Afgelopen maandag is er een rechtszaak aangespannen door burgersinitiatief ‘Amsterdam heeft een keuze’. Samen met twaalf andere groepen eisen zij dat de gemeente zich houdt aan de afspraken uit 2021. Toen beloofde de gemeente, na een petitie met ruim dertigduizend handtekeningen, ervoor te zorgen dat er niet meer dan twintig miljoen toeristen per jaar naar Amsterdam zouden komen. Die grens is overschreden: vorig jaar bezochten 22,9 miljoen mensen de hoofdstad.

De gemeente heeft in de afgelopen drie jaar meer dan 75 maatregelen genomen. Onder andere een hotelstop, halvering van het aantal rondvaartboten, cafés die eerder sluiten en een toeristenbelasting van 12,5 procent, een van de hoogste in Europa. Toch vindt het initiatief dat dit niet genoeg is. In de dagvaarding stippelen zij uit wat er volgens hen moet gebeuren: de rechter moet de gemeente dwingen zich te houden aan de afspraken uit 2021 en de instroom van toeristen moet omlaag.

Wethouder Soufyan Mbarki (Economische Zaken) begrijpt de zorgen, maar benadrukt dat er geen simpele oplossing bestaat. “Er is geen knop die we kunnen omzetten om alles in één keer goed te maken,” zegt hij.

Ondertussen groeit de tweedeling in de stad. Ruim vijftigduizend Amsterdammers steunen de rechtszaak, maar tegenover hen staan meer dan vijfennegentigduizend stadsgenoten die werken in de toeristische sector en daar hun inkomen verdienen.

Hoe kijken die verschillende groepen naar het massatoerisme? Heeft de stad toerisme nodig om draaiende te blijven, of gaat dat ten koste van de leefbaarheid?

Ik ging op pad naar Amsterdam om dit uit te zoeken.