Hermien de Meijere(77) en haar man werden tien jaar geleden door hun zoon, een natuurkundige, gewezen op de dreigingen van klimaatverandering. Na contact te hebben gelegd met andere activistische ouderen werd zij geïntroduceerd aan Grootouders voor het klimaat; een landelijke klimaatorganisatie. In februari 2022 richtte zij zelf een afdeling van de organisatie op in Amersfoort. Ze lopen iedere vrijdag met een aantal leden door de Amersfoortse straten met een spandoek. De Meijere vindt dat het niet aan hen is om mensen aan te spreken. Dat zou vanuit de mensen zelf moeten komen. Maar toch inspireert ze zonder op te dringen niet alleen mensen in de stad. Haar hele familie is ondertussen ‘voor het klimaat’. Wat zou er volgens deze grootouder voor het klimaat te doen zijn aan bijvoorbeeld de toename van natuurrampen?
De Meijere vertelt met trots over het belang van organisaties als Grotouders voor het klimaat in haar ogen. ‘Ik vind het zo belangrijk om mensen zo veel mogelijk bewust te maken. De mensen op straat, maar ook politici. Zo vind ik van het werk dat bijvoorbeeld Extinction Rebellion, een andere milieuorganisatie, uitvoert dan ook fantastisch. Een felle groep als dat kan in mijn ogen ook echt verschil maken door de impact die hen maken op mensen.’ Ze neemt een korte pauze en gaat recht zitten in de armstoel naast het raam dat uitkijkt op de groene buurt. ‘Maar ik ben zelf bang mensen af te schikken. Vandaar dat wij zelf ook voornamelijk met het spandoek door de straat lopen zonder inwoners echt aan te spreken.’ Vult ze aan. ’Zelfs mijn eigen vrienden zou ik eigenlijk nooit aanspreken. Zij weten wel dat ik hier actief in ben. Ik heb voor het feest voor onze 50-jarige trouwdag met mijn man duidelijk gemaakt aan mijn vrienden dat wij geen cadeaus wilde en dat wij vegetarisch eten zouden serveren. Meer dan dat komt het eigenlijk niet tot spraken.’
Maar ook met de familie wordt er weinig over gesproken. Toch tonen ze alle tot zekere mate dezelfde belangstelling bij het onderwerp. ‘Mijn ene zoon kwam dus zelf met informatie, hij zette onze interesse op gang. Geen van mijn kinderen vliegen en ze hebben daarnaast geen van de drie een eigen auto. Mijn dochter, ondertussen klimaatadviseur bij de gemeente, huurt soms een auto als het echt nodig is. Mijn andere zoon reed een tijdje in een diesel camper rond door Europa. ‘Houd je nog wel van mij, mama?’ vroeg hij mij toen eens, grappend,’ De Meijere schud al lachend kort haar hoofd. ‘Natuurlijk wel. Ik denk dat hij nu misschien geen auto rijdt om die uitstoot recht te trekken. Mooi van hem. Mijn kleinkinderen val ik liever ook niet te veel lastig met de zorgen voor de toekomst. Ik wil dat ze hoop houden. ’Oma is van het klimaat,’ weten zij van mij. Maar als zij er mee bezig zijn, komt het meeste vanuit henzelf. Zo heeft mijn oudste kleinzoon, hij is veertien, er persoonlijk voor gekozen om vegetarisch te eten.’ Ondertussen loopt haar man binnen, ‘Jacob,’ hij stelt zich voor met een stevige handdruk. Vervolgens gaat hij kort in gesprek met zijn vrouw over de eerste demonstratie waar ze samen aan meededen. ‘Oh ja, op het stadhuisplein in Limburg inderdaad ja.’ Is uiteindelijk de conclusie die er wordt getrokken voordat hij de kamer weer verlaat.
De Meijere spreekt zich uit over de significantie van persoonlijke verandering maar vooral het samenkomen in de vorm van een groep of organisatie en het druk uitvoeren op de overheid. ‘Ik ben eigenlijk niet tevreden met het huis waarin wij wonen. Het is overbodig groot. Dat is natuurlijk ook helemaal niet goed voor het klimaat.’ Ze kijkt haast beschaamd de grootschalige studio rond. Een lange keuken blikt op een licht ingerichte eetkamer die vervolgens uitmond op de woonkamer. Achter de deur bevindt zich een brede gang naar een aantal kamers, een hiervan een openstaande studeerkamer. Door het hele huis bevinden zich voornamelijk antieke decoraties en het ruime balkon staat vol met wild groeiende planten. ‘Maar de verantwoordelijkheid licht uiteraard niet alleen bij het individu. Als we het onder andere hebben over de dag van het voorkomen van natuurrampen, dan is het vormen van organisaties en het samenwerken van men in grote groepen natuurlijk meer van nut. Echter zal dit ook niet voldoende betekenen als het probleem grotendeels door de overheid en de grote bedrijven wordt veroorzaakt. De politiek zal moeten ingrijpen door druk uit te voeren op bijvoorbeeld grote bedrijven. Bedrijven zullen namelijk niks veranderen zolang dit niet hoeft.’ Uit onderzoeken van het IPCC en het KNMI blijkt dat klimaatverandering stevig bijdraagt aan de toenemende frequentie van extreem weer en natuurrampen. Daarnaast blijkt volgens het CBS dat 33 procent van de CO2-uitstoot wordt veroorzaakt door de industriesector.