Duitsland is de grootste producent en gebruiker van bruinkool in Europa: de meest vervuilende van alle fossiele brandstoffen. Naast vervuiling zorgt bruinkool ook voor verwoesting in de gebieden waar het gewonnen wordt. Omdat het uit bovengrondse ‘open cast’ mijnen komt, wordt alles wat de mijn in de weg staat vernietigd. Tot nu toe hebben al zo’n 300 dorpen inclusief bossen, monumenten, kerken en begraafplaatsen plaats moeten maken voor de bruinkoolmijnen in Duitsland. Het land kan nog niet zonder bruinkool en zal het tot 2038 blijven gebruiken voor energiewinning. Als leidende kracht in de EU kan het zich niet veroorloven achter te blijven. Dus streeft Duitsland ernaar een koploper te zijn op het gebied van de groene transitie, oftewel de ‘energiewende’. Toch staan ondertussen rond de Garzweiler-mijn in Noordrijn-Westfalen nog meerdere dorpen op de planning om verwoest te worden.
In de dorpen rond de mijn zie je overal dichtgetimmerde ramen en verlaten huizen. De witte beveiliging auto’s van het energiebedrijf RWE lijken, in de soms spookachtige verlaten straten, het enige teken van leven. De beveiligers willen dat je niet dicht bij de mijn komt en ze lijken wat wantrouwig naar vreemden en camera’s. Het gebied wordt continu in de gaten gehouden. Wanneer je langs het dorpje Immerath via een gedeeltelijk afgesloten weg het nog veel kleinere Lützerath inrijdt, kom je in een heel andere wereld terecht.
Er zijn drie grote bruinkoolmijngebieden in Duitsland die alle drie zo groot zijn dat ze vanuit de ruimte te zien zijn. Een in het Oosten vlakbij Leipzig, een in de buurt bij Berlijn en het derde gebied ligt vlak over de grens bij Nederland in het westelijke Noordrijn-Westfalen. Met 46% van de totale bruinkoolproductie op haar naam is Duitsland ‘werelds grootste producent van de fossiele brandstof. De bruinkoolindustrie is een controversieel onderwerp in Duitsland. En dat is te zien in Lutzerath.
Een rijtje oude vervallen panden zijn tegen een iets grotere, oudere boerderijwoning aangebouwd. Daaromheen een aantal bijgebouwen rondom een binnenhof, als een klassieke Duitse boerderij. Wanneer je een stukje verder loopt sta je bijna direct aan de rand van de mijn. In de boerderij woont de nog laatste oorspronkelijke bewoner: boer Eckardt Heukamp. De rest van de bewoners zijn al een lange tijd vertrokken nadat de RWE hun huizen opkocht en ze heeft verplaatst naar nieuw gebouwde dorpen in de buurt. Heukamp heeft zijn laatste rechtszaak tegen het energiebedrijf verloren, en zal aan het einde van het jaar gedwongen moeten vertrekken uit zijn woonplaats. Rond zijn uitgebreide, tikje rommelige erf en de laatste stukken bos daaromheen heeft zich een bonte groep activisten verzameld die in zelfgemaakte hutten een gemeenschap hebben opgebouwd. Er wordt hier niet alleen gedemonstreerd tegen het machtige RWE. Er is zichtbaar steun voor andere groepen die zich verzetten tegen onrecht op andere plekken in de wereld.
De protesten begonnen hier ongeveer twee jaar geleden, vertelt Christopher Laumman (38), woordvoerder van de actiegroep Alle Dörfer Bleiben. Toen begon RWE met het afbouwen van de L277, de enige weg die de dorpen Lützerath en Keyenberg met elkaar verbond. Zo werd het dorp steeds verder afgesloten van de buitenwereld om uiteindelijk opgeslokt te worden door de steeds dichterbij komende graafmachines.
Om de opwarming van de aarde binnen de grens van 1,5 graden te houden is de Duitse regering is akkoord gegaan met een strenge klimaatwet. Hierin staat beschreven dat Duitsland al in 2045 klimaatneutraal moet zijn, vertelt David Pfeiffer (37) van het Duitse Federale Milieuagentschap (Umweltbundesambt). De uitstoot van broeikasgassen moet vóór die tijd met 65% gedaald zijn. Daarnaast werd in 2020 de kolen-uitfaseringswet in het leven geroepen. Hierin staat beschreven dat Duitsland op zijn laatst in 2038 en zo mogelijk al in 2035 helemaal af wil zijn van kolengestookte energieopwekking. Maar er is nog een lange weg te gaan. “Met deze wet behalen we hoogstwaarschijnlijk de milieudoelen niet” vertelt Pfeiffer. “We moeten dus ambitieuzer zijn dan we al waren en op het gebied van kolen met nieuwe wetten en regulering komen.”
De graafmachines die 24 uur per dag draaien zijn de grootste rijdende voertuigen van de wereld, vertelt een oudere man die met een verrekijker in zijn hand. Hij staat bij een van de vele uitkijkpunten te kijken naar het uitzicht. Sommige van de machines zijn wel 220 meter lang. Hij vertelt graag over de mijnen. Hij heeft in de grotere Hambachmijn in de buurt gewerkt. Ook hier zijn massale protesten geweest om het omliggende Hambachbos te redden. Zo’n 90% van het bos is verloren gegaan, en in de overgebleven bossen zijn nog steeds activisten te vinden. De man is trots op het gebied. Niet alleen het landschap, maar ook de levens en gemeenschappen in het gebied zijn door de bruinkoolindustrie gevormd. Wanneer we het over de klimaatactivisten hebben die zich in Lützerath en het Hambachbos hebben gevestigd, doet hij daar een beetje lacherig over.
Christopher Laumman herkent dit. Familie van hem komt oorspronkelijk ook uit het gebied. “Mijn familie weet van de mijnen, ze praten er over en vinden het niet goed, maar de nadelige gevolgen spelen niet echt een rol in hun dagelijks leven.” Christopher kwam zelf in 2014 in het gebied wonen, raakte betrokken bij de acties tegen RWE en is er nooit meer weggegaan. Met Alle dorfer bleiben zullen ze blijven strijden voor de dorpen. “Wij zullen er alles aan doen om de dorpen te redden. We kunnen het niet laten gebeuren om RWE bruinkool te laten blijven winnen. Anders halen we de grens van maximaal 1,5 graden opwarming niet.”
RWE heeft ook plannen voor de toekomst. De oud werknemer ziet er wel wat in. Hij vertelt dat er plannen zijn om van de Hambachgroeve een meer te maken. Wijzend naar zijn grijze haar zegt hij dat hij jammer genoeg te oud is om dat nog mee te maken. De afgraving is zo’n acht kilometer breed. Vanwege dit gigantische formaat zal dat proces tientallen jaren in beslag nemen. Hij laat graag de rest van het gebied zien. Rondrijdend in zijn auto wijst hij trots naar het bos dat is geplant door RWE. Vanaf de start van het graven in de jaren 80 is er, over een enorme breedte eerst grond afgegraven om bij de bruinkool te komen. Vervolgens is deze grond aan de andere kant weer gedeponeerd. Op die nieuwe bodem zijn nieuwe bossen geplant. Het is bijna niet te zien dat het een kunstmatig aangeplant bos is. De man is er blij mee: hij kan er jagen en het bosgebied is geliefd als recreatiegebied bij de inwoners.
Laummans heeft meer wantrouwen naar RWE. Vooral door de manier waarop de inwoners van de dorpen worden uitgekocht door het bedrijf. “RWE gebruikt een slimme strategie om de inwoners op elkaar uit te spelen.” Hij vertelt dat ze heel strategisch te werk gaan. “Ze bellen je bijna elke dag tot je met ze aan tafel gaat zitten. Wanneer je daaraan toegeeft zijn zij met veel meer en vele advocaten. Wanneer je besluit te verhuizen wordt er een clausule opgesteld waardoor je aan niemand mag vertellen hoeveel geld je hebt ontvangen voor je huis.” Doordat ze het er niet over mogen hebben ontstaat er een gevoel van wantrouwen onder de buren zelf. Ze krijgen het gevoel aangepraat dat ze in een competitie zitten voor de nieuw aangeboden huizen. “Zelfs families zijn hierdoor verdeeld geraakt.”
Toen de protesten begonnen in Lützerath, waren de meeste inwoners al vertrokken. Eckardt Heukamp niet. Na een lange strijd in de rechtbanken moet hij in september zijn huis verlaten. Wat de activisten dan zullen doen is niet zeker. Laummans: “Of Lützerath blijft, en ook de mensen, of ze worden er uit gezet.” Ze zullen er alles aan doen om het dorp te beschermen tegen de almachtige RWE. Maar is het wel realistisch? Gaat Duitsland juist de komende jaren bruinkool niet heel hard nodig hebben? Vanwege de oorlog in Oekraïne lijkt de levering van Russisch gas, goed voor zo’n 12,3% van de hele Duitse energievoorraad, niet meer zo zeker. Een meer zelfstandige energiepolitiek blijkt belangrijk. Duitsland kan nog niet zonder de vervuilende bruinkool.
De fossiele brandstof zal het verschil kunnen maken tussen het halen van de klimaatdoelen of niet. Pfeiffer: “het is verantwoordelijk voor enorme aantallen broeikasgassen. Gelukkig is er veel geld over voor de regio’s om in nieuwe energie en te investeren.” Hierdoor denkt Pfeiffer dat het een haalbaar doel is om in 2030 van bruinkool af te zijn, maar of het op tijd is is de vraag. “De regering had eerder moeten beginnen. De doelen die ze nu hebben gesteld zijn heel mooi, maar bijna niet meer te halen.” En of Lützerath het verschil gaat maken? Dat moeten we nog zien.