De huren in Nederland zijn dit jaar met gemiddeld 4,9 procent gestegen. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Vooral in de sociale sector viel de stijging hoger uit: gemiddeld 5,1 procent. Dat is opvallend, omdat de wettelijke maximale verhoging voor individuele sociale huurwoningen op 5 procent ligt. Volgens het CBS komt dit doordat nieuwe huurders bij een verhuizing vaak een hogere huurprijs betalen, een proces dat bekendstaat als huurharmonisatie.

Bij woningcorporatie Habion, gespecialiseerd in huisvesting voor ouderen, lag de stijging lager dan het landelijk gemiddelde. ‘Bij ons kwam de verhoging gemiddeld onder de vier procent uit,’ zegt persvoorlichter Joost Maas. Hij noemt stijgende bouw- en onderhoudskosten, de noodzaak om te investeren in nieuwbouw en verduurzaming, en de afspraken met de overheid over het versnellen van woningbouw als belangrijkste redenen. ‘We hebben met het Rijk prestatieafspraken die inhoudelijk betekenen dat corporaties flink moeten gaan bouwen. Daar zijn middelen voor nodig.’


Volgens Maas is de impact voor veel huurders te overzien. ‘Voor de laagste inkomens stijgt ook de huurtoeslag mee. Daardoor blijft het effect zeer beperkt.’ Uit cijfers van het Nibud blijkt dat de gemiddelde woonquote – het deel van het inkomen dat aan wonen opgaat – stabiel is of zelfs iets daalt. Dat betekent dus dat er ondanks de huurverhoging ongeveer even veel of zelfs meer geld overblijft na het betalen van de huur.

De balans tussen betaalbaarheid en investeringsruimte blijft volgens Maas belangrijk. ‘We kijken per woning of we een verhoging doorvoeren. Het hangt van meerdere factoren af.’ Hij ziet ook mogelijkheden voor de overheid om corporaties te ondersteunen. ‘Afschaffen of verlagen van de vennootschapsbelasting zou veel schelen. Ook geborgde financiering voor de middenhuur helpt: dan staat de overheid garant en betalen corporaties minder rente.’

Eerder dit jaar lag een huurbevriezing op tafel, maar die werd ingetrokken. Maas vindt dat terecht: ‘Op korte termijn lijkt het goed voor zittende huurders. Maar dan kunnen wij woningen niet meer verduurzamen of opknappen. Op langere termijn schiet niemand daar iets mee op.’