Somaliërs en Syriërs worden niet vier tot twintig keer vaker verdacht van seksuele misdrijven

Somaliërs en Syriërs worden niet vier tot twintig keer vaker verdacht van seksuele misdrijven

Bron: ANP Fotograaf: Remko de Waal

Dinsdag 28 oktober tijdens het slotdebat van de NOS met Stephan van Baarle (DENK) en Mirjam Bikker (ChristenUnie), deed Lidewij de Vos van het Forum van Democratie de claim dat Somaliërs tot twintig keer, en Syriërs tot vier keer vaker verdacht worden van seksuele misdrijven.

Seksuele misdrijven?

Om de claim uit te zoeken, moet er eerst onderzocht worden wat er allemaal onder de noemer van een seksueel misdrijf valt. Volgens de Rijksoverheid vallen de volgende acties onder strafbare feiten: schuldaanranding en schuldverkrachting (de dader is van overtuiging dat het slachtoffer heeft ingestemd), opzetaanranding en opzetverkrachting (de dader is zich ervan bewust dat het slachtoffer weigert), gekwalificeerde opzetaanranding en gekwalificeerde opzetverkrachting (de dader dwingt het slachtoffer), seksuele intimidatie in het openbaar, en het seksueel benaderen van kinderen.

Volgens cijfers van het CBS werden in 2024 zo’n 41.000 mensen verdacht van seksuele misdrijven. 33.000 van deze verdachten waren Nederlands, oftewel 81%. 0,3% (120 mensen) van de verdachten was Syrisch en 2,1% (890 mensen) was Somalisch. Somaliërs en Syriërs waren dus minder vaak verdachten van seksueel misdrijf dan mensen met een Nederlandse achtergrond in 2024. Ook in voorgaande jaren is het aantal Syrische en Somalische verdachten even laag; dit percentage blijft schommelen tussen de nul en twee procent.

Als we dan het aantal verdachten van seksuele misdrijven per bevolkingsgroep afzetten tegen het totale aantal inwoners van Nederland in de bevolkingsgroep Syriërs en Somaliërs in 2024, zien we dat 0,4% van alle Somaliërs in Nederland verdachte was van een seksueel misdrijf, in vergelijking met 0,2% van alle Nederlanders en 0,5% van alle Syriërs in Nederland. Syriërs plegen per persoon dus tweeëneenhalf keer en Somaliërs twee keer zo veel meer seksuele misdrijven dan Nederlanders.

In vergelijking

Het is ook belangrijk de berekende cijfers in context te stellen met het toenemende aantal bewoners in asielzoekerscentra. Het aantal bewoners in asielzoekerscentra in Nederland is volgens het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) toegenomen met 24% in 2024, maar het aantal misdrijven is niet evenredig gestegen; dit is juist lager met 21%. Het aantal seksueel misdrijfverdachten in azc’s daalde van 2023 naar 2024 met 15%.

Om er verder achter te komen hoe het zit met verdenkingen van mensen met een migratieachtergrond, onderzocht ik de verhouding van aanhoudingen tussen mensen met een migratieachtergrond en mensen met een Nederlandse achtergrond. Uit onderzoek van het Wetenschappelijk Onderzoek en Data Centrum (WODC), waarin de invloed van migratieachtergronden op uitkomsten in de Nederlandse strafketen werd onderzocht, blijkt dat mensen met een migratieachtergrond een grotere kans hebben om aangehouden en veroordeeld te worden dan mensen met een Nederlandse achtergrond, een zogenaamde cumulatieve oververtegenwoordiging. Dat betekent dus dat de cijfers over aanhoudingen partijdig zijn en het aantal verdachten met een Syrische of Somalische achtergrond oververtegenwoordigen in vergelijking met Nederlandse verdachten.

Wat zeggen experts?

Ik sprak voor een deskundige mening met Arjen Leerkes, professor migratie en sociale cohesie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, en onderzoeker bij het WODC, over zijn blik op de claim en in hoeverre de cijfers de realiteit weerspiegelen. ‘Er zit natuurlijk veel meer nuance in dan simpelweg ‘Somaliërs en Syriërs zijn vaker verdacht van seksuele misdrijven dan Nederlanders’. De meeste van dit soort misdaden vinden namelijk plaats bij jongvolwassenen. Het is daarom ook belangrijk dat de cijfers zo veel mogelijk vergeleken worden met een vergelijkbare groep Nederlanders, en niet hele bevolking tegen hele bevolking.’ De claim van Lidewij vindt hij onverantwoord. ‘Het is op zich niet fout om cijfers te benoemen over de criminaliteit tijdens een debat, maar zonder bron en zonder nuance kan dat gevaarlijk worden. Er is niemand om de feiten te checken en zo kan desinformatie zoals de claim van Lidewij, vooral op sociale media, zich razendsnel verspreiden.’

Conclusie

De claim dat Somaliërs twintig keer, en Syriërs vier keer vaker worden verdacht van seksuele misdrijven is dus onwaar.  In werkelijkheid vormden Somaliërs maar 2,1% van alle verdachten van seksueel misdrijf en Syriërs zelfs slechts 0,2% in 2024 en even laag in voorgaande jaren. In vergelijking met de totale bevolking waren Syriërs tweeëneenhalf keer vaker verdachte van een seksueel misdrijf dan Nederlanders, en dus niet vier keer vaker zoals De Vos claimt. Somaliërs werden twee keer vaker verdacht van een seksueel misdrijf, niet de twintig keer die de claim duidt. Verder worden mensen met een migratieachtergrond ook vaker verdacht en vervolgd voor misdrijven, dus de cijfers rondom aanhoudingen zijn partijdig en oververtegenwoordigen het aantal verdachte migranten tegenover verdachten met een Nederlandse achtergrond.

Over de auteur

Maura Smits

Hoi, ik ben Maura Smits. Ik ben 21 jaar en afkomstig uit Swifterbant, Flevoland. Sinds 2024 ben ik studente Journalistiek aan de Hogeschool Utrecht. Ik waardeer een goed boek en dus ook een goed verhaal, als journalist hoop ik dit te vinden bij iedereen.