Anneke Fidder (25): “Bijna niemand kan bestaan van alleen de verkoop van eigen kunst”

Elk jaar stelt uitkeringsinstantie UWV een ranglijst samen van de kansrijkste, én minst kansrijke, opleidingen met kans op een baan voor hbo’ers en academici. Ook in 2020 scoren de creatieve opleidingen weer hoog op de ladder van minst-kansrijke studies. Maar toch zijn er in 2020 bijna 20.000 studenten die op het Nederlandse hbo-kunstonderwijs (KUO) zitten. Wat maakt dat jongvolwassenen kunstenaar willen worden, terwijl de arbeidsmarkt krap is voor creatief opgeleiden? In deze portretreeks spreek ik zes kunstenaars van verschillende disciplines over hun gedrevenheid. Waar komt hun drive vandaan? En heeft de huidige arbeidsmarkt invloed op hun kunstenaarschap?

Drie minuten voor de twaalf krijg ik rechtsboven op mijn laptopscherm de melding ‘Anneke Fidder is waiting in the waitingroom’. Wij spreken elkaar online via Zoom, omdat Anneke de aankomende tijd erg druk is met exposities die zij in het vooruitzicht heeft. Nadat ze door corona ongeveer twee jaar niet heeft kunnen exposeren, heeft zij dit weekend weer haar een van haar eerste fysieke tentoonstellingen. Ik laat haar toe in het Zoomgesprek, en na even haperen kunnen we elkaar zien en horen. Haar felle blauwe oogschaduw valt mij gelijk op.

Als kind was Anneke altijd al bezig met creativiteit en dingen maken. Tekenen en schilderen begon voor haar als een hobby.  Toen zij op de middelbare school moest gaan nadenken over de toekomst, besloot zij toch voor een creatieve studie te kiezen. Zij was zich er toen al heel erg van bewust dat kunstenaar een lastig beroep zou worden om geld mee te kunnen verdienen. “Ik heb ook studies overwogen waarbij het beroep waarschijnlijk een hoger inkomen zou genereren, maar kunst maken is gewoon het enige wat ik echt leuk vind om te doen en waar ik mezelf in vind”, zegt Anneke.

“Ik heb denk ik ook het geluk dat mijn ouders mijn studiekeuze destijds goed vonden. Ik hoor ook verhalen van mensen om mij heen waarbij hun ouders zwaar tegen kunstopleidingen zijn. Maar bij mij zijn de meeste mensen om mij heen gelukkig positief. Vrienden en familie staan altijd achter me, en helpen waar nodig.”

Vooropleiding ArtEZ

Anneke werd in 2014 toegelaten op de vooropleiding van ArtEZ. Dit is de University of the Arts in onder andere Arnhem, waar diverse studenten, docenten en onderzoekers de ruimte krijgen voor artistieke, intellectuele en persoonlijke groei. “Met inspirerend kunstonderwijs op hbo bachelor- en masterniveau en toonaangevend artistiek onderzoek creëert ArtEZ de plek waar je een verschil kunt maken, in de kunst én in de samenleving. Kunst bindt ons. Kunst zet aan tot vernieuwende ideeën en alternatieve denkwijzen. Ons motto is: kunst verandert. Art changes”, aldus de website van ArtEZ.

Tijdens de vooropleiding moest Anneke een half jaar lang elke zaterdag fysiek naar ArtEZ in Arnhem. De studenten konden zich tijdens de lessen breed oriënteren, maar al snel kwam Anneke erachter dat ‘fine art’ het beste bij haar paste. Fine art is een kunstvorm (in tegenstelling tot de toegepaste kunst) die geen economisch nut of gebruiksgemak heeft. De kunst wordt gemaakt om stijlvol en kunstzinnig te zijn. “Fine Art betekend dat je wordt opgeleid tot beeldend kunstenaar, en bijvoorbeeld niet tot product ontwerper of grafisch vormgever. Bij fine art is er geen bepaald kader waar kunst aan moet voldoen. Ik vind die vrijheid in wat ik maak heel belangrijk”, vertelt Anneke.

Fine art

 Na de brede vooropleiding had Anneke een uitgebreid portfolio opgebouwd. Na een werkschouw die positief werd beoordeeld, kon Anneke direct doorstromen naar de door haar gekozen bachelor ‘Fine Art’. Mensen die de vooropleiding niet hebben gevolgd, moeten een aparte toelating doorlopen waarbij zij door middel van een portfolio worden toegelaten of niet.
In Annekes eerste studiejaar veranderde de naam van haar opleiding van ‘Fine Art’ naar ‘Base for Experiment Art and Research’ (BEAR). Met deze verandering werd ook de studie inhoudelijk anders. Dit uitte zich in meer theorievakken. “In het eerste jaar had ik vooral veel kunstgeschiedenis en filosofieles. In het tweede en derde jaar kon ik kiezen tussen verschillende theorievakken die waren toegespitst op specifieke onderwerpen. In het laatste jaar moest ik als afstudeeropdracht ‘artistic research’ doen. Ik moest daarbij onderzoek doen naar mijn eigen werkvorm, en hierover schrijven en op reflecteren”, vertelt Anneke.

in het derde jaar kreeg ze ook het vak ‘art economy’. Tijdens dit vak leren de studenten de praktische dingen van het kunstenaarschap. “Ik vond dat stiekem een aanfluiting. Het ging heel erg over hoe je bijvoorbeeld een factuur opstelt, en wat het verschil is tussen bruto en netto factureren. Ik heb daar eigenlijk niet echt iets geleerd. Ik vond bij dit vak de échte voorbereiding op het werk na de studie wel ontbreken. Ik heb meer geleerd van de ‘tutorgroepen’ waarin wij werden ingedeeld. In deze groepen zitten leerlingen van elk studiejaar bij elkaar onder leiding van een mentor. Met deze groep hadden we veel bijeenkomsten en konden we leren van elkaars’ verhalen. Mijn tutor was Gijs Assmann. De tutorlessen werden door elke tutor op een eigen manier ingevuld. Hij heeft ons bijvoorbeeld meegenomen naar relevante plekken en mensen buiten de academie om ons voor te bereiden op het leven ná de academie.”

In 2019 studeerde Anneke af aan de opleiding ‘Fine Art/BEAR’. Ze vertelt dat het haar na het afstuderen pas duidelijker is geworden hoe kunstenaarschap in zijn werk gaat. “Toen heb ik pas geleerd hoe ik bijvoorbeeld mijn boekhouding moet doen, en hoe ik ervoor zorg dat ik op plekken kan exposeren.”

Menselijk ongemak

Anneke maakt vooral keramische beelden waarin zij het menselijke ongemak uitbeeldt en relativeert. Zelf omschrijft zij haar werk als ‘een beetje knullig’.“Ik ben zelf vrij ongemakkelijk. Die ongemakkelijkheid tussen mensen in sociale context fascineert mij daarom enorm. Met dat ‘unheimische’ gevoel speel ik graag in mijn werk; dingen die op een of andere manier niet helemaal goed voelen. Bijvoorbeeld een etalagepop die jou vanuit een winkeletalage recht ‘aankijkt’. Elk mens heeft wel eens dat gevoel van ongemak. Ik vind dat een heel interessant en breed thema om mee bezig te zijn”, terwijl Anneke vertelt over haar eigen ongemakkelijkheid moet zij lachen waardoor haar laptop heen en weer schudt.

‘Waiting for a friend’

“Naast het menselijk ongemak vind ik het ‘menselijke bewustzijn zijn van de dood’ ook een interessant thema. Ik hou er niet van om super realistisch te werken. Omdat ik mij bezig houd met zware onderwerpen vind ik het fijn om humor in mijn beelden te verwerken. Humor maakt het leven nog een beetje dragelijk”, zegt de kunstenares met een knipoog.

Haar werk heeft naar eigen zeggen een tragikomisch karakter, doordat zij de mensfiguren in absurde houdingen of samengesmolten gezichten weergeeft. Het werk balanceert op deze wijze op het randje tussen humor en triestheid en zijn geïnspireerd op zowel bekenden van Anneke als passanten op straat.

De kunstenares werkt af en toe met series. Haar afstudeerproject bestond bijvoorbeeld uit een serie beelden van mensvormen in ongemakkelijke houdingen. Deze serie heeft zij geëxposeerd tijdens haar afstudeershow in 2019. Naar aanleiding hiervan werd zij voor veel exposities uitgenodigd. Maar helaas kwamen vlak daarna de corona lock downs. Veel exposities en andere evenementen die toen op Annekes agenda stonden werden uitgesteld. Maar ondanks dat, vormde de coronacrisis wel een nieuwe inspiratiebron voor Anneke. “Normaal haal ik mijn inspiratie uit personen, maar tijdens de coronapandemie zag ik constant dezelfde mensen. Ik ben daardoor meer na gaan denken over dieren en de natuur, en dan over vissen in het bijzonder.  De verhouding tussen dier en mens en daartussen dan weer het ongemak, vind ik interessant. Daardoor ben ik in de coronatijd veel meer dieren gaan maken”, aldus de kunstenares.

‘The Fisherman’

Tijdens ons gesprek laat ze met trots haar eigen werkplek zien via de camera op haar laptop. Ze woont samen met haar partner in Zutphen, waar de zolder van hun huis is omgetoverd tot een eigen atelier.. In het midden van de ruimte staat een grote tafel waaraan zij kan werken. Aan de zijkant staat een houten, open kast waar haar beelden in staan. Sommige hiervan zijn klaar, en sommige staan nog te drogen.

Anneke aan het werk in haar eigen atelier

Rondkomen van kunstenaarschap

Anneke merkt dat het super moeilijk is om als kunstenaar rond te komen van alleen kunst. Daarom werkt zij ook in een winkel in Zutphen waar zij materialen verkoopt aan kunstenaars en hobbyisten. “Hierdoor heb ik een wat meer stabiel inkomen. Het is bijna onmogelijk om je inkomen te verdienen met alleen de verkoop van je eigen werk. Dit lukt alleen sommige gerenommeerde kunstenaars, maar bijna niemand kan bestaan van alleen de verkoop van eigen kunst. En zeker niet iemand van vijfentwintig jaar. Kunstenaars hebben er meestal nog een reguliere baan naast, bijvoorbeeld in het onderwijs. In de culturele sector zijn banen schaars, dus ik heb geluk dat ik een baan heb die aansluit op mijn kunst en waarbij ik veel werk van anderen zie en hun proces kan meemaken.”

Anneke vertelt mij dat een van de redenen waarom rondkomen als kunstenaar lastig is, deels is omdat ergens exposeren vaak geld kóst, in plaats van dat exposanten er geld mee verdienen. “In de kunstwereld lijkt geld verdienen een beetje taboe te zijn. Er wordt niet veel gepraat over geld verdienen, maar uiteindelijk moet je natuurlijk wel je eigen brood kunnen kopen. Een groot probleem in de kunstwereld is dat kunstenaars vaak voor niks werken. Je stopt heel veel werk in een expositie en je krijgt er niet per se iets voor terug in de vorm van geld, contacten of een andere expositie. Het leven van een kunstenaar vergt veel energie en je hebt geen garantie dat er iets uitkomt. Sterker nog, meestal kost het juist geld om ergens te mogen exposeren. Dit komt doordat het bedrijf dat de expositie organiseert ook kosten heeft, zoals de huur van het pand die betaald moet worden. Er zijn maar een aantal organisaties die de exposerende kunstenaars betalen. Maar dat is eigenlijk alleen mogelijk als de organisatie die de expositie mogelijk maakt gesubsidieerd wordt. Ik denk dat het betalen van kunstenaars om te exposeren de cultuursector zeker ten goede zou komen. De expositie ruimten waar ik over spreek houden zich nu aan de fair practice code. Het zou geweldig zijn als meer instanties hier aan mee zouden doen”, aldus Anneke.

Hetzelfde geldt voor kunstenaars die een atelierruimte willen of moeten huren. De particuliere huur is namelijk superhoog, waardoor een atelierruimte huren ook alleen betaalbaar is als het via de gemeente of een gesubsidieerde instantie gaat. “Ik ben blij dat ik thuis een ruimte heb om te kunnen werken, dus dat dat voor mij gelukkig geen noodzaak is. Maar voor veel kustenaars is dat ook een groot probleem”, vertelt de kunstenares.

Daarbij komt dat het als beginnend kunstenaar lastig is om een ‘uurloon’ te bepalen. “Ik hou de prijzen wat lager omdat ik nog relatief jong ben. Ik wil eerst mijn CV verder opbouwen en dan kunnen mijn prijzen ook wat meer omhoog.”

Het is moeilijk om een gemiddelde prijs te geven van het werk van Anneke. De prijs hangt namelijk af van het formaat en het materiaal. Maar om een indicatie te geven staan van onderstaande werken de prijzen eronder genoemd.

‘Man With Mouse/Mouse With Man’: €650
‘Uneasy Composure: €600

Een andere verklaring voor de lastige arbeidsmarkt voor kunstenaars, is volgens Anneke dat kunst in de eerste instantie als een luxeproduct wordt gezien. “Mensen kopen kunst als ze geld over hebben. Bij ruimtelijke werken speelt het ook nog eens mee dat mensen er ruimte voor moeten hebben in hun huis.”

Randstad

 De culturele sector is volgens de kunstenares erg gericht op de Randstad. “Veel kunstinstellingen bevinden zich in de randstad. Veel evenementen worden ook in -en rondom de Randstad georganiseerd. Veel kunstenaars denken daarom dat het nodig is om zich daar ook te vestigen. Maar gelukkig ben ik binnen anderhalf uur met het openbaarvervoer in hartje Amsterdam.”

“Er heerst in de randstad ook een andere kunstcultuur en sfeer dan in de rest van Nederland. Het draait voor mijn gevoel meer om reputatie van de kunstenaar dan om het werk zelf. Die kunstwereld spreekt mij niet zo aan. Buiten de Randstad ervaar ik een vrolijkere sfeer waarbij men minder gefocust is op carrière maken en meer op inhoud van de kunst,” aldus Anneke.

Kast met werken in het atelier van Anneke

Plezier belangrijker dan geld

Voor Anneke is plezier hebben in haar werk veel belangrijker dan geld verdienen. “Als ik veel geld zou verdienen met iets wat ik helemaal niet leuk vind om te doen, zou ik dat werk ook niet volhouden. Ik vind het niet erg om naast mijn kunstenaarschap een baan te hebben in loondienst. Maar ik vind het belangrijk dat ik binnen mijn kunstpraktijk de volledige vrijheid heb om te maken wat ik wil. Ik weet zeker dat ik altijd kunst zal blijven maken. Ik ben kunstenaar, dat is niet iets dat ik ineens niet meer ben, dat zit in me.”

Het gesprek afronden via Zoom is een beetje ongemakkelijk. Terwijl we allebei al vijf keer doei hebben gezegd besluit ik degene te zijn die op het ophang knopje drukt. Terwijl ik dit portret schrijf vraag ik me af of ons gesprek op een bepaalde manier zal terugkomen in de keramiek die Anneke ongetwijfeld deze weken weer aan het maken is.

Wil je meer horen en zien over Anneke Fidder, of over de andere vier jonge kunstenaars die onderdeel zijn van deze portretreeks? Kijk dan op de volgende Instagrampagina: https://www.instagram.com/artists_andstories_/