maar verder zijn alle verzoeken om transparantie afgewezen door de overheid. Ik weet dus ook niet wannéér er pesticiden wordt gespoten, zodat ik mijn ramen en deuren dicht zou kunnen doen zoals het officiële GGD-advies voorschrijft.”
Inmiddels heeft Kolthoff zich verenigd met andere omwonenden en is er een rechtszaak aangespannen tegen de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) om inzicht in de spuitgegevens af te dwingen.
Ook op andere plekken in Nederland klopten omwonenden de afgelopen jaren aan bij autoriteiten met de vraag welke pesticiden in hun directe omgeving worden gebruikt. Steeds krijgen ze nul op het rekest. De reden? De Nederlandse overheid beschikt simpelweg niet over deze gegevens: boeren zijn verplicht hun pesticidengebruik bij te houden, maar de registratie valt onder hun eigen verantwoordelijkheid. Door het ontbreken van een centraal registratiesysteem blijft essentiële informatie daardoor buiten het bereik van burgers die zich zorgen maken over hun gezondheid.
Maatschappelijke verandering
Het aantal toegenomen rechtszaken tussen omwonenden en telers betreft met name handhavingsverzoeken om het gebruik van bestrijdingsmiddelen te beperken of volledig te doen stoppen. Het wantrouwen jegens bestrijdingsmiddelengebruik groeit.
“Bij omwonenden ontstaat steeds meer bewustzijn over landbouwgif en de gevolgen daarvan”, zegt Donna Stolwijk van Urgenda. Stolwijk ondersteunt Aardige Buren, een initiatief dat omwonenden bijstaat in het contact met de gemeente, provincie en telers. “Als dat niets oplevert, is de laatste stap dat we omwonenden ondersteunen om naar de rechter te gaan.”
Het opvragen van spuitgegevens is bij dit proces standaard, maar doorgaans zonder succes. De rechtszaak tegen een lelieteler uit Boterveen in 2023 zorgde volgens Stolwijk echter voor een doorbraak. De rechter besloot in die zaak het gebruik van pesticiden volledig te verbieden. In hoger beroep werd uiteindelijk bepaald dat de betreffende teler vier van de 33 middelen mocht gebruiken.
“Omwonenden eisen vooral dat de overheid strenger handhaaft en hen actief informeert over wanneer welke middelen worden gebruikt”, zegt Stolwijk. “Als de teler geen inzage geeft, tasten omwonenden namelijk in het duister.”
‘Het belast je leven’
Zowel Stolwijk als Kolthoff zien dat het een zware wissel trekt op omwonenden. “Niet weten welke pesticiden rondom je woning worden gebruikt, geeft zoveel onzekerheid dat mensen er soms zelfs voor kiezen om te verhuizen”, zegt Kolthoff. “Het belast je leven, het veroorzaakt enorm veel stress.”
Vooral bij bloembollen maken telers op grote schaal gebruik van bestrijdingsmiddelen: slechts 1,25 procent van de landbouwgrond is voor bloembollen, maar de bollenteelt is goed voor 21 procent van het totale pesticidengebruik. En de telers zijn allesbehalve transparant over wat en hoeveel ze gebruiken. Gevraagd naar een reactie zegt voorzitter Hester Maij van de KAVB, de branchevereniging van bloembollentelers: “De KAVB en haar leden staan voor een open gesprek met respect voor elkaar.”
Ze verwijst vervolgens naar twee folders van de vereniging over transparantie en meldt per mail: ‘Ik hoop dat het artikel objectief wordt. Wij merken dat er veel onzin wordt verkondigd en de nuance over het nut en noodzaak van gewasbeschermingsmiddelen ver te zoeken is’. In de folders waarnaar Maij verwijst, wordt met geen woord gerept over spuitgegevens. Maij reageert ook niet op meerdere verzoeken van Trouw om inhoudelijk op vragen in te gaan.
Krakkemikkige wetgeving
In het Europese recht is vastgelegd dat boeren een spuitregister moeten bijhouden. Burgers kunnen deze informatie opvragen bij de overheid. “Maar dit is wel krakkemikkige wetgeving”, zegt Anne de Vries, milieujurist bij de organisatie Natuur & Milieu. “Omwonenden kunnen spuitgegevens opvragen als die informatie in het bezit is van de overheid. Aan dat recht heb je alleen niks als autoriteiten die gegevens niet bij boeren opvragen. Er staat in de wet ook niet dat derde partijen een autoriteit kunnen dwingen om die informatie op te vragen. Dus hebben omwonenden meestal geen inzicht in wat er om hen heen gespoten wordt.”
Het transparantie-principe is ook verankerd in het zogenoemde Verdrag van Aarhus, een door alle EU-landen ondertekend milieurechtverdrag om burgers meer invloed te geven op milieubeleid en milieubescherming. Het verdrag stelt dat iedere burger informatie over milieu-emissies mag opvragen. “En als er íets tot milieu-emissie leidt, is dat pesticidegebruik”, zegt De Vries. “Hiervoor geldt alleen hetzelfde als voor de Europese verordening: autoriteiten kunnen voorkomen dat informatie in hun bezit komt door het gewoon niet op te vragen.”
Kastje naar de muur
Uit gesprekken met omwonenden blijkt dat het lastig is om de juiste overheidsinstantie te vinden voor het opvragen van spuitgegevens. “Het is een klassiek kastje-naar-de-muur-verhaal”, zegt de Drentse Joke Kolthoff. “Allereerst zijn we als omwonenden naar de provincie gegaan, die ons weer verwees naar het ministerie van Landbouw. Het ministerie speelde de bal door naar de NVWA en stelde dat dit de gezaghebbende instantie was.”
De voedsel- en warenautoriteit, verantwoordelijk voor toezicht op pesticidengebruik van telers, is de enige instantie die de gegevens kan opvragen. Echter, “alleen in een toezichthoudende rol”, laat de NVWA weten: “Omwonenden kunnen spuitgegevens opvragen bij de NVWA via een verzoek aan de minister van Landbouw, volgens Europese en Nederlandse wetgeving. De NVWA kan echter alleen informatie verstrekken die zij zelf in bezit heeft en mag geen extra gegevens opvragen op verzoek van derden, tenzij dit nodig is voor haar toezichtstaken.”
Het NVWA voert een paar honderd inspecties per jaar uit bij telers. “Bij de uitvoering van een inspectie kan de NVWA de ondernemer vragen om de registratie te verstrekken. De spuitregistratie maakt echter niet van elke inspectie onderdeel uit”, aldus de autoriteit.
Principiële kwestie
De zaak in Westerveld is inmiddels binnen de rechtbank Noord-Nederland verwezen naar de meervoudige kamer, omdat de rechter het in eerste aanleg als een “ingewikkelde en zeer principiële kwestie” beschouwde. Volgens ecoloog en jurist Henk Baptist, die Joke Kolthoff en de andere omwonenden in Westerveld bijstaat, is de situatie juridisch onhoudbaar. “Nederland is verplicht om de spuitgegevens openbaar te maken. Dat de overheid deze gegevens niet heeft, betekent niet dat burgers hun recht verliezen.”
Of de rechtszaak in Westerveld daar verandering in brengt, zal nog blijken. Vermoedelijk zal de meervoudige kamer voor de zomer oordelen of de overheid zich moet houden aan de Europese transparantieregels en spuitgegevens moet verstrekken. Dat zou grote gevolgen kunnen hebben voor het Nederlandse pesticidenbeleid.
Tot die tijd heeft de minister van Landbouw in elk geval geen plannen om meer transparantie voor omwonenden te bewerkstelligen. Gevraagd naar haar standpunt, laat ze via haar woordvoerder weten: “Overheden kunnen spuitgegevens bij boeren opvragen als dat nodig is voor een specifiek doel. Hoewel de overheid erkent dat er wensen bestaan bij derden, zoals omwonenden, om zo gedetailleerd mogelijke informatie te ontvangen over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, verwachten professionele gebruikers andersom dat hun privacy wordt gewaarborgd.”
Omwonende Joke Kolthoff reageert teleurgesteld. “Deze afweging van het ministerie is geen argument. Ik vraag niet naar de pincode of bankgegevens van mijn buurman. Ik wil weten welke pesticiden hij gebruikt omdat het gif op mijn grond en in mijn huis terechtkomt. En dat kan ernstige consequenties hebben voor mijn gezondheid. Ik lees in de reactie van de minister opnieuw grote weerstand om omwonenden het recht te geven op werkelijke transparantie. De overheid kiest ervoor om de belangen van de sector boven de belangen van de inwoners te stellen. Dat is zeer kwalijk.”
Vaker naar de rechter om pesticiden
Omwonenden en milieuorganisaties stappen steeds vaker naar de rechter om strengere regels voor het gebruik van pesticiden af te dwingen, zoals spuitvrije zones, een spuitverbod in de buurt van woonwijken, scholen en sportterreinen of een natuurvergunning voor gebruik op korte afstand van beschermde natuurgebieden. Daarnaast zijn er rechtszaken waarin omwonenden die willen weten welke pesticiden telers hebben gebruikt, vragen om openbaarmaking van de spuitgegevens.