Mobieltjes in het onderwijs: wel of niet?

Mobieltjes in het onderwijs: wel of niet?

Van WhatsApp naar Instagram, door naar TikTok en nog even snel een filmpje op YouTube bekijken. Jongeren zitten gemiddeld zo’n vijf uur per dag op hun mobiel. Op middelbare scholen en steeds meer basisscholen geldt daarom een mobieltjesverbod.

“Op het moment dat jij met medestudenten aan een project zit te werken, iedereen heeft zijn mobieltje op tafel liggen en reageert op berichten, zend je een signaal uit. ‘Wij zitten hier wel met elkaar, maar als er iemand anders tussenkomt, gaat daar mijn aandacht naartoe.’ Dat is onbeleefd.” Toch is Elma Zijderveld, onderwijskundig adviseur en trainer, niet voor een keihard mobielverbod in het hoger onderwijs. Ze vindt dat dit meer vanuit een visie moet komen. “In het hoger onderwijs wordt veel meer zelfregulering gevraagd, daarom vind ik dat hogescholen vanuit een visie moeten spreken: ‘Wij willen geen mobieltjes in de klas of in de collegezalen zien, want je bent je aandacht eigenlijk aan het ondermijnen.'”

Elma Zijderveld spreekt uit ervaring. Ze is onderwijskundig adviseur en trainer aan de Universiteit Utrecht en heeft geregeld studenten bij zich die worstelen met hun mobiele telefoon gebruik.

“Studenten geven vaak aan dat zij een concentratieprobleem hebben, maar eigenlijk is het een aandachtsprobleem. Concentratie werkt namelijk net zoals het trainen van spieren; je kunt het echt trainen.” Teun Siebers heeft voor zijn proefschrift aan de Universiteit van Amsterdam onderzoek gedaan naar mobielgebruik onder jongeren. Ook hij ziet dat jongeren problemen ervaren met hun aandachtsboog. “Het continu switchen van aandacht van de telefoon naar iets anders trekt een flinke wissel op het concentratievermogen van jongeren,” geeft Siebers aan op de website van de UvA.

Mobieltjes: we kunnen vandaag de dag niet meer zonder, en toch blijft het vinden van de juiste balans lastig.

 

Over de auteur