Het is halverwege de Ramadan, de heilige maand waarin moslims vasten van zonsopgang tot zonsondergang, in een periode van vrijgevigheid, bidden en verbondenheid. Elke avond wordt het vasten verbroken tijdens een iftar, vaak begint het met een dadel, direct na het maghrib-gebed bij zonsondergang. Bij SECU (Stichting Educatief Centrum Utrecht) staat de deur dertig avonden open voor iedereen deze ramadan. Per avond schuiven er ongeveer 150 mensen aan en vandaag is de 18e editie van dit jaar.
Bij aankomst bij het pand is er een sierlijke iftar-banner, een begroeting naar de bezoekers waardoor ze meteen weten dat dit de plek is waar ze moeten zijn. Uit een halfopen raam komt warme rook naar buiten, de geur van het eten mengt zich met de frisse lucht. Twee mannen werken in de keuken, druk bezig met de voorbereidingen voor de iftar. Iets verderop zie je de glazen deur, die toegang geeft tot de ruimte waar acht grote, witte tafels staan. De stoelen zijn nog grotendeels leeg op een paar mensen na. Binnen staat de 47-jarige Necibe. Ze draagt een roze hijab en een donkerrode jurk met bloemetjes, die haar opgefleurde persoonlijkheid uitstralen. Ze ontvangt een paar te vroeg komende bezoekers glimlachend. In de ruimte klinkt Turkse instrumentele muziek, en aan het plafond hangen sfeervolle Ramadan-lichtjes in de vorm van manen en sterren.
“Dit doe ik nu al drie jaar,” vertelt Necibe terwijl ze plaatsneemt aan de kop van de nog lege tafel. “En al die tijd hebben we tijdens de Ramadan dagelijks iftars georganiseerd,” zegt ze met een glimlach die warmte en enthousiasme uitstraalt. Haar open houding laat meteen zien dat ze er weer zin in heeft. “We doen dit om mensen met elkaar te verbinden. Er is veel vraag naar, omdat veel mensen in hun eigen bubbel leven.” In de zaal klinkt het geluid van voetstappen op de vloer, gemengd met het gekletter van borden en bestek. Mensen in gele hesjes, van alle leeftijden, bewegen zich tussen de tafels, hun handen snel en vaardig. “Onze vrijwilligers beginnen elke dag met het dekken van de tafels,” zegt Necibe terwijl ze kort over haar schouder kijkt naar de vrijwilligers die druk aan het werk zijn. “Ze serveren het eten, ruimen af en doen de afwas. Zonder hen zou dit alles niet mogelijk zijn.” Haar woorden klinken vol trots en dankbaarheid.
Hoewel Necibe deze ramadan voor de zoveelste keer gasten ontvangt, blijft ze het met een brede grijns fantastisch vinden. “Het is altijd spannend wie er komt, maar ook geweldig om mensen weer te zien.” Het motto van SECU? “Kom uit je bubbel, je gaat aan tafel zitten met mensen die je niet kent en dan ben je wel een soort gedwongen om met ze te praten en wie weet ontstaat er vriendschap. Dat is ons doel, eten verbindt.”
De iftar begint pas om 18:52, precies na het maghrib-gebed. In de tussentijd blijven Necibe en haar collega Deniz geduldig en met open armen de binnenkomende gasten verwelkomen.
“Ga zitten naast iemand die je niet kent!” roept Necibe half lachend naar een van de bezoekers. De diversiteit is flink aanwezig, mannen, vrouwen, jongeren, ouderen, moslims en niet moslims. Hier is iedereen welkom, of je nu vast of niet. Langzaam begint de zaal zich te vullen met een mix van diversiteit. “Politici, buurtbewoners, studenten, azc bewoners, onderwijspersoneel en nog veel meer, iedereen is echt welkom. We vragen niet wie je bent of wat je doet we houden echt de drempel heel laag.”, zegt Necibe met haar handen wrijvend.
Aan de tafel waar Necibe haar spullen heeft neergezet, schuift een vrouw met een roze sjaal en kort bruin haar voorzichtig aan. Haar ogen stralen een mengeling van nieuwsgierigheid en bedachtzaamheid uit terwijl ze zich voorstelt als Amale. Ze vertelt dat ze moeite heeft met alleen eten tijdens de Ramadan en daarom graag deelneemt aan een gezamenlijk etentje als dit “Ik vind alleen eten niet erg…maar wel tijdens de ramadan”. Ze heeft eerder meegedaan met gezamenlijke iftars, maar dit is de eerste keer bij SECU. Even later schuiven ook Lysanne en Eefje aan, aangetrokken door warmte aan tafel. Lysanne is uitgenodigd door de stichting zelf vanwege haar bijdrage aan de gemeente en Eefje is een betrokken buurtbewoner. Na het voorstellen raken ze aan de praat over verschillende onderwerpen, “Doen jullie ook mee met de ramadan?”, vraagt Amale grappend terwijl ze haar hoofd een beetje schuin houdt naar Eefje en Lysanne. Beide vertellen van niet en Lysanne schudt haar hoofd en zegt dat ze veel bewondering heeft voor mensen die eraan meedoen. “Ik zou het echt niet kunnen,” voegt ze er met grote ogen aan toe.
De tafels raken langzaam compleet gevuld, gasten schuiven aan, het aantal stemmen groeit en verweven zich in elkaar. Overal ontstaan gesprekken die de lucht vullen met een warme mengeling van gelach en geluid. De schemering valt over de zaal en de tijd is bijna rijp om het vasten te verbreken. Eefje pakt alvast twee groen-doorzichtige broodtrommels uit haar tas en zet ze voorzichtig neer op tafel, “ik kan niet tegen gluten dus ik heb mijn eigen eten meegenomen” zegt de blond gekrulde vrouw bescheiden die toch graag wilde deelnemen voor de gezelligheid. Op de tafels verschijnen er stukken brood in een mand, salades, dadels en meer, maar Eefje is alleen gefocust op haar eigen vertrouwde zelfgemaakte maaltijd. Een meisje in een geel hesje en lang bruin haar in een paardenstaart dat meebeweegt, loopt langs met hete linzensoep. Warme damp verlaten de kommetjes die de lucht in verdwijnen. Eefje schudt haar hoofd wanneer de soepkom voor haar staat, “Sorry ik heb mijn eigen eten mee” het meisje knikt begrijpend en pakt het weer op.
Deniz pakt de microfoon, haar hand stevig, haar houding zelfverzekerd. De zaal wordt stil als ze begint te spreken, haar stem dan ook duidelijk en rustig. “We leven in een vreedzaam land,” zegt ze, “maar vaak leven we langs elkaar heen, en dat maakt ons kwetsbaar voor polarisatie.” Ze pauzeert en haar woorden hangen in de lucht. “Daarom organiseren we dertig dagen lang iftars, met minstens 120 mensen per avond.” Ze kijkt de zaal in met een glimlach. “Beste mensen”, luidt Deniz toe, “we hebben deze ramadan niet alleen hier dertig dagen, maar buiten op 161 plekken ook ramadan iftars georganiseerd”. Haar woorden worden gevolgd door een spontaan applaus. Amale, Elyse, Eefje en Necibe kijken gezamenlijk met een glimlach naar Deniz. Dan verlaat Deniz met haar laatste woorden het podium en komt er een man van gemiddelde leeftijd om de adhan uit te voeren. Adhan of azan betekent de oproep tot het gebed. Tijdens de adhan is de zaal helemaal stil, een klein meisje die bij haar vader staat waarvan zijn ogen zijn gesloten, gefocust op de vreedzame adhan stopt met haar zusje vlug een lekkernij die op tafel staat in de mond.
Wanneer de adhan is afgerond, klinkt er een geruis van mensen die elkaar “eetsmakelijk” wensen. Amale pakt een dadel, daarna haar waterfles, haar eerste slok vloeistof sinds de zonsopgang en het water lijkt een verlossing voor haar dorst te zijn. Eefje opent haar broodtrommel, waar kleine glutenvrije broodjes met hüttenkäse liggen en begint genietend in stilte te eten. Tegenover Necibe
zit Deniz, en ook zij beginnen met eten. Elyse, die naast Necibe en Deniz zit, voegt zich bij hun gesprek. Ze praten over de iftars, hoe de samenstelling van de gasten elke avond verschilt, maar de sfeer altijd gezellig blijft.
Als de soepkommen leeg zijn, worden ze snel opgehaald door de vrijwilligers, die vervolgens borden met vlees en bulgur langs de tafels brengen. Na een tijdje kijkt Amale naar haar nog niet leeggegeten bord, haar gezicht even bezorgd. “Ik voel me zo schuldig als ik het niet op kan eten,” zegt ze voorzichtig.
Nadat de borden leeg zijn en de geur van het avondmaal langzaam vervliegt, wordt de zaal gevuld met een nieuw enthousiasme voor een quiz. Iedereen in de zaal doet mee, hun armen omhoogschietend als ze denken dat het antwoord juist is. De vragen over de quiz gaan over de ramadan, gepresenteerd door Deniz die bij elke vraag ook het juiste antwoord geeft voor informerende doeleinde.
Na afloop van de iftar loopt Necibe tussen de tafels door. Bezoekers drukken haar handen, bedanken haar en SECU voor de open deur en de volle tafel. “Hoe vond je het?” Vraagt Necibe aan een blonde jongen met een rode Universiteit Utrecht trui. “Ik vond het echt heel erg mooi,” zegt hij knikkend, “vooral de manier waarop het mensen samenbrengt. Je spreekt mensen die je in het dagelijks leven minder snel zou ontmoeten.” Necibe knikt bij zijn woorden met een glimlach. Elyse, Eefje en Amale wisselen een laatste groet, terwijl Elyse en Amale vervolgens de zaal verlaten blijft Eefje nog even hangen, haar nieuwsgierige ogen glijden over de nieuwe gezichten die ze heeft ontmoet en ze verdiept zich verder in het gezelschap van deze nieuwe groep.