Er was dinsdag veertien oktober een raadsvergadering die ging over asielopvang. Dit ging over de plannen van de gemeente om 2 nieuwe azc’s te bouwen in Vathorst en Schothorst. De middag was opgedeeld in de reflectie van het college, visies op mogelijke vluchtelingenopvang en vervolg. Hier sprak ik Taco Jansen uit Vathorst die bij de vergadering was komen bijwonen uit zorg voor wat de plannen zouden kunnen betekenen voor zijn wijk.
“Wij zijn als buurt enige tijd geleden bericht door de gemeente dat ze voornemens waren om twee AZC’s te gaan plaatsen, in Vathorst en Schothorst. Ik woon zelf in Vathorst, erg dichtbij de plek waar een van de nieuwe AZC’s zou moeten komen. Dat besluit kwam van het college, en wij als bewoners werden daarover slechts geïnformeerd. Er was geen overleg, geen inspraak, niets. We moesten het er gewoon mee doen.
Al snel merkte ik dat de buurt in opstand kwam. Niet omdat mensen per se tegen de opvang van asielzoekers zijn, maar omdat het besluit zonder enig overleg was genomen. Bovendien gaat het om een plek die nu nog een groenstrook is – een van de weinige stukken open ruimte die we hier nog hebben. En daar willen ze dan een AZC voor zo’n 350 mensen neerzetten.
Het veiligheidsaspect kwam natuurlijk ook snel ter sprake. We wonen in een kinderrijke wijk met veel jonge gezinnen, en mensen vroegen zich af: wie komen daar precies te wonen? Wat betekent dat voor onze kinderen? Persoonlijk was dat niet mijn eerste zorg. Waar ik vooral tegenaan liep, is dat Vathorst al ontzettend volgebouwd is. Het is een VINEX-wijk, en overal wordt nog steeds gezocht naar plek om maar iets bij te bouwen. En ondertussen is het voorzieningenniveau gewoon niet meegegroeid.
Neem de scholen, de wachtlijsten zijn gigantisch. Bij sportverenigingen is het net zo. Mijn zoon moest op zwemles, daar kreeg ik te horen dat er een wachtlijst van een jaar was. Hetzelfde geldt voor de zorg. Een afspraak maken bij de huisarts is bijna niet te doen. Alles piept en kraakt al, en dan wil de gemeente er nog eens honderden mensen bij plaatsen zonder dat daar voorzieningen tegenover staan. Dat is mijn grootste zorg. Niet dat er mensen komen, maar dat het simpelweg niet past binnen wat deze wijk aan kan. Als je dan een AZC toevoegt, hoe ga je dat organiseren? Waar gaan die kinderen naar school, wie gaat de zorg leveren, waar kunnen ze sporten? Daar hoor ik niemand over.
De raadsvergadering vond ik eerlijk gezegd matig. Er werden excuses gemaakt, maar ik had niet het gevoel dat ze gemeend waren. Ik hoorde de woorden, maar ik voelde ze niet. Het college lijkt het gewoon willen door te drammen ondanks alle zorgen van bewoners. Ze hebben nu wel gezegd dat er een draagvlakonderzoek komt, maar ik vraag me sterk af of dat onafhankelijk zal zijn. Als de gemeente dat zelf doet, dan zet ik daar mijn vraagtekens bij. Want de afgelopen tijd zijn er meer plannen doorgevoerd waar nauwelijks naar de burgers is geluisterd – denk aan het windmolenpark, of het betaald parkeren. Daar was ook een grote meerderheid van de inwoners tegen, en toch ging het gewoon door.
Tij dens de vergadering spraken sommige partijen zich gelukkig wel kritisch uit. Vooral de oppositiepartijen gaven aan dat er beter gekeken en langer nagedacht moet worden. Dat vind ik positief, maar het stelt me niet direct gerust. De coalitiepartijen hebben immers de meerderheid, en als zij door willen duwen, dan wordt het lastig. Al hoop ik dat ze nu de fout van het college niet nog een keer willen herhalen en kiezen voor een zorgvuldiger proces.
Waar het mij uiteindelijk om gaat, is dat de gemeenteraad er is voor de Amersfoortse bevolking. Dat zei ook een van de insprekers heel treffend: voor wie staan wij hier? De burgers hebben luid en duidelijk laten horen dat ze het oneens zijn met de manier waarop dit is gegaan. Dan is het aan de raad om dat serieus te nemen.
Laat ik duidelijk zijn: ik ben niet tegen de opvang van asielzoekers. Integendeel, ik vind dat we als samenleving onze verantwoordelijkheid moeten nemen. Maar het moet wel passen binnen de gemeenschap die we al hebben opgebouwd. En dat betekent dat er ook aanpassingen nodig zijn – meer scholen, meer zorg, meer ruimte. Als je dat niet regelt, zet je mensen alleen maar tegenover elkaar.
Daarom pleit ik voor kleinschalige opvang. Dat past beter bij een wijk als Vathorst. Kleine locaties verspreid over de stad, waar bewoners en nieuwkomers elkaar echt kunnen leren kennen. Dat is veel menselijker en zorgt voor minder spanning. Grootschalige opvang, zoals hier nu wordt voorgesteld, werkt vervreemdend. Dan creëer je afstand in plaats van verbinding.
We willen best helpen, maar het moet wel verantwoord. Eerst luisteren, dan plannen. Dat is alles wat we vragen.”