Hoe horecamedewerkers de sector de rug toekeerden

LET OP: Dit verhaal is geschreven voor het vak Verdieping 2 en behoort dus niet tot mijn afstudeerportfolio.

Jelmer Witteveen 24 juni 2021, 16:20

Het coronavirus heeft het afgelopen jaar flinke schade toegebracht aan de economie. Eén van de zwaarst getroffen sectoren is de horeca. Het aantal banen in die sector daalt in 2020 met bijna een kwart. Voor Bob, Linda en Rob zorgde dit voor veel onzekerheid.

Het is januari 2020 en het begin van een nieuw decennium wordt gevierd. De restaurants zitten vol, in de kroegen wordt gedronken en in de nachtclubs wordt gedanst. Diverse media berichten over een ‘mysterieuze longziekte’ waardoor in China meer dan 50 personen ziek zijn geworden. Wanneer dat nieuwe virus ook Nederland bereikt, worden er maatregelen genomen. Op 15 maart 2020, om 18:00 uur moet de horeca de deuren sluiten.


Horeca en het coronavirus: hoe zat het ook alweer? Klik op de afbeelding om naar de tijdlijn te gaan.

___________________________________________________________________________________

De zorgmedewerker

Bob Langendorff stond het liefst in de keuken, maar bij mooi weer kon je ook voor een barbecue bij hem terecht. Foto: privécollectie Bob

Voor de eerste lockdown werkte Bob (44) als freelance chef voor Phillips-Van Heusen Corporation, het moederbedrijf achter onder meer Calvin Klein en Tommy Hilfiger dat gevestigd is in Amsterdam. “Het was een hele bijzondere tijd”, zegt Bob. “Ik heb mogen koken voor de directie en diverse buitenlandse klanten van de showrooms, maar ook voor Lewis Hamilton (Formule 1-coureur en zevenvoudig wereldkampioen) en de heer Hilfiger zelf. De eerste coronagolf heeft alles om zeep geholpen. Mijn functie hield op te bestaan.”

Waar in 2019 de werkgelegenheid in de horeca steeg met gemiddeld met 0,23 procent per maand, daalde deze in 2020 met 2,27 procent per maand. Vorig jaar december waren er nog maar 338.000 banen over, het laagste aantal sinds 2011. Klik op de afbeelding voor de interactieve versie.

Toen zijn samenwerkingsverband ophield, heeft Bob in eerste instantie een tijd thuis gezeten. “Ik was wel zoekende naar een baan, maar dat bleek een hopeloze zaak.” Op een gegeven moment vond hij werk bij diverse restaurants in België. Toen in de herfst de tweede golf opkwam, raakte hij opnieuw zijn opdrachten kwijt. Bob pakte het dit keer anders aan: “Ik dacht: nu pak ik door. Ik wil niet blijven wachten op een wonder.” Hij ging haastig op zoek naar vacatures en kwam uit bij de forensische geestelijke gezondheidszorg. Met pijn in het hart verliet Bob de horeca. Toch heeft hij er veel voor teruggekregen: “Ik heb altijd affiniteit gehad met de zorg en wilde graag met mensen met een beperking werken. Dat ik hen nu kan begeleiden, is daarom eigenlijk een droom die werkelijkheid is geworden.”

Tegenwoordig werkt Bob (rechts) in de forensische GGZ, waar hij patiënten met complexe psychiatrische problematiek begeleidt.
Foto: privécollectie Bob

Op vraag of Bob de horeca mist, antwoordt hij: “Zeker, natuurlijk mis ik het. Je zet de horeca niet zomaar opzij. Ik was vooral bang dat ik de teamverbanden zou missen, het samenwerken. Dat is gelukkig niet het geval. Ik heb gemerkt dat je in andere beroepen ook een groepsgevoel kunt hebben. In de GGZ vormen we als team echt een blok.” Met koken houdt Bob zich alleen nog maar thuis bezig: “Ik ben continu bezig met dingetjes uitproberen en het nadenken over goede combinaties.”

Het kabinet heeft vorig jaar ruim 37 miljoen euro uitgetrokken om werkloosheid tegen te gaan. Dat geld is met name bedoeld om werknemers in het midden- en kleinbedrijf (mkb) om te scholen naar de zorg, techniek en ­andere sectoren waar arbeidstekorten zijn.

___________________________________________________________________________________

De ondernemer

Linda Swets (40) werkte sinds 2016 samen met haar partner Sergio Poucochinho (37) als zzp-kok. De horeca nam een groot deel van haar leven in beslag. Soms werkten ze vijf dagen achter elkaar, elke dag op een andere plek. Linda: “Toen corona net in Nederland was, dachten we: oh, dat zal een paar weken duren. Voor de paasdrukte zijn we wel weer aan de slag. We besloten om van de tijd gebruik te maken en de website te verbeteren.” Linda en Sergio waren optimistisch, maar hun voorspelling over de pandemie kwam helaas niet uit: “Met positief denken dwing je jammer genoeg geen geluk af. We waren genoodzaakt om iets anders te bedenken.”

Linda en Sergio hadden verwacht dat de horeca in de zomer ook rustig zou blijven, maar ook deze voorspelling kwam niet uit. Er was een groot tekort aan personeel en voor ze het wisten waren ze weer volop aan het werk. Foto: privécollectie Linda en Sergio

Het stel besloot om Portugese producten importeren. Ze openden een webshop en later ook een fysieke winkel: Sabores de Portugal (smaken van Portugal). Sergio: “Het was een logische stap. Hier in Hansweert (Zeeland) woont een grote Portugese gemeenschap. Zij hebben behoefte aan producten uit hun vaderland.” In hun boetiek van ongeveer 25 vierkante meter kunnen klanten terecht voor hun dagelijkse boodschappen, wijnen en likeuren. 

Linda en Sergio hadden verwacht dat de horeca in de zomer ook rustig zou blijven, maar ook deze voorspelling kwam niet uit. Er was een groot tekort aan personeel en voor ze het wisten waren ze weer volop aan het werk. Toen in oktober de horeca voor de tweede keer de deuren sloot, hakten ze de knoop door en richtten ze zich voor het grootste gedeelte op hun winkel.

Linda is intussen van hun vijfde kindje bevallen en doet het daarom rustig aan. Ze brengt veel tijd door met de kleine en houdt zich bezig met de webwinkel. Sergio werkt nu twee à drie dagen als zzp-kok en heeft zich daarnaast op de fysieke winkel gestort. “You have to be a special kind of stupid om in de horeca te werken”, aldus Linda. “We zijn eigenlijk allemaal misfits bij elkaar. Zeker als vrouw is het heel bijzonder om in de keuken te werken. Het is een mannenwereld en daar moet je als vrouw soms wel tegen kunnen.”

Linda samen met haar kinderen in de keuken: “Eigenlijk is het gewoon een horecakeuken light in ons huis.”
Foto: privécollectie Linda en Sergio

Linda heeft ervoor gekozen om de horeca voorlopig achter zich te laten: “Het maakt niet uit hoe druk het is, in de keuken is het altijd keet schoppen. Dat zal ik wel missen. Gelukkig zijn we met zijn zevenen thuis, waardoor we hier ook kunnen keten”

___________________________________________________________________________________

De alleskunner

Rob Salimans (33) woont in Silema (Malta) en werkte daar als chefkok in een fine dining-restaurant. Toen hij door de coronacrisis zijn baan verloor, heeft hij de horeca niet meteen achter zich gelaten. Rob: “Ik heb tijdens de eerste coronagolf een foodtruck gekocht. Die had ik neergezet op een industrieterrein. Helaas liep die foodtruck niet goed.”

Verreweg de meeste horecamedewerkers werken in de bediening (34,9 procent). Daarna volgen de koks (13,7 procent). Klik op de afbeelding voor de interactieve versie.

Gelukkig kreeg Rob al vrij snel een andere baan. Zijn vriendin werkte in de online online gamingindustrie en kreeg een geldbedrag voor iedereen die ze aandroeg om mee te werken. Op die manier belandde Rob ook in de industrie. “Opeens presenteerde ik een online spelshow. Mensen moesten zes vragen beantwoorden en als ze die goed hadden, ging er een bal rollen. Het was een soort roulette. Ik praatte het spel als een soort Robert ten Brink aan elkaar.”

Rob als “een soort Robert ten Brink” tijdens een livestream van het online casino. Bron: privécollectie Rob

Door zijn werk als presentator kwam Rob in de filmwereld terecht: “Onze regisseur kende iemand die mensen zocht voor een commercial van een Deens worstenbedrijf.” Behalve in die commercial speelde Rob ook als figurant in de Noors-Maltese film War Sailor. Na deze kortstondige filmcarrière belandde hij uiteindelijk in de klantenservice. Daar werkt hij nu nog steeds.

Rob denkt niet dat hij ooit nog teruggaat in de horeca. Hij gebruikt zijn kwaliteiten als chefkok nu alleen nog maar als hobby: “Ik bak nog wel veel worstenbroodjes en appeltaarten. Die verkoop ik dan via Facebook. In de horeca zou ik niet meer willen werken. Dat komt vooral door het salaris. Voor mijn huidige salaris zou ik in de horeca zo’n 80 uur per week moeten werken. De enige reden waarom ik naar de keuken terug zou keren, is als ik Malta zou verlaten en nergens anders aan de slag kan.”

Audio: BBC Sound Effects