Gemeenteraadslid Joop Lahaise heeft de PvdA verlaten. Niet om zijn eigen koers te varen, maar uit frustratie over wat hij met zonder enige twijfel of terughoudendheid omschrijft als de “bestuurlijke hooghartigheid” en de “inhoudelijke leegloop” van zijn partij. Hij gaat zelfstandig verder. De PvdA is volgens hem niet meer de partij van vroeger. Lokaal niet, en ook niet landelijk
Lahaise vertrekt op een moment waarop de partij het zwaar heeft. Sinds de forse verkiezingsnederlaag van 2017 is het aantal zetels blijven dalen. In Hilversum is dat verval nog scherper zichtbaar: bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen bleef de partij steken op slechts twee zetels. Voor Lahaise ligt de oorzaak van de aftakeling deels bij het vertrek van oud-fractievoorzitter Hans Hazelaar. “Hij sprak normale taal en was aansprekend voor de gewone Hilversummer want hij was bezig met wat hen ook bezighield.” Hazelaar zat 25 jaar in de raad en stond volgens Lahaise symbool voor de ‘gewone arbeider.’ “Sinds zijn vertrek is het bergafwaarts gegaan.”
De koers van de partij is volgens Lahaise te veel gericht op regeren in plaats van vertegenwoordigen. “We hebben twee zetels, maar toch een wethouder. Dan kan je veel leveren, maar moet je ook inleveren.” Vooral de samenwerking in de coalitie stoort hem: “We komen te weinig op voor minder welgestelden en lopen aan het handje van de rechtse coalitie.” Lahaise ziet dit nu meer dan ooit als een bedreiging voor de partij. Vanwege de komende fusie met de gemeente Wijdemeren, waar PVV in de landelijke verkiezingen de grootste partij was, denkt Lahaise dat het juist nu cruciaal is om de verbinding te zoeken met de ‘gewone’ Hilversummer.
Lahaise mist simpelweg empathie en begrip voor de bewoners binnen de partij. Volgens hem redeneren veel raadsleden vooral vanuit hun eigen positie in plaats van zich in te leven in de zorgen van burgers. Een duidelijk voorbeeld hiervan noemt hij de langlopende kwestie rondom het gebrek aan parkeerplekken bij de seniorenflats. “Ouderen zijn vaak slecht ter been en minder mobiel, maar moeten momenteel vaak ver lopen om bij hun auto te komen. Voor velen is dat gewoon niet weggelegd.” Volgens Lahaise denken andere gemeenteraadsleden niet mee over oplossingen voor dit soort kwesties. Ze schreeuwen alleen over wat er niet kan. “Daar heb je niks aan!” roept Lahaise verontwaardigd. “Dit is precies het soort bestuurlijke hooghartigheid waar we vanaf moeten!”
Ook de aanstaande fusie met Groenlinks baart Lahaise zorgen. Hij vreest dat de sociaal-democratische waarden waar PVDA in zijn ogen voor moet staan onder druk komen. Volgens Lahaise zijn veel van de klimaatdoelen niet haalbaar voor burgers die krap bij kas zijn. Lahaise benadrukt dat hij wel vindt dat de PVDA groen moet zijn, maar hij denkt anders over de manier waarop. “We willen allemaal groen, maar wat als je rood staat? Niet iedereen kan zomaar een electrische auto kopen.” Lahaise vindt het cruciaal dat de PvdA hun kiezers niet nog verder van zich vervreemden door maatregelen bij hun te leggen waar ze niet verantoordelijk gehouden voor moeten worden, aldus Lahaise.
Zijn vertrek zal de verhoudingen in de raad weinig veranderen, denkt hij. Maar hij heeft persoonlijk wél een grens bereikt. Hij is op een punt gekomen waarop hij niet langer kon blijven functioneren binnen een partij die volgens hem haar eigen fundament ondergraaft. Lahaise blijft zich naar eigen zeggen inzetten voor de mindergestelden in Hilversum, alleen dan niet onder de PvdA-vlag.