Van verlies naar een nieuwe start

Van verlies naar een nieuwe start

In Nederland wordt 48% van de 75-plussers nooit meegevraagd naar sociale activiteiten, en voor 85-plussers is dit zelfs meer dan twee op de drie, volgens het Nationaal Ouderenfonds. Terwijl deze cijfers de groeiende eenzaamheid onder ouderen laten zien, dreigen bezuinigingen op het sociaal domein, waar deze activiteiten onder vallen, de situatie verder te verergeren. Voor Klazien, 78 jaar, komt hierdoor haar wekelijkse uitje naar de Soos voor sociaal contact, onder druk te staan.

Klazien zit in de stoel van haar man. De stoel waar hij altijd in zat, waar hij zijn koffie dronk. Nu staat er één kopje, in plaats van twee. Recht tegenover de stoel staat een foto van hem. Zijn ogen lijken haar nog steeds aan te kijken, alsof hij elk moment iets zou kunnen zeggen. Ook al is hij er niet meer, voor haar blijft hij deel uitmaken van elk moment.

Klazien in de stoel.

Terwijl ze zich klaarmaakt voor haar wekelijkse uitje naar de Soos, weet ze dat het tijd is voor de rummikubwedstrijd. Dit uitje is een van de weinige kansen waarop Klazien de stilte thuis even achter zich kan laten.

Ze schuift haar sudoku weg en werpt een laatste blik op de foto. ‘Het is een hele verandering dat je opeens alleen bent, het is gewoon zo’, denkt ze. Voordat er een zucht ontsnapt en ze opstaat om haar jas te pakken. Voorheen hingen daar ook zijn jassen. Nu hangen er alleen nog haar jassen. Buiten trekt zij de deur achter zich dicht, de zon komt langzaam door de wolken, en is zij op weg naar de kerk.

Onderweg naar de kerk staat zij stil dat zij dankbaar is dat zij naar de Soos kan gaan, dat er mensen zijn die dit mogelijk maken, maar zij vraagt zich ook af hoe lang dit nog door kan gaan. Zodra de zon haar wangen raakt, vervagen haar zorgen als ochtenddauw. Ze glimlacht naar het licht. Elke stap richting de kerk is een stap weg van het gemis.

Bij binnenkomst komt de geur van verse koffie en het geklink van kopjes je tegemoet. Klazien herinnert zich weer hoe ze hier terecht is gekomen. Als de dominee nooit zijn zorgen had gedeeld met Will, dan was ze hier nu niet zijn. Dan zat ze thuis, gevangen tussen sudoku’s en het journaal.

Shari en Joke zijn al bezig, zij zetten koffie, maken schoon, praten zacht. Shari is geen deelnemer als alle anderen. Meer dan tien jaar geleden nam zij het initiatief met iemand anders om ouderen meer onder de mensen te laten komen. Volgens Shari is de Soos voor ouderen niet zomaar een plek waar je een spelletje kunt doen, maar een uitje voor hen. Het is voor hen een reden om naar buiten te gaan. Elke vrijdag zorgt zij dat iedereen die hier komt zich welkom voelt. Ook Shari weet dat het onzekere tijden zijn, en niet weet voor hoelang zij deze mensen hun uitje kan blijven geven.

‘Fijn dat je er bent, ik zag je al aankomen lopen,’ zegt Shari lachend. Klazien loopt de kamer binnen, hangt haar jas op en neemt plaats op een stoel. Ze is de enige nog in de grote ruimte, maar daar komt verandering in als Gré leunend op haar rollator binnen komt lopen.

‘Goedemorgen Gré,’ zegt Klazien.
Geen reactie.
‘Goedemorgen Gré!’
‘Wat zei je?’ vraagt Gré verbaasd, terwijl ze zich omdraait. Klazien lacht zachtjes.

Terwijl Klazien en Shari praten over het weer, loopt Gré met een tas naar Shari.
‘Ik heb wat spullen voor kaarten,’ zegt Gré.
‘Kun je het gebruiken?’
‘Ja, papier kan ik altijd gebruiken,’ antwoordt Shari.
‘Papier hier!’ lacht Klazien.
‘Ik heb ook kraaltjes,’ zegt Gré.
‘Die neem ik wel mee naar de kringloop,’ zegt Shari.
‘Oh, en Bartha komt niet.’
‘Waarom niet?’ vraagt Klazien.
‘Ze kreeg geen taxi,’ zegt Shari.
‘Wat jammer,’ zegt Klazien.
‘Ja, ze kon pas om twaalf uur een taxi krijgen.’

Gré kijkt in de rondte voor een zitplek.
‘Kom hier zitten!’ roept Klazien.
‘Ze hoort je niet,’ zegt Shari.
‘Kom hier zitten!’ roept Klazien opnieuw.
‘En Bartha komt niet,’ herhaalt Shari.
‘Ze kon geen taxi krijgen,’ zegt Klazien.

Langzaam vult de kamer zich met meer mensen. Will en Gerie nemen ook plaats. Met haar 85 jaar heeft Gerie de energie van iemand die volop in het leven staat. Ze praat enthousiast met de anderen en dat is waar zij voor naar de Soos komt. De sociale contacten en gezelligheid. Volgens haar is het belangrijk dat ouderen aandacht krijgen, want zoals zijzelf denkt, vereenzamen ouderen. Gerie vindt het fijn dat zij onder de mensen is, maar de stap zelf zetten, is wat ouderen weerhoudt om onder de mensen te komen. Het is een nieuwe stap voor hen, denkt ze.

Koffiekopjes rinkelen, koekjes ruiken zoet en stemmen vullen de kamer. Klazien glimlacht. Haar houding is het tegenovergestelde toen zij thuis was, waar de stilte zwaar op haar schouders drukte als een deken. Hier, tussen het gelach en de gesprekken, lijkt zij op te bloeien. Hier voelt ze zich thuis, hier is ze levend. En zorgt zij ervoor dat de anderen zich welkom voelen. ‘Wat is het toch gezellig met zijn allen hier,’ zegt Klazien.

Dan schuiven de tafels opzij, de ruimte verandert. Het is tijd voor rummikub, maar dit is niet zomaar een spel. Het is hun arena.

Klazien zegt dat zij uit is – wat betekent dat zij heeft gewonnen. ‘Ha!’ zegt Klazien, terwijl ze haar handen in de lucht gooit van blijdschap.

Klazien is blij als zij wint.

Na een half jaar wordt er gekeken wie de minste punten heeft. De winnaar wordt beloond met een cadeautje, wat mogelijk is door een gezamenlijke pot, waar iedereen, als zij het kunnen missen, elke week een bijdrage aan levert.

Will kan haar competitieve kant niet in bedwang houden.

‘Zijn jullie nog steeds met het eerste potje bezig?’ lacht Will.
‘Slakken!’ roept ze naar de overkant. Gelach vult de kamer. Het klinkt als muziek.

Joke en Shari bespreken de punten.

Terwijl de competitie in volle gang is, schraapt Shari haar keel. ‘Mag ik even de aandacht. Ik heb goed nieuws!’ De kamer valt stil en iedereen kijkt naar Shari. ‘Ik heb van de diaconie gehoord dat ze de bijeenkomsten blijven financieren. Dit houdt in dat wij hier mogen blijven!’

Na een korte stilte wordt de kamer gevuld door enthousiasme. Blije gezichten, gejuich, en opluchting klinken. ‘Wat fijn!’ roept Klazien, terwijl Will lachend zegt: ‘Anders hadden we bij iemand thuis moeten afspreken om te rummikubben.’ Luid gelach klinkt door de kamer.

Bij Klazien is de opluchting sterker te zien dan bij de anderen. Voor haar betekent het niet alleen dat zij elke week naar de Soos kan, maar dat zij zich gezien blijft voelen. Voor Shari laat dit zien waarom zij hiermee is begonnen. Hier komen zij samen en horen zij erbij.

De focus ligt weer op het rummikubben. Klazien kijkt om zich heen. Naar de mensen die zij de afgelopen tijd heeft leren kennen. Waar zij levensgesprekken mee voert. En die nu een deel uitmaken van haar leven. Haar leven was ooit stil en eenzaam, maar door deze mensen is het opnieuw gevuld met warmte en kleur.

Van links naar rechts: Will, Klazien en Gerie.

De lege stoel thuis zal altijd een herinnering blijven, net als een kopje koffie in plaats van twee. Maar ze kan hier beter mee omgaan. Het voelt minder zwaar als eerst. Ze zal altijd van haar man houden, maar het verleden heeft een plek gekregen. Klazien is de verbindende kracht in de groep, de persoon die zorgt dat niemand zich alleen voelt, die de gemeenschap samenhoudt en ervoor zorgt dat iedereen zich gewaardeerd voelt.

Zelf had zij nooit gedacht dat zij na het overlijden van haar man, haar dagen met andere mensen zou doorbrengen. Klazien heeft niet alleen gewonnen met rummikub, maar ook met het omgaan met deze nieuwe fase in haar leven. Terwijl ze haar stenen opruimt, denkt ze bij haarzelf ‘Ik hoor erbij.’

Over de auteur

Lotte van den Booren

Ik ben Lotte van den Booren (22), en studeer journalistiek aan de Hogeschool Utrecht. Hiervoor heb ik mijn mbo-opleiding media&redactie afgerond, en werk ik bij lokale radio/tv omroep (omroep Heemskerk). Hier ben ik bij verschillende programma's sidekick. En een format voor een eigen programma staat nog in de stijgers. Verder ben ik hier ook bezig met een mini serie. Mijn ambities liggen bij het presenteren, maar alles binnen de schrijvende journalistiek trekt mij ook erg aan.