Personeelstekort in de binnenvaart

Personeelstekort in de binnenvaart

‘’De vraag is; is het probleem nog op te lossen?’’

Het personeelstekort is al verscheidene keren in het nieuws verschenen, bijvoorbeeld met de zorg of het onderwijs. Deze keer gaat het over een tekort in een van de transportsectoren, namelijk de binnenvaart. Het CCNR heeft afgelopen maart een nieuw rapport uitgegeven. Hieruit blijkt dat het personeelstekort nog niet is opgelost. 

De exacte cijfers over de arbeidsmarkt ontbreken, maar de krapte merken velen. ‘’Dagelijks krijg ik tussen de vijf en vijftien berichtjes of ik nog iemand weet die een opleidingsschip zoekt. Ik zou, in de gauwigheid, ruim 400 à 500 bedrijven kunnen noemen die iemand zoeken. Dan zijn wij nog een opleiding en geen uitzendbureau’’, vertelt Richard van der Straaten, docent binnenvaartkunde en BPV-mentor opleidingen BBL/BOL-schipper/kapitein aan het STC.  Eerdere berichten vertellen hoe er nog 20.000 vacatures gevuld moeten worden voor 2030. ‘’Ik heb collega’s om mij heen die geen personeel kunnen krijgen. Ik denk dat de helft van de binnenvaart op dit moment bijna geen personeel heeft’’, aldus Bjorn Rinsma, eigenaar/kapitein van MS Amy. 

Niet genoeg aanwas

Uit het rapport van het CCNR blijkt dat jongeren de binnenvaart minder aantrekkelijk vinden. De jongeren kiezen liever voor een walbaan met regelmatige werktijden en vrije weekenden. “Het personeelstekort is niet alleen hier, maar ook bij de elektriciens, monteurs of in de bouw. Iedereen gaat studeren en naar de universiteit en dan belanden ze achter een computertje. Daarmee vallen de banen, waar je met je handen moet werken, weg. Ik snap dat wanneer je heimwee hebt dit niet de geschikte baan is. Ik ken geen enkele baan waar je een half jaar vrij bent, dus als vrije tijd de reden is, snap ik het niet”, vertelt Rinsma. Dat er verschillen in de werkhouding tussen generaties zitten, blijkt ook uit het CCNR rapport. Zo hadden onder andere de babyboomers traditionele werkpatronen en stond werk centraal in het leven. De generatie van nu heeft een andere visie. Zij zijn meer gefocust op zelfontplooiing en welzijn. ‘’Ook neemt het aantal jongeren af en daarmee ook meteen het potentiële studentenaantal. Dat is ook iets wat meespeelt naast de andere redenen’’, aldus Van der Straaten. Zo is ook in de voorspellingen van het CBS te zien dat het jongerenaantal de komende jaren afneemt.

‘’Op school zien wij het ook wel terug. Zo wisselen BBL’ers veelvuldig van leerwerkplek. Voor zo’n student is iedere euro er eentje. Ik heb, denk ik, toch elke week een stuk of 10 à 15 overstappers. Meestal met twee verschillende redenen; of meer verdienen of andere vrije tijd die ze krijgen. Daarnaast is er wel een tijdje geweest dat er wat terugloop was in de leerlingenaantallen, maar eigenlijk de laatste twee jaar blijven de aantallen minimaal gelijk’’, vertelt Van der Straaten. In het rapport stond ook dat de lidstaten van de CCNR de voorbije jaren een aantal grootschalige initiatieven gelanceerd hebben. Dit om het personeelstekort in de binnenvaart aan te pakken. ‘’Eigenlijk denk ik dat er een nieuwe generatie met werkers moet komen. De waarden en normen die deze generatie heeft… Mensen vinden 32 uur in de week werken al heftig, terwijl wij dat in 2 dagen doen’’, zegt Rinsma.

Grijs gebied

Een van de directe gevolgen van vergrijzing is de afname van het aantal beschikbare arbeidskrachten. Wanneer een groter aantal mensen met pensioen gaat dan dat er jongeren de arbeidsmarkt betreden, kan dit leiden tot een personeelstekort. Volgens het CCNR hangt het personeelstekort zeker samen met de vergrijzing van de beroepsbevolking. Ook stellen zij dat er over een langere tijd meer druk komt te staan op het bestaande personeel. ‘’De vergrijzing is wel een probleem dat speelt op dit moment. Natuurlijk niet alleen in onze sector, maar waarschijnlijk in vele andere sectoren ‘’, vertelt Van der Straaten, ‘’De vraag is; is het probleem nog op te lossen? We gaan niet voor niets al schepen testen om op afstand bestuurd te worden. De exacte reden waarom dat echt gebeurd, zal nog in het ongewisse zijn.’’ Volgens de prognose van het CBS stijgt de grijze druk nog naar 48,7%.

Volgens het CBS en de Haven Monitor is er inderdaad nog een algemene afname in werkgelegenheid. Wel is te zien dat de stijgende lijn van afgelopen jaar doorzet in dit jaar. De algemene afname van de werkgelegenheid in het goederenvervoer wordt verklaard op verschillende manieren, aldus het rapport ‘De arbeidsmarkt in de Europese binnenvaart’ door de Koninklijke Binnenvaart Nederland. ‘’Op korte termijn kan dit verklaard worden door de financiële crisis, waardoor er minder goederen worden vervoerd. Dit kon gedeeltelijk opgelost worden door technologische innovatie en bemanning van binnen en buiten Europa. Alleen nu wordt het op lange termijn toch uitdagender, omdat het aantal nieuwe werknemers minder is dan degenen die met pensioen gaan.’’ In 2023 werd aangegeven dat bijna een derde van het personeel, in de binnenvaart, ouder is dan 56. Daarmee betekent het dat de komende 7-10 jaar zo’n 5000 mensen met pensioen gaan. ‘’Dan heb ik het nu echt over de oude generatie, maar die zijn allemaal schippers. De meeste jonge jongens, van vroeger in mijn klas, zijn niet als schipper aan het werk. Ik ben de enige voor zover ik weet. Dat is een patroon dat zorgt voor een groot probleem straks. Wanneer de oude generatie schippers met pensioen gaat, zijn er te weinig jonge schippers die het daadwerkelijk kunnen. Dat creëert een nog groter probleem dan er al is’’, vertelt Rinsma. 

Verdwijnende subcultuur?

‘’Ik denk wel dat de binnenvaart een eigen subcultuur heeft. Het is toch een soort bepaald leventje dat je hebt. Je ziet toch vaak dezelfde eigenschappen en trekjes terug in binnenvaartpersoneel. Zo zijn de meesten stronteigenwijs en je bent creatief of handig met oplossingen. Als er iets stuk is, moet je zelf wat gaan verzinnen om het op te lossen. Daarnaast trekt iedereen altijd zijn schoenen uit bij binnenkomst. Zulke punten maken het wel een lifestyle en cultuur’’, aldus Rinsma. Er wordt wel vaker gespeculeerd waar de subculturen van vroeger heen zijn. Zijn ze compleet verdwenen, verplaatst of valt het niemand meer op? Zo werden rond 2018/2019 al meerdere vraagtekens gesteld rondom de subculturen; gabbers, skinheads, skaters en gothics. Toch zijn er vandaag de dag verschillende soorten aesthetics die je kan zijn, zoals VSCO-girl of Dark Academia.

Aangezien de binnenvaart al jarenlang met het personeelstekort kampt, is het de vraag of deze subcultuur misschien ook verdwijnt of verandert. ‘’Ik vind het lastig om te zeggen, maar vroeger was er al een cultuur in de binnenvaart. Deze werd overgegeven van vader op zoon of dochter. Vandaag de dag is deze cultuur al een stuk minder. Wanneer je kijkt naar tien jaar geleden van de verhouding van schippersfamilie, ongeveer 70%, en die van de wal afkwamen 30%. Nu is dit tegenwoordig totaal omgedraaid”, zegt Van der Straaten, ‘’Het zou mogelijk ook aan het personeelstekort kunnen liggen. We halen natuurlijk ook veel personeel uit het buitenland, zoals Filipijnen of Roemenen. Zij hebben ook weer een andere cultuur en daarmee verandert de cultuur aan boord wel. Een Filipijn drinkt en eet vaker zelf voorop in plaats van in de stuurhut. Het wordt meer multicultureel.”

Dataverantwoording
De onderzoeken die zijn gebruikt, heten ‘Jongeren in Nederland’, ‘Ouderen’ en ‘Maritieme-, arbeidsmarkt- en Haven Monitor’. Alle drie zijn ze onderzocht en vrijgegeven door het CBS, in dezelfde volgorde: 2023, 2024 en 2023. Ik heb van alle drie een datavisualisatie gemaakt in het programma Flourish. Ik heb gekozen voor twee lijngrafieken en een scattergrafiek. In mijn ogen biedt dit een goed perspectief op het gebied van het aantal jongeren, de grijze druk en de werkgelegenheid in de binnenvaartsector.

Drie verhalen op een boot.

Uit het CCNR Rapport blijkt het personeelstekort nog een groot probleem te zijn in de binnenvaartbranche. Deze wordt gekenmerkt door de vergrijzing en dat jongeren het werk onaantrekkelijk vinden, meldt CCNR. Toch kiezen er alsnog mensen voor om dit beroep te beoefenen. Hieronder kunt u lezen over de ervaringen van de 16-jarige Stefan Kant, de 21-jarige Daan Roos en Niño Nogadas (46). Daarnaast kunt u ook in de video’s zien hoe het leven en werk aan boord is.

Stefan Kant is 16 jaar oud en doet de opleiding BBL-schipper. Deze opleiding volgt hij op het STC in Rotterdam. Inmiddels is hij ook matroos op MS Roos. ”Doordeweeks woon ik aan boord, maar in de weekenden ben ik lekker vrij. Dan woon ik bij mijn ouders thuis in Wijk en Aalburg. Dan heb ik ook weer wat meer vrije tijd en kan ik mijn vrienden zien of ga ik lekker gamen.” Om die reden associeert hij zichzelf ook niet met de binnenvaartcultuur en lifestyle. ”Ik snap wel dat als je meer aan boord woont dat je die cultuur en lifestyle hebt. Je weet dan ook niet beter, maar ik ben niet opgegroeid in dit vakgebied. Daarnaast woon ik ook deels thuis, dus bij mij persoonlijk past het niet. Ik begrijp wel dat het voor andere mensen echt een bepaalde cultuur en lifestyle is. Voor mij is dit ook een tijdelijke baan. Ik zou dit niet mijn hele leven willen doen. Misschien heeft dat er ook mee te maken. Mijn droom is om een eigen bedrijf te beginnen, maar in wat… dat weet ik nog niet.”

Helaas gaat Stefan zijn leven niet over rozen. Één jaar geleden is hij van school afgestuurd, vanwege gedragsproblemen. Hierna ging Sjaak, zijn begeleider, aan de slag. Hij werd overgeplaatst naar verschillende binnenvaartschepen en zo is hij in deze beroeptak gerold. Ondanks dat hij op deze manier kennismaakte met dit werk, heeft hij het erg naar zijn zin. ”Het werk past precies in mijn straatje; het werk verschilt per dag, je kan met je handen werken en je komt op allerlei verschillende plekken.”

Toch zitten er ook nadelen aan vindt Stefan: ”Ja, op maandagochtend moet je soms best ver reizen. Dan zit je al om vijf of zes uur ‘s ochtends in de trein. Sowieso is vroeg opstaan wel een nadeel. Ik ben daar niet enorm sterk in, maar toch moet dat in dit werk.” Ook kan het werk fysiek en mentaal zwaar zijn. ”Het werk moet je wel echt liggen, want je moet gewoon doen wat er gezegd wordt. Daarnaast is het echt niet te vergelijken met bijvoorbeeld vakkenvullen. Mijn dag bestaat voornamelijk uit schuren, verven, bikken en boenen. Verder bij de sluizen moet ik touwtjes zetten. Dat is flink intensief de hele dag.”

Ondanks dat hij grote tijd aan boord leeft, steunt zijn familie hem met zijn beroepskeuze. ”Ze vinden het wel leuk, want ik doe is een keer iets anders. In mijn familie hebben ze allemaal een saaie kantoorbaan. Dat is iets wat echt niet bij mij past.” Hoewel het fijn is dat zijn ouders hem steunen, vellen zijn vrienden wel een oordeel over zijn werk. ”Ja, zij veroordelen het wel een beetje. Ik denk dat het komt, doordat zij het beroep niet aankunnen. Mijn vrienden hebben een verkeerd beeld van de werk-privébalans. Ik sta daar heel anders in, want doordeweeks heb ik toch niets thuis te zoeken. In het weekend heb ik alle vrije tijd van de wereld. Daarnaast kan je ook altijd systeemvaart varen en ben je twee weken aan boord en dan twee weken vrij.”

Terwijl Stefan nog niet zo lang in de binnenvaart zit, heeft hij toch al het een en ander meegemaakt. Op zijn vorige schip heeft hij een bijna-doodervaring gehad. ”We zouden vertrekken, maar er moest nog een container in. Het was ook echt heel slecht weer. Het regende enorm hard, zo hard niet normaal. Ik liep alvast naar de touwen toe om ze los te maken, maar mijn schipper riep mij terug. Hij zei dat ik nog even kon blijven wachten, omdat het zo ontiegelijk slecht weer was. Ik hoorde een klap en toen was het touw gebroken. Datzelfde touw dat ik daarnet zou losmaken. Bizar hé. Als ik daar had gestaan, had ik het niet kunnen navertellen.”

(Stefan is op moment van opname en publicatie nog in dienst bij MS Roos, maar gaat in enkele weken op MS Cascade verder als matroos.)

Niño Nogadas is 46 jaar oud en stuurman op MS Roos. Daarnaast is hij vader van twee jongens, een van 22 en de ander van 18. Zijn vrouw en kinderen wonen op de Filipijnen. Normaal werkt hij negen maanden aan boord en gaat vervolgens drie maanden naar huis. ”Ik kan eigenlijk altijd gaan wanneer ik wil. Alleen ik krijg één keer per jaar een ‘gratis’ ticket naar huis. Als ik nog een andere keer wil gaan, moet ik het zelf betalen. Vroeger was dat niet zo’n probleem, maar na de coronatijd zijn vliegtickets vele malen duurder geworden. Een ticket naar huis kost nu ruim 1300 euro en dat is de goedkoopste.”

Hierdoor is het soms ook wel moeilijk hobby’s te onderhouden, maar hij vindt het heel leuk om een beetje te klussen aan boord. Verder belt hij in zijn vrije tijd altijd naar huis. Wanneer hij thuis is gaat hij geregeld met zijn familie naar de stad. ”Ja en wat ik ook leuk vind, zijn de hanengevechten thuis. Dat is altijd erg gezellig met mijn vrienden, maar mijn vrouw wordt altijd heel boos als ik daarheen ga. Daarom doe ik het nu een stuk minder. Maar wat ik thuis echt het allermeeste doe is met mijn hond spelen. Ja mijn hond is eigenlijk niet mijn hond, maar aangelopen, dus we hebben haar een soort van geadopteerd.”

Aan boord werken met Daan en Stefan vindt hij echt geweldig. ”Zij herinneren mij aan mijn zonen. Daan is bijna even oud als mijn oudste zoon en Stefan lijkt qua gedrag enorm op mijn jongste. Ik word ook goed behandeld hier. Op mijn vorige schip keek de kapitein heel erg neer op ons. Gewoon echt racistisch weet je wel? Ik heb dat voornamelijk ervaren in de tankvaart, maar gelukkig is Daan goed voor mij.” Niño werkt al sinds 2006 in de binnenvaart. Daarvoor heeft hij nog vier jaar op zee gevaren. ”Op zee heb je hele grote golven. Wanneer het slecht weer is, werd ik zeeziek. Dan kon ik niet meer eten en als ik het probeerde, kwam het er direct weer uit. Je kan wel heel veel zien in de zeevaart, maar het rustige water in de binnenvaart is voor mij beter. Ik heb hier ook goed internet en dan kan ik altijd naar huis bellen als ik wil.”

Zijn familie is er inmiddels wel aan gewend dat Niño zo lang van huis is. ”Toch is het wel lastig. Ik ben zo lang weg en dan in vergelijking met dat ben ik heel kort thuis. Dat is echt wel lastig, maar ik moet geld verdienen.” Ondanks dat hij zijn familie en vrienden thuis niet veel kan zien, ziet hij wel regelmatig zijn vrienden in de binnenvaart. ”Laatst wilde ik van boord met de fiets, maar ik kon de fietssleutel niet vinden. Toen besloot ik maar aan mijn Nederlands te werken, want dat moet van de Rotterdamse gemeente. Vervolgens schreeuwde een vriend; Kabayan, Kabayan, Kabayan, kom binnen! Kabayan betekent landgenoot. Op deze manier spreek ik wel veel vrienden en landgenoten. Als we naast elkaar liggen, bezoek ik ze altijd eventjes en eten we samen. Verder spreek ik ze ook messenger.”

Niño heeft al het een en ander meegemaakt in de scheepvaart. De herinnering die hem voor altijd bij blijft, is het ongeluk dat hij in Taiwan op liep. ”Toen ik nog in de zeevaart werkte, lagen we een keer op de werf. Ik had mijn hand op een stuk hout en toen viel er een stalen paal naar beneden. Deze kwam vol op mijn hand en in eerste instantie voelde ik hier niets van. Ik deed mijn handschoen uit en de wind gierde langs mijn vinger. Daar begon het pas pijn te doen en nu 22 jaar later voel ik de pijn nog steeds. In de zomer is het stukken minder, maar in de winter voel ik dezelfde pijn weer. Als je goed naar mijn vinger kijkt, dan zie je dat ook een stuk kleiner is dan de rest.”

Wel maakt Niño zich zorgen over het verloop van zijn baan. In 2027 verloopt zijn visa en deze kan alleen verlengd worden als hij zijn examens haalt. ”Ik weet echt niet of ik het ga halen. Het is een langzaam proces, want het Nederlands is een lastige taal. Het plan is om in september de examens proberen te halen. Alleen leren hier aan boord, naast het werk, is gewoon heel lastig. Ik ben de hele dag van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat bezig. Wanneer ik vrije tijd heb, ben ik enorm moe en wil ik slapen of mijn familie bellen. Voor mij is het mentaal en fysiek zwaar hier aan boord. Door de werkomstandigheden, maar ook het gemis van mijn gezin. Daarom wordt het halen van vijf examens wel lastig.”

Daan Roos is 21 jaar oud en kapitein/eigenaar van MS Roos. Hij heeft sinds vorig jaar oktober de Jolien overgenomen, maar heeft deze de naam Roos gegeven. ”Ik heb sinds kinds af aan gezegd dat ik wou varen. Zodoende heb ik ook het maritieme VMBO gedaan in Harlingen. Toen zat ik op een internaat, want zelf kom ik van Terschelling. Op 12-jarige leeftijd op een eigen kamer is een beetje te veel van het goede. Maar toen wilde ik nog zeevaart doen, alleen ben ik via via in de binnenvaart gerold. Ik ben nog wel eens mee geweest op zee, maar de binnenvaart paste beter bij mij.” Nu heeft hij een eigen bedrijf en schip in de binnenvaart. Daarmee is hij grotendeels van de tijd aan boord. ”Ik ben 90% van de tijd aan boord. De andere 10% verdeel ik over mijn vriendin en mijn ouders. Terschelling is niet de dichtstbijzijnde plek.”

Volgens Daan zijn er een aantal grote problemen in de binnenvaart. ”Vrachtprijzen, infrastructuur en het personeelstekort zijn grote problemen die nu spelen. Ik heb natuurlijk een bedrijf en dit zijn gewoon punten die altijd problemen geven. Daarnaast maak ik mij ook zorgen over alle nieuwe regels die erbij komen. Nederland wil meer gaan vervoeren over het water, maar door alle nieuwe regels kunnen veel schepen niet meer varen. Uiteindelijk gaat dat rond de helft van de Nederlandse vloot zijn.” Echter ziet hij ook voordelen van het werk dat hij doet. ”Je bent altijd onderweg en dan zie je enorm veel. Speciale manoeuvres zijn een stuk leuker dan recht vooruit varen. Elke keer leer ik weer wat nieuws en het blijft altijd spannend. Daarnaast is het mentaal en fysiek ook uitdagend. Dat zou je misschien niet zeggen over een beetje op je reet zitten en sturen. Ik maak soms dagen van 16 uur en dat is mentaal zwaar. Constant ben je dingen aan het plannen en organiseren. Het is fysiek minder zwaar dan op dek, maar toch ren ik ook een slag in de rondte.”

Toch zou hij dit werk niet voor altijd willen doen. Althans niet op deze manier. Daan lijkt het wel leuk om altijd betrokken te blijven in de binnenvaart, maar meer in de vorm van een hobby. ”Ik woon nu zes, zeven dagen in de week aan boord. Dat zou ik niet voor altijd willen doen, maar het schipperen op zich wel. Dan ga ik weer een stukje mee met dat scheepje en dan weer met die. Zo zie ik het later voor mij. Ik wil uiteindelijk ook een normaal huis op de wal met een gezin.” Hij merkt wel dat de werk-privébalans als eigenaar van een schip een stuk lastiger is. ”Ik ben nooit vrij. Ik moet wel erg proberen om hier mijn werk en privé gescheiden te houden. Dat heeft te maken met dat ik woon en werk op dezelfde plek. Bepaalde acties zijn altijd gekoppeld aan werk, bijvoorbeeld ook ramen lappen of schoonmaken. Ik maak mijn huis schoon, maar tegelijkertijd ook mijn schip… mijn bedrijf. Vroeger toen ik systeemvaart deed, had ik wel een goede verdeling. De tijd aan boord was werk en dan thuis was privé.”

Hij wordt erg gesteund door zijn familie, vrienden en vriendin. ”Ik merk wel dat ze het lastig vinden hoor. Mijn ouders hebben mij de laatste jaren weinig gezien. Mijn vriendin ziet mij wel vaker, maar ik kan niet zoals een normaal koppel ‘s avonds thuis zijn. Soms ben ik zelfs drie weken weg van Nederland. Ze steunen mij natuurlijk wel en daar ben ik hartstikke blij mee. Je merkt wel dat je bepaalde mensen minder ziet. Ook heb je minder fysiek contact. Zo spreek ik mijn vrienden dagelijks… over de telefoon. Die staat overigens altijd roodgloeiend. Gelukkig ben ik van mijzelf wel erg op mijzelf, maar dat word soms ook wel getest. Ik heb het er ook niet altijd even makkelijk mee.”

Met verschillende functies komen ook verschillende ervaringen, ook al valt dit in een kort bestek van tijd. ”Ik heb twee momenten die ik nooit zal vergeten. De eerste was in 2020. Toen was ik nog matroos en ik ging een achtertouw wegbrengen op de kant. Daarvoor moest ik een dijk op en dat touw zat aan een soort haspel. Het achterschip dreef van de kant af en normaal rolt dat touw in die haspel. Deze keer gebeurde dat niet… Mijn onderbeen bleef staan, maar de rest van mijn lichaam viel om. Ik hoorde een knak en mijn knie lag uit de kom. Één jaar later was mijn knie pas weer de oude. Mijn andere ervaring was dit jaar nog. Ik had de Roos net 3 maanden. Ik had net alles op orde en geregeld. We waren rustig aan het varen en opeens stond Niño naast mij. Hij had onderdelen van de hoofdmotor in zijn handen. Ik haalde het gas af om te kijken wat er mis was. Hierdoor kon ik beperkter sturen en voer ik tegen een brug aan. De hele rechterkant van het voorschip lag in puin. Net 3 maanden bezig met een eigen bedrijf en dan moet je 1,5 maand de werf. Dat heeft een grote indruk achtergelaten. Gelukkig was iedereen aan boord ongedeerd en heeft de hoofdmotor de nodige hulp gehad.”

Vaarwel 9-5: een week mee aan boord.

Jullie hebben net gelezen over de bemanning van MS Roos. Ik ben zelf een paar dagen meegeweest om te ondervinden hoe het in elkaar steekt. Ik mocht kennis maken met deze mensen en met het schip. Ik heb gekeken naar het werk, de leefomgeving en ik heb zelf ook dingen mogen proberen. Dubbel klik op de video’s om ze in het groot af te spelen.

Vlog 1: de rondleiding aan boord (Dag 1)

Vlog 2: op naar de laadplek (Dag 2)

 

Vlog 3: het laadproces       (Dag 3)

 

Vlog 4: oefenen met touwtje zetten                                (Dag 4)

Vlog 5: de eindbestemming                                      (Dag 5)

Credits naar gebruikte muziek:

1. Music by: bensound.com
License code: J3G0W3EKG36AKRV2

2. Music I use: https://www.bensound.com
License code: 6RY9DPQE0FXPWEOB

3. Music I Use: Bensound.com/royalty-free-music
License code: 69NMPW9HQ8R14SQN

4. Music by: bensound.com
License code: PSTNGFYNY76NWMKU

5. Music by https://www.bensound.com
License code: N4M5MPL8MZXRP9UW

6. Sound Effect by Daniel Roberts from Pixabay

Over de auteur

Floor Goedegebuure

Ik ben een 20-jarige Rotterdammer die in Krimpen aan den IJssel en Langerak woont. Mijn naam is Floor Goedegebuure en ik ben student aan de Hogeschool Utrecht voor Journalistiek. Ik heb een passie voor waterpolo, lezen, schrijven en natuurlijk films en series kijken. Ik ben als echte Rotterdammer natuurlijk een Feyenoord-fan, wat er wel goed in is gegoten door mijn vader.