Steeds meer migranten kiezen niet voor orgaandonatie

Steeds meer migranten kiezen niet voor orgaandonatie

Uit de in augustus gepresenteerde cijfers van het CBS blijkt dat steeds meer mensen in Nederland aangeven geen toestemming te geven voor orgaandonatie, vooral onder mensen met een migratieachtergrond. In 2022 was er al sprake van enige terughoudendheid, maar de voorlopige cijfers voor 2024 tonen een nog sterkere afname in bereidheid. De rol van religie in de donatiekeuzes met name binnen islamitische gemeenschap speelt een grote rol.

Bij het vergelijken van de cijfers van het CBS van 2022 tot 2024 blijkt dat de bereidheid tot orgaandonatie onder mensen van Marokkaanse, Turkse, Surinaamse en Indonesische afkomst aanzienlijk is afgenomen in vergelijking met mensen van Nederlandse afkomst. Daarbij zijn een ‘ander beslist’ of ‘geen registratie’ niet meegenomen. Geertine Zwijnenburg, senior communicatieadviseur bij de Nederlandse Transplantatie Stichting, vindt deze stijgende terughoudendheid opvallend, vooral nu de nieuwe donorwet sinds 2020 iedereen verplicht om actief een keuze vast te leggen. “Veel mensen met een migratieachtergrond staan huiverig tegenover orgaandonatie, vaak om culturele en religieuze redenen. Hoewel geloof een belangrijke factor is, blijft het moeilijk om precies te begrijpen waarom het aantal mensen dat geen toestemming geeft, toeneemt. We vermoeden dat de verplichting om een keuze vast te leggen ertoe leidt dat mensen, zonder er diep over na te denken, eerder voor ‘nee’ kiezen, vooral omdat de kennis over orgaandonatie ontbreekt,” aldus Zwijnenburg.

Religie en orgaandonatie

Volgens de Hulplijn van de Nederlandse Transplantatiestichting is het al langer bekend dat mensen met een islamitische achtergrond vaker geen toestemming geven voor orgaandonatie. Veel mensen zijn zich er niet van bewust dat de Koran orgaandonatie niet per se verbiedt. Daarnaast bestaat er soms terughoudendheid om organen aan onbekenden te doneren, mede door de angst dat de ontvangers mogelijk uit criminele kringen afkomstig zouden kunnen zijn.

Islamtische landen transplanteren wel 

Niet alleen in Nederland, maar wereldwijd zijn er verschillen in orgaandonatiecijfers, zo blijkt uit gegevens van het Global Observatory on Donation and Transplantation (GODT), een samenwerkingsverband tussen de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de Spaanse Organización Nacional de Trasplantes (ONT). Hoewel Nederland en andere Westerse landen relatief hoge donatie aantallen kennen als christelijke grondslag, bestaan er ook in islamitische landen initiatieven om orgaandonatie te stimuleren. Zo tonen landen als Turkije en Iran aan dat transplantaties binnen islamitische landen plaatsvinden, al variëren de aantallen sterk per land. Factoren zoals conflicten, economische omstandigheden en vraag en aanbod spelen daarbij een belangrijke rol. Deze voorbeelden laten zien dat ook in islamitische landen, ondanks religieuze overwegingen, transplantaties worden uitgevoerd. De inwonersaantallen komt van United Nations Population Fund (UNFPA). Een organisatie die inwonersaantallen opvraagt bij landen.

Langer probleem

De terughoudendheid onder islamitische Nederlanders met betrekking tot orgaandonatie is al langer bekend. Uit een eerder CBS onderzoek bleek dat slechts 1,3 procent van de islamitische Nederlanders destijds toestemming gaf voor orgaandonatie, een percentage dat aanzienlijk lager ligt dan bij andere takken van het Christendom en niet-religieuze groepen. Het gaat hier om mensen die geregistreerd staan bij een gezindte die het CBS heeft opgevraagd. De invoering van de nieuwe donorwet was bedoeld om het bewustzijn rondom orgaandonatie te vergroten, maar heeft onder bepaalde groepen nog niet geleid tot een toename in bereidheid. “Wel krijgen we steeds meer inzicht”, aldus Geertine Zwijnenburg van de Nederlandse Transplantatie Stichting.

Onderzoek naar effectievere communicatie

Om mensen met een niet-westerse achtergrond beter te informeren, wordt momenteel onderzoek gedaan naar effectievere communicatiebenaderingen. Zwijnenburg benadrukt dat het belangrijk is een aanpak te kiezen die aansluit bij de waarden en overtuigingen van deze groepen. “Het gaat er niet om mensen te overtuigen, maar om hen van de juiste informatie te voorzien, zodat ze een weloverwogen keuze kunnen maken. Hoe meer mensen nadenken over orgaandonatie, hoe beter,” aldus Zwijnenburg.

Data Verantwoording:

De cijfers in deze analyse zijn afkomstig van betrouwbare bronnen: het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Global Observatory on Donation and Transplantation (GODT). Voor de visualisatie van het verschil in toestemming voor orgaandonatie op basis van migratieachtergrond zijn gegevens vergeleken van 1 januari 2022 en 1 januari 2024. Hiervoor zijn twee tabellen gebruikt: één met informatie over 2022 en één met informatie over 2024. Deze gegevens zijn vervolgens geanalyseerd met behulp van Excel. Het is belangrijk op te merken dat de aantallen verwijzen naar volwassenen die hun registratie hebben geactiveerd met een expliciete keuze voor of tegen orgaandonatie. Hierdoor tellen de gegevens niet op tot 100%, omdat de overige categorieën ‘geen bezwaar’ of ‘geen registratie’ omvatten. Daarnaast is de visualisatie over orgaandonor registraties naar religieuze gezindte eveneens gebaseerd op gegevens van het CBS. Het is cruciaal te vermelden dat deze gegevens alleen betrekking hebben op de geregistreerde inwoners van Nederland. Zij hebben de gegevens van geregistreerde kerkelijke gezindte m.b.t. tot orgaandonatie.Tot slot zijn gegevens van het GODT gebruikt. Deze organisatie heeft een gestandaardiseerde vragenlijst opgesteld via een consultatieproces onder leiding van het WHO. Dit onderzoek verzamelt land-specifieke informatie over de wetgeving en organisatie van donatie- en transplantatie programma’s, evenals jaarlijkse orgaanactiviteiten zoals donatie, transplantatie en wachtlijstgegevens. De gegevens die in deze analyse zijn gebruikt, gaan over de periode van 1 januari tot en met 31 december 2022. Indien u vragen heeft over de gebruikte data kunt u mailen naar Cenna.van.middendorp@student.hu.nl.

Over de auteur

Cenna van Middendorp

Ik ben Cenna van Middendorp, 19 jaar en woon in Otterlo. Sinds september 2022 studeer ik journalistiek op Hogeschool Utrecht. Hiervoor heb ik al eerdere journalistieke ervaring opgedaan. Zo heb ik gewerkt voor de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) vanuit Omroep Max. Ik vind het belangrijk om met maatschappelijke thema's aan de slag te gaan. Zo probeer iets toe te voegen aan de samenleving en de zichtbaarheid van een onderwerp te vergroten.