De strijd om zelfbeschikking: Hoe Nederland het debat over euthanasie opnieuw voert

De strijd om zelfbeschikking: Hoe Nederland het debat over euthanasie opnieuw voert

Dertig jaar na de documentaire van Maarten Nederhorst, waarin het hele proces van euthanasie wordt getoond en die het debat over euthanasie in Nederland aanwakkerde, zijn de cijfers geëxplodeerd. Waar Nederland in 2002 het eerste land werd dat euthanasie legaal maakte, speelt nu de discussie of er onderscheid gemaakt moet worden voor psychologische euthanasie. Het publieke debat dat wordt gevoerd en de licht groeiende steun vanuit de samenleving voor een verruiming van psychologische euthanasie zetten psychiaters, die al verdeeld zijn over dit gevoelige onderwerp, onder steeds grotere druk.

Het thema euthanasie speelt al sinds kort na de Tweede Wereldoorlog. In de jaren zeventig en tachtig werd er al euthanasie verleend, maar dit werd nooit wettelijk toegestaan. Een decennium voordat Nederland het eerste land ter wereld werd met een wettelijke regeling voor euthanasie, waren er al mensen die pleitten voor ruimere wetgeving. Denk aan de ophef rondom de pil van Drion, zaken die een rol speelden in maatschappelijke debatten en er mede voor zorgden dat Nederland in 2002 het eerste land ter wereld werd met een wettelijke regeling voor euthanasie. Die mijlpaal zorgde voor een duidelijke stijging in de geregistreerde cijfers. Waar de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie in 2010 nog 3.136 meldingen noteerden, steeg dat aantal in 2024 naar maar liefst 9.068. Het meest opvallend is de groei van euthanasie bij psychisch lijden: van slechts 2 gevallen in 2010 naar 138 in 2024. Een stijging waar niet iedereen in Nederland blij mee is.

De complexe positie van psychiaters

De Nederlandse wet stelt in artikel 2 van de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding: “De arts moet ervan overtuigd zijn dat sprake is van uitzichtloos en ondraaglijk lijden van de patiënt.” Hoewel dit uitgangspunt helder lijkt, is de praktijk complexer, vooral bij psychisch lijden. Uitzichtloosheid hangt samen met de ziekte en de vooruitzichten van de patiënt, terwijl ondraaglijk lijden subjectief is en per persoon verschilt. Bij jongeren onder de 30 jaar, van wie de hersenen nog in ontwikkeling zijn, speelt dit extra mee. Volgens psychiater Jim van Os is er bewust een grijs gebied gecreëerd in de wetgeving: “Dit geeft artsen ruimte om te interpreteren, maar leidt ook tot onzekerheid.”

Het huidige euthanasiebeleid voor psychisch lijden blijft zowel ethisch als praktisch uitdagend. Hoogleraar Marjan Sijbrandij wijst erop dat de kern van het probleem ligt in de interpretatie van ondraaglijk lijden bij psychiatrische aandoeningen, waar herstel moeilijk te voorspellen is. Jurist Esther Pans benadrukt dat de open normen in de wet ruimte laten voor interpretatie, maar ook ongelijkheid veroorzaken: “Artsen gaan verschillend om met verzoeken, wat leidt tot lange wachttijden en maatschappelijke verdeeldheid.” Hierdoor voelen artsen en psychologen vaak twijfel en terughoudendheid, terwijl de druk vanuit de samenleving groeit.

Kookpunt

In 2023 bereikte het debat rondom euthanasie een kookpunt. Tijdens een uitzending van Khalid en Sophie vertelde de 31-jarige David Mulder openhartig over zijn weg naar euthanasie. Psychiater Menno Oosterhoff, die eveneens aan tafel zat, ontving na deze uitzending een stortvloed aan verzoeken voor euthanasie. Dit roept vragen op over de impact van het bespreken van zo’n zwaar onderwerp op televisie. Verhalen over euthanasie worden in de media vaak verteld volgens een zogenoemd victim-villain-hero-frame. De persoon die lijdt, wordt gepresenteerd als slachtoffer, terwijl de wetgeving of samenleving als tegenstander fungeert en euthanasie wordt voorgesteld als de redder. Deze emotionele framing versterkt de publieke steun voor euthanasie, maar doet vaak geen recht aan de complexiteit van de situatie, stelt Van Os (2024).

Zelden komen mensen aan het woord die spijt hebben van euthanasie of nabestaanden die het verlies moeilijk verwerken. De schaduwkanten van euthanasie blijven grotendeels buiten beeld, terwijl juist deze verhalen kunnen zorgen voor meer nuance in het debat. Psychiaters die pleiten voor strengere regelgeving en meer ruimte voor afgewogen discussies krijgen nauwelijks aandacht in de media. Niet alleen in de reguliere media wordt psychologische euthanasie aangewakkerd. Ook op sociale media spreken verschillende accounts zich uit over euthanasie, wat kan bijdragen aan het versterken van neigingen of gedachten die richting euthanasie gaan. Dit werd duidelijk tijdens het optreden van Oosterhoff met David, aan wie hij euthanasie verleende. Bij een latere verschijning in Op1 werd hij geconfronteerd met de vraag of psychiaters niet zijn opgeleid om mensen beter te maken. Hierop antwoordde Oosterhoff: “Nee, ik ben niet opgeleid om mensen beter te maken. Ik ben opgeleid om lijden te verlichten. En daar kan euthanasie ook bij horen.”

Deze uitspraken en het handelen van Oosterhoff leidden tot scherpe reacties binnen zijn vakgebied. Prominente psychiaters zoals Jim van Os en Damiaan Denys kaartten bij het Openbaar Ministerie de zaak van de 17-jarige Milou aan, die euthanasie kreeg verleend door Oosterhoff. Hoewel hij volgens de regels handelde, riep de zaak veel ethische vragen op en raakte ze hem diep. Zo erg zelfs dat de psychiater de beroepsvereniging verlaat na het conflict over de euthanasie van Milou.

Publieke opinie en maatschappelijke verschuivingen

Ondanks de controverse lijkt er onder de Nederlandse bevolking een breed draagvlak te zijn voor euthanasie. Uit een opiniepeiling van EenVandaag blijkt dat 93% van de Nederlanders voorstander is van euthanasie bij lichamelijk lijden, terwijl 71% ook steun betuigt voor euthanasie bij psychisch lijden. Dit contrast weerspiegelt zich in de cijfers van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie: in 2023 werden 138 gevallen van euthanasie op psychische gronden geregistreerd, een stijging van 20% ten opzichte van 2022.

Politieke verdeeldheid

In Den Haag is het debat niet minder beladen. Oud-Kamerlid Pia Dijkstra (D66) diende in 2022 haar initiatiefwet Voltooid Leven in, die 75-plussers meer regie over hun levenseinde zou geven. Hoewel het voorstel veel aandacht kreeg, stuitte het op scherpe kritiek van de Raad van State. Deze oordeelde dat de wet onvoldoende waarborgen biedt en benadrukte dat medische betrokkenheid essentieel blijft. Ook is volgens het hoogste adviesorgaan het belangrijk dat vastgesteld kan worden dat mensen daadwerkelijk dood willen, er goed over nagedacht hebben en niet meer twijfelen en dat hun doodswens geen verband houdt met bijvoorbeeld geldproblemen. Omdat D66 weigerde deze punten aan te passen, lijkt de kans op invoering van de wet nihil.

Tegenover de verbreding van de regelgeving door D66 staat de strengere benadering van partijen zoals de NSC. De partij dringt aan op onderzoek naar euthanasie onder jongeren, vanwege zorgen over het toenemende aantal gevallen van euthanasie bij mensen onder de 30 jaar met psychisch lijden. “Er lijkt echt iets te verschuiven, en dat vinden wij riskant,” aldus NSC-Tweede Kamerlid Rosanne Hertzberger.

Toch is de kans klein dat er nieuwe wetgeving komt rondom euthanasie. Sinds de legalisering van euthanasie in 2002 is er onder kabinetten waarin christelijke partijen deelnamen nauwelijks gesproken over aanpassingen in de wetgeving. Zo werd het onderwerp in de regeerakkoorden van Balkenende II en IV amper benoemd, ondanks de christelijke signatuur van die kabinetten. Dit hing samen met een gebrek aan maatschappelijke steun voor strengere regels. Ook kabinet-Rutte II, met de liberale VVD aan het roer, koos ervoor om de focus te verleggen naar autonomie, zonder daadwerkelijke wetswijzigingen.

Met het huidige kabinet-Schoof I, wederom met christelijke aanwezigheid van NSC, lijkt een herziening van de euthanasiewet evenmin aan de orde. Opvallend genoeg wordt het onderwerp opnieuw niet expliciet genoemd in het regeerakkoord. Dit patroon benadrukt dat de maatschappelijke weerstand tegen een strenger euthanasiebeleid bepalend blijft, zelfs onder confessionele regeringen. Politieke actie op dit terrein lijkt voorlopig niet in zicht, en dus zal het debat vooral publiekelijk worden gevoerd.

Audio:

Foto’s voor socials

Over de auteur

Olav Veenhof

Olav Veenhof (2004) verslaat als beginnend journalist van WoerdenRondom als geboren en getogen Harmelenaar het nieuws in de omgeving Woerden. De student die voornamelijk is geïnteresseerd in sport, politiek, lifestyle en geschiedenis heeft de nodige journalistiek ervaring opgedaan bij het Algemeen Dagblad.