Uit onderzoek van UNICEF op basis van Europese data in 2021 blijkt dat een op de vijf jongeren tussen de 13 en de 18 jaar kampen met psychische problemen zoals eetstoornissen, angststoornissen en depressie. Hoe zit dit met de jongeren in Utrecht-West?

Dat ongeveer 20% van de jongeren last heeft van psychische klachten is een ruwe schatting op basis van bekende cijfers. Aangezien veel jongeren niet om hulp vragen kan het precieze aantal lastig in kaart worden gebracht. Uit onderzoek van de universiteit van Leuven bleek dat bijna de helft van de ondervraagden met ten minste milde psychische klachten kampte.

Jongeren worden steeds meer geconfronteerd met groeiende druk en toenames in stressfactoren. Academische prestaties worden steeds meer verwacht en waar je 30 jaar geleden nog 8 jaar over je studie kon doen wordt de (financiële) druk nu opgevoerd. Ander veelvoorkomende stressveroorzakers zijn sociale media. Het komt vaak voorbij maar ook in deze weer. Sociale media en technische over stimulatie spelen een grote rol in de mentale gezondheid van jongeren.

Uit onderzoek van de redactie van de Westkant Courant onder de groep Utrecht-westers tussen de 16-26 jaar blijkt dat 19 procent van de jongeren stress ervaart vanuit sociale media. Opvallend is ook dat de stress ervaren door sociale contacten maken en onderhouden op 20% ligt. In de afgelopen jaren zijn

jongeren minder sociaal geworden want in plaats van rond hangen met vrienden, hangen veel jongeren rond op sociale media. Toch blijkt dat verreweg de meeste jongeren hun studie als grootste veroorzaker van stress zien.

Op de vraag ‘Hoe vaak heb je je afgelopen week somber gevoeld?’ antwoordden 16 van de 42 jongeren dat ze zich wekelijks somber voelen en 15 van de 42 voelen zich in bepaalde periodes somber. Zo ook de 21-jarige Maud uit Lombok. Zij zou naar haar derde studie jaar rechten moeten gaan, maar zit qua punten nog in het eerste. ‘Ik heb weinig contacturen dus ben veel alleen thuis.’ Vertelt ze. ‘Ik voel me gelukkig niet altijd somber, er zitten ook goeie dagen tussen maar ik merk dat vooral school op zulke dagen echt niet lukt.’ Dat school niet zo goed lukt wekt geen verbazing.

62% van de ondervraagden geeft namelijk aan dat hun mentale welzijn hun schoolprestaties beïnvloeden en zelfs 24% geeft aan dat ze heel erg worden beïnvloed.  Het lijkt dus een soort vicieuze cirkel waar deze jongeren zich in bevinden. Enerzijds studie als grootste stressfactor zien en zoveel mogelijk voor je studie willen doen, en anderzijds juist door die stress een stuk minder gedaan krijgen.

Als je je dan eindelijk over de drempel heen hebt gezet om hulp te vragen, is deze bij lange na niet nabij. Volgens de in 2005 ingevoerde treeknorm zouden mensen maximaal 10 weken na hun intakegesprek moeten kunnen beginnen met behandeling. In realiteit ligt is dit aantal gemiddeld dubbel zo hoog.

De jongeren in Utrecht-West proberen zoveel mogelijk sociale activiteiten buiten hun studie te ondernemen en te sporten om zo hun mentale welzijn te verbeteren, dit blijkt antwoorden uit de laatste vraag van de respondenten. Bijna een op de tien jongeren geeft aan niet te kunnen doen omdat dit hen teveel moeite kost.

Laten we ervoor zorgen dat psychische hulp in de toekomst breder toegankelijk wordt en mensen die hulp vragen, ook sneller echt geholpen worden.