Pikken die oudjes onze plekken in?

Pikken die oudjes onze plekken in?

Een betaalbare woning vinden is voor velen een lastige opgave. Gaat dit gepaard met de vergrijzing? Pikken die oudjes onze plekken in?

De ouderen (65+) in Nederland zijn steeds vitaler en wonen langer zelfstandig. Dit heeft gevolgen voor onze al brosse woningmarkt. Door de vergrijzing wordt de doorstroom van de woningmarkt vertraagd en men blijft langer op hun plek zitten. Daarnaast worden er te weinig nieuwe woningen gebouwd om de stijgende vraag op te vangen.

De vergrijzing van de Nederlandse samenleving speelt dus een grote rol bij het huidige woningtekort. Deze stelling wordt ondersteund met de cijfers die uit statline naar voren komen. Daaruit blijkt dat driekwart van de ouderen zonder chronische aandoening nog zelfstandig woont. Maar waar wonen zij dan? Pikken zij de hippe plekken in? Of wonen ze juist buiten de grote steden? Bekijk het in de interactieve kaart hieronder, het valt al snel op dat ze juist in de uithoeken wonen.

figuur 1

Maar waarin wonen al die ouderen? We hebben gekeken naar de verschillende huizenmarkten en deze opgesplitst in: koop- en huurwoningen. Hieruit viel ons op dat veel ouderen nog in een koopwoning wonen, terwijl het verhuisgedrag en verhuiswensen anders laten blijken volgens de data van WoON2018. Het lijkt er dus ook op dat hoewel ouderen op een plek zitten, dit niet altijd hun gewenste plek is. Ook zij ervaren problemen op de woningmarkt, velen willen kleiner wonen en daarmee plek vrijmaken maar ook hen lukt dat niet.

(klik hier om de afbeelding op volledige resolutie te bekijken)

Hoeveel ouderen bezitten een woning?

Figuur 2

Dat er nog veel ouderen wonen in de grote steden en dat de gemiddelde leeftijd omhoog gaat draagt niet positief bij aan prijzen op de huizenmarkt. Deze ouderen wonen in een relatief groot huis in de drukke steden. Vaak kunnen ouderen kleiner gaan wonen, maar het wordt niet heel aantrekkelijk gemaakt. Zo steunt de Rijksoverheid ouderen zelfs bij het zo lang mogelijk in huis wonen.

Je hebt ook ouderen die hun woning wel verkopen, maar die dan inruilen voor een kleinere woning. Dit maakt het juist weer lastig om voor starters en huurders in de woningmarkt in te stappen. Om de woningmarkt weer een beetje op gang te krijgen zijn er dus aantrekkelijke ouderenwoningen nodig, zodat ouderen kleiner gaan wonen en minder plaats opnemen.

Alle hiervoor benoemde punten zorgen ervoor dat de verhouding tussen het aantal zelfstandig wonende ouderen en woningen erg hoog is. De verwachting is dat deze verhouding in de aankomende jaren alleen maar zal stijgen wanneer er geen verandering plaatsvindt in de huidige regelingen. Deze stijging in verhouding staat in figuur 3.

Hoeveelheid ouderen met een huis

Figuur 3

Het wordt eigenlijk duidelijk dat de huizencrisis iedereen kan raken die op zoek is naar een huis. Zo ook de ouderen die eigenlijk wel zouden willen verhuizen, het kabinet wordt onder druk gezet om dit probleem op te lossen. Maar de effecten zullen wij pas over enkele jaren voelen.

Verantwoording

Voor het data-analyse proces is er een longlist aan bronnen opgesteld met betrekking tot de woningmarkt. Vervolgens is deze longlist verwerkt tot een shortlist aan bronnen die direct bruikbaar zijn voor dit datablog.

De bronnen uit de shortlist zijn geanalyseerd, waarna alle benodigde informatie uit deze bronnen verwerkt is tot Excel-bestanden. Zo is er per visualisatie een aparte dataset. Voorbeelden van wat deze datasets bevatten zijn de stijging van ouderen en woningen in de aankomende 10 jaar. Na het opstellen van de datasets zijn de visualisaties gemaakt.

Voor de data van de aankomende 10 jaar zijn schattingen gebruikt van de Rabobank en het CBS.

Door: Pelle de Graaf, Tyler Bertus en Esref Paklaci.

Over de auteur