Het geloof is een verdedingsmeganisme

Als mensen mij vragen of ik gelovig ben weet ik daar vaak niet goed een antwoord op te geven. Technisch gezien ben ik dat niet. Ik ga niet naar een kerk, ik ben niet gedoopt of gelovig opgevoed. Zelf ging ik wel naar een rooms katholieke school voor de helft van mijn basisschooltijd. We vierden daar de feestdagen maar voor de rest viel het wel mee hoe praktiserend mijn school was. Het was niet zo dat we bijvoorbeeld verschillende momenten van de dag moesten bidden. Zelf ben ik erg geïnteresseerd waar mensen in geloven. In mijn vriendenkring verschilt het sterk in wat ze geloven. Maar ik ken ook mensen die duidelijk zeggen dat ze atheïst zijn. Maar er zijn ook mensen die, net zoals ik, niet weten in wat ze geloven: ‘’Ik hoop dat er iets is. Maar ik weet niet wat.’’

Veel mensen in Nederland zijn van het geloof afgestapt. In de cijfers van het CBS van 2018 stond dan ook dat minder dan helft van de Nederlandse bevolking nog actief praktiserend is. Het geloof zoals het vroeger bekend stond, bestaat niet meer. Dit komt omdat mensen tegenwoordig de gelovige gemeenschap minder tot niet nodig hebben om betekenis aan het leven te kunnen geven. Ze vinden in andere dingen voldoening. Dat ze iets goeds doen voor de maatschappij. Denk aan vrijwilligerswerk doen of ze vinden zichzelf door zich te ontwikkelen.

Het geloof zoals het ooit was begint te veranderen. De 21eeuw heeft ons geleerd dat veel van de geloven met elkaar overeenkomen. Ze staan alleen allemaal anders afgebeeld. We zijn als maatschappij steeds geïnteresseerder in andere geloven geworden. Ik merk dan ook dat als vrienden van mij dingen over hun geloof met mij delen dat ik daar veel respect en interesse voor heb. Geloven in iets, dat is een keuze. Ben ik gelovig? Dat is de vraag die ik mezelf stelde tijdens het schrijven van dit artikel. Het antwoord daarop is ja. Verrassend genoeg. Ik geloof dat wij er allemaal zijn met een reden, dat alles wat wij doen effect heeft op een ander en dat dat je hele toekomst daardoor kan veranderen. Ik geloof dat het universum het lot voor eenieder van ons al op een manier bepaald heeft, ook al voordat jou iets overkomen. Ik geloof dat in mezelf, en in mijn lichaam en dat deze mij mijn antwoorden geeft. En dat ik daar geen god voor nodig heb. Gelovig zal als iets veel breders gezien moeten worden dan een religie.

Ik vind het moeilijk om in iets te geloven waar geen wetenschappelijke verklaring voor is. Maar ik vind het ook moeilijk te bevatten dat er maar één leven is, en na de dood er een oneindigheid aan niets is. Gelovigen halen over het algemeen vooral de kracht uit het leven na de dood. Dat er een rijk is waar je weer je dierbaren kan omhelzen die zijn heen gaan. Er zijn ook mensen die geloven in reïncarnatie. Het klinkt wel mooi, dat je ziel los staat van je lichaam. Dat je na je dood weer herboren wordt. Ik weet ook niet of ik in dit geloof al zal het veel dingen kunnen verklaren. Geloven is eigenlijk een verdedigingsmechanisme van de nare gevoelens die je kan krijgen bij het denken aan de dood. Door het geloven dat er iets is na de dood, krijgen mensen er vrede mee.