Het werk van de nieuwsredactie is steeds vaker online. Waar vroeger de drukpers draaide, draait nu voornamelijk de website. Zo vertelt Lisa Eising, online redacteur voor de Utrechtse en Amersfoortse tak van het Algemeen Dagblad. “Print is voor mij niet zo interessant, ik vergeet soms zelfs dat de krant bestaat.” 

Voor Eising draait alles om wat er online gebeurt: “Ik ben vooral bezig met de website: wordt er goed geklikt en zitten er goede koppen en foto’s bij?” De manier van denken is compleet anders dan bij de papieren krant, legt ze uit. “Ik heb zelf nooit een krant gemaakt, maar ik weet dat mijn collega’s van de krant vooral bezig zijn met hoe lang teksten moeten zijn. Past alles wel in de krant? In welke uitgave komt het?” Voor de online redactie ligt dat heel anders, vertelt ze: “Het maakt mij niet uit hoe lang je stuk of je kop is, als het maar leuk is voor online en er mensen op klikken.”

Die kliks, zijn van megabelang, legt de online redacteur uit: “Ik heb liever een kop waar mensen meer op klikken, dan een kop waarin je alles al vertelt.” Dat betekent ook dat een kop niet meer het hele artikel weggeeft. Volgens Eising werkt een kop als: “iemand is opgepakt en het is een beetje een gekke situatie” veel beter werkt dan een kop die alles omvat. Het gaat om nieuwsgierigheid wekken en kliks binnenhalen. 

De verschuiving van fysiek naar digitaal nieuws merken niet alleen redacteuren en journalisten op, bij de lezers speelt hetzelfde. Volgens een onderzoek uit 2024 van Nationaal Media Onderzoek, gebruikt ruim kwart van de lezers op een gemiddelde dag de digitale krant. Dat aantal groeit nog steeds. Volgens eerder onderzoek van IPSOS komt dat omdat lezers de meerwaarde van de digitale krant inzien. Zo is de digitale krant altijd en overal beschikbaar, maar nog steeds betrouwbaar zoals de gedrukte krant. Zo vindt 56 procent van de digitale lezers het een voordeel dat je de krant overal op elk apparaat kan lezen. 

De online redactie doet er alles aan om lezers vast te houden: “Wij noemen dat verrijkingen,” zegt Eising. “We maken bijvoorbeeld een podcast, maar we doen ook wel een fotocollage, of een extra uitleg. Op die manier willen we zorgen dat de artikelen interactiever worden.” En dat werkt: mensen kunnen zelf bepalen hoe ze het nieuws willen ontvangen. “Een artikel lezen, een podcast luisteren, een Reel kijken of het scannen van koppen. Het is veel interactiever en meer gepersonaliseerd geworden.”

Telefoons hebben een erg belangrijke rol gekregen voor de online krant: “In plaats van de desktop, zijn we veel meer bezig met hoe de website eruitziet op je telefoon,” legt Eising uit. “Als je scrollt, dan wil je geen lappen tekst zien. Je wil veel verschillende alinea’s, je wil een quote tussendoor, een foto. Allemaal zodat mensen niet afhaken.”

Ook sociale media zijn niet meer weg te denken. “We doen veel met sociale media, soms mag dat zelfs nog meer,” vertelt ze. “We doen veel met Instagram, WhatsApp. We maken ook podcasts en gesproken columns op Spotify.” Vooral jongeren bereik je daar. “Je merkt dat het heel belangrijk is, vooral jonge mensen lezen het nieuws via sociale media. We proberen daar wel echt aanwezig te zijn. Ik denk dat er heel weinig jonge mensen zijn die AD.nl/utrecht intikken op hun mobiel. Dat bijvoorbeeld het drinkwater vervuild was, hebben zij waarschijnlijk via Instagram ontdekt. Als je niet aanwezig bent op Instagram, dan zullen jongeren ook niet achter de verhalen komen.”

Toch zijn sommige dingen hetzelfde gebleven, vertelt Martijn van Beeten, hij is de chef van AD Utrechts Nieuwsblad en AD Amersfoortse Courant. “In de kern is de krant niet veranderd. Het blijft gewoon verhalen maken, nieuws zoeken en dingen onderzoeken.”

Dat doen de redacteuren tot op de dag van vandaag nog steeds, alleen worden de verhalen anders verteld: “Je hebt veel meer mogelijkheden dan alleen een artikel in de krant. Je kunt er een video bij plaatsen, of audio, je kunt dingen laten bewegen.” Op die manier blijft de krant meebewegen met de tijd.

Benieuwd hoe de chef van de regionale krant en de online redactie deze verschuiving merken in de praktijk? Kijk dan hieronder de reportage, daarin neemt verslaggever Tessah van der Weij een kijkje achter de schermen bij Martijn van Beeten om dit uit te zoeken.