Tijdens Prinsjesdag 2024 benadrukte het kabinet de urgentie van de woningcrisis. Met een oplopend tekort van naar schatting 400.000 woningen in 2024 wordt de uitdaging om voldoende betaalbare woningen beschikbaar te stellen steeds groter. De ambitie om jaarlijks 100.000 nieuwe woningen te bouwen is hoog, maar de Primos-prognose toont aan dat het tekort slechts langzaam zal afnemen.
In 2018 was het woningtekort nog 262.000, maar sindsdien is de situatie verder verslechterd. Dit tekort beïnvloedt niet alleen de woningmarkt, maar ook bredere aspecten zoals huizenprijzen, arbeidsmobiliteit en huurprijzen, vooral in de vrije huursector. Huurders hebben minder bestedingsruimte, wat de economie verder onder druk zet.
De grafiek hieronder geeft een visueel overzicht van de verwachte ontwikkeling van het woningtekort in de verschillende provincies tot 2050. Terwijl sommige provincies zoals Groningen en Friesland een sneller herstel laten zien, blijft het tekort in de dichtbevolkte en stedelijke provincies, zoals Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht, structureel hoog. De piek van het woningtekort wordt in de komende jaren verwacht, waarna een daling inzet. Desondanks zal er in 2050 nog steeds een aanzienlijk tekort zijn, vooral in de stedelijke regio’s.
bron: https://primos.abfresearch.nl/jive
Dit benadrukt dat, ondanks de huidige inspanningen, er nog veel werk aan de winkel is om de woningnood structureel aan te pakken.