In de media circuleert de afgelopen dagen de uitspraak dat: ‘het vertrouwen in de politiek op dit moment 4%’ is. Dat cijfer komt uit één RTL Nieuwspanel-peiling en is dus een momentopname, die sterk afhangt van vraagstelling en timing.
Deze factcheck is uitgevoerd op basis van beschikbare informatie op de datum van publicatie.
Op 1 september maakt politicus Rob Jetten in het programma Eva de uitspraak dat nog maar 4 procent van de Nederlanders vertrouwen heeft in de politiek. Deze uitspraak verwijst naar een onderzoek dat kort na het opstappen van de NSC ministers werd uitgevoerd. Andere onderzoeken, zoals die van SCP en Ipsos I&O, laten hogere percentages zien. Dat komt vooral door de andere manier van vragen en de periode waarin gemeten wordt.
Op 26 en 27 augustus heeft het RTL Onderzoekspanel onderzoek gedaan naar het vertrouwen in de politiek in Nederland. Dit deden ze door leden van het panel een vragenlijst te laten invullen. Ongeveer 11.000 mensen hebben geantwoord en is volgens RTL gewogen op vijf variabelen, namelijk: leeftijd, geslacht, opleiding, werkzaamheid en politieke voorkeur. Het gaat echter niet om een volledig willekeurige steekproef: Deelnemers melden zichzelf aan om mee te doen, waardoor bepaalde groepen structureel ondervertengewoordigd kunnen zijn. Dit heet zelfselectie en kan de uitkomst beïnvloeden. RTL stelt in een reactie dat dit probleem alle opiniepeilers treft en dat hun panel “Net zo representatief is als dat van I&O Research, Verian of EenVandaag.”
De resultaten van RTL zijn als volgt:
Andere onderzoeken laten duidelijk hogere cijfers zien dan de 4% uit het RTL Nieuwspanel. Zo bleek uit het Continu Onderzoek Burgerperspectieven van het SCP dat in de nazomer van 2024 nog 51% van de Nederlanders de regering een voldoende gaf (een 6 of hoger op een schaal van 1 tot 10). I&O Research en Verian meten doorgaans lagere scores, daar ligt het vertrouwen tussen de 6 en 15%. Belangrijk is dat de vraagstelling per onderzoek verschilt. Met RTL’s antwoordopties zoals ‘veel vertrouwen’ of ‘redelijk vertrouwen’ stuur je respondenten richting de negatieve kant. Het SCP hanteert raportcijfers, wat vaak genuanceerdere antwoorden oplevert.
Politicoloog Kees Aarts bevestigt dit. Volgens hem is de vraagstelling van RTL vaag en sturend: “vertrouwen in de politiek, dat zegt eigenlijk niks. Bedoel je de regering, de partijen, de ministers of het hele systeem?” Aarts benadrukt dat nederlanders vaak minder vertrouwen hebben in politici en partijen, maar juist meer in de werking van de democratie en instituties.
Volgens politicoloog Jose den Ridder is het niet zinvol om de claim van 4 procent simpelweg als waar of onwaar te bestempelen. “Peilingen zijn altijd een steekproef en het resultaat hangt sterk af van de vraagstelling en het meetmoment” , legt ze uit. Bij het SCP wordt vertrouwen bijvoorbeeld gemeten met een rapportcijfer van 1 tot 10, waardoor meer nuance zichtbaar wordt. Den Ridder benadrukt dat commerciële peilers vaak op korte termijn na een politieke gebeurtenis meten, waardoor uitschieters kunnen ontstaan. “Het belangrijkste is om naar de trend te kijken. En die laat zien dat het vertrouwen al sinds 2021 structureel laag is”.
Ook de timing speelt mee: RTL peilde vlak na een kabinetscrisis. “Dan denken mensen: het is een zootje in Den Haag” zegt aarts. “Maar dat betekent niet dat ze ook het hele systeem afwijzen.”
De claim dat slechts 4% vertrouwen heeft in de politiek is te kort door de bocht en onwaar. Het cijfer klopt als je alleen naar de categorie “redelijk wat vertrouwen” kijkt, maar negeerde 30% die “niet zo veel vertrouwen” aangaf. Samen laat dat zien dat 34% van de Nederlanders in zekere mate vertrouwen heeft, terwijl 63% aangeeft (bijna) geen vertrouwen te hebben.