AMERSFOORT – De gemeente Amersfoort onderzoekt de mogelijkheid om in de toekomst steunpunten in te richten voor inwoners bij een langdurige stroomuitval. Die steunpunten bestaan op dit moment nog niet. Dat zegt Richard Lekkerkerker, lid van het veiligheidsteam van de gemeente, in een interview. Volgens hem bevindt de gemeente zich nu in een bewustwordingsfase en wordt bekeken of en hoe deze steunpunten haalbaar zijn. 

Bij een grootschalige stroomuitval gaat de gemeente ervan uit dat zij ongeveer 72 uur nodig heeft om zich te herpakken. In die periode wordt van inwoners verwacht dat zij zichzelf kunnen redden. Daarom roept de gemeente bewoners op om een eigen noodpakket samen te stellen met onder andere water, eten, een zaklamp en batterijen. 

De steunpunten zijn bedoeld voor inwoners die tijdens een meerdaagse stroomuitval extra hulp nodig hebben, bijvoorbeeld vanwege medische afhankelijkheid of beperkte zelfredzaamheid. Als het plan doorgaat, denkt de gemeente aan ongeveer 30 tot 35 locaties verspreid over de stad. Voor het bemensen van deze steunpunten zouden naar schatting zo’n 2.000 vrijwilligers nodig zijn. 

Daarom kijkt de gemeente naar mogelijke samenwerkingen met bestaande organisaties, zoals voedselbanken en religieuze instellingen, die al een sterke binding hebben met de wijk. Voordat definitieve besluiten worden genomen wil de gemeente eerst een pilot uitvoeren om te testen hoe de steunpunten in de praktijk functioneren. 

Lekkerkerker benadrukt dat voorbereiding cruciaal is. Naast het samenstellen van een noodpakket roept hij inwoners op om om te kijken naar elkaar, vooral naar mensen die warmte of hulp nodig hebben. ‘En mocht het echt lang duren,’ voegt hij toe, ‘dan is het ook verstandig om praktisch voorbereid te zijn, zelfs een schep kan van pas komen.’