Prinsjesdag is een belangrijke dag voor Nederland. Het kabinet maakt bekend waar overheidsgeld heen gaat. Terwijl verschillende kabinetsleden de aandacht proberen te vestigen op korting op brandstof of “bestaanszekerheid” zijn er andere maatschappelijke facetten die op Prinsjesdag niet of nauwelijks aan bod komen.
Als studenten van de pechgeneratie hebben wij onderzocht wat er in de Miljoenennota stond over hoger onderwijs. De pechgeneratie heeft een lening moeten afnemen om te kunnen studeren en wordt collectief opgezadeld met een enorme schuld. Steeds meer studenten uit deze generatie beginnen nu met aflossen van hun schuld en dit is duidelijk terug te zien in de miljoennennota:
Toen de basisbeurs in 2015 werd afgeschaft en het leenstelsel ingevoerd, werden er verschillende politieke beloftes gemaakt. Studieschuld zou privé blijven en hypotheekverstrekkers zouden die schuld niet mogen zien bij het verstrekken van een hypotheek, het geld wat het leenstelsel zou opleveren zou worden geïnvesteerd in onderwijs, en het zou meer kansen bieden voor jongeren uit lage inkomensgroepen.
Niets hiervan bleek waar: het geld wat vrij zou komen door het leenstelsel is nooit geïnvesteerd in onderwijs, blijkt uit onderzoek van de Algemene Rekenkamer. Starters met een studieschuld hebben het moeilijker op de woningmarkt, bleek uit onderzoek van het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) en uit verschillende onderzoeken bleek dat de “leenangst” het hoogst was onder kwetsbare jongeren, jongeren uit bijstandsgezinnen of jongeren uit laagopgeleide gezinnen, wat betekend dat er een aanzienlijke groep jongeren is die onder meer stress zijn gaan studeren of uit leenangst zelfs niet zijn gaan studeren. De compensatie voor studenten uit deze generatie, vaak met tienduizenden euro’s schuld, kwam neer op maximaal 1436 euro.
Nu blijkt uit de miljoenennota ook nog dat er structureel minder geld richting het hoger onderwijs zal gaan, terwijl de inkomsten uit de terugbetalingen van de pech-generatie juist stijgen:
Het is een testament van het onvermogen van de Nederlandse politiek om op lange termijn te investeren in de toekomst van Nederland. Een hele generatie studenten moet het volwassen leven in met een 0-1 achterstand in de vorm van een hoge studieschuld, en hun offer leid er uiteindelijk niet eens toe dat er meer geld richting het hoger onderwijs gaat. De volgende generatie moet dit land dragen, maar hoe moet dat als er steeds minder geld voor ze beschikbaar gesteld word? Het roer moet om.