Op 8 oktober 2025 was er op NOS Radio 1 een reclamespot van verzekeringsmaatschappij Promovendum te horen (03:05:12). In het radioprogramma werd er tijdens de reclames de uitspraak gedaan: “Eén op de drie Nederlanders werkt met een chronische aandoening. “
Bewering
Een op de drie Nederlanders werkt met een chronische aandoening
Oordeel
Grotendeels kloppend
Bron van bewering
Tijdens de reclame van een radioprogramma speelde het reclamespotje af van Promovendum. Zij beweren dus dat een op de drie Nederlanders werkt met een chronische aandoening. Maar wat is een chronische aandoening precies?
Het RIVM en het CBS omschrijven een chronische aandoening als een ziekte of aandoening die langdurig aanhoudt en meestal niet volledig te genezen is. Het gaat vaak om aandoeningen die minstens drie maanden duren, regelmatig terugkeren of levenslang aanwezig blijven. Voorbeelden zijn diabetes, astma, hart- en vaatziekten, reuma, migraine, chronische rugpijn en psychische aandoeningen zoals depressie. Volgens het RIVM kunnen ook beperkingen in dagelijkse activiteiten of langdurig medicijngebruik onderdeel zijn van de definitie. Het CBS baseert zich voor zijn cijfers vooral op zelfrapportage: mensen geven in enquêtes aan of zij door een arts zijn geïnformeerd dat ze een bepaalde chronische aandoening hebben.
Waarom dit grotendeels klopt
Volgens cijfers van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu heeft ruim de helft van de volwassen Nederlanders één of meer chronische aandoeningen. In 2024 ging het volgens het RIVM om ongeveer 9,9 miljoen mensen met een chronische aandoening. Chronische aandoeningen kunnen grote invloed hebben op het dagelijks leven en variëren sterk in ernst en type, van relatief lichte klachten zoals migraine tot langdurige ziekten zoals diabetes, hart- en vaatziekten of reuma.
Het CBS maakt onderscheid in hun onderzoek tussen medisch gediagnosticeerde aandoeningen en zelfgerapporteerde aandoeningen, en registreert daarnaast demografische factoren zoals leeftijd, geslacht en deelname aan de arbeidsmarkt. Deze cijfers zijn gebaseerd op huisartsen-data en enquêtes, waarbij mensen aangeven of zij door een arts zijn geïnformeerd over hun aandoening of dit zelf rapporteren.
Niet iedereen met een chronische aandoening ervaart beperkingen, maar voor velen is het combineren van werk en gezondheid een uitdaging. Volgens een factsheet van Fit for Work is een chronische aandoening niet per se een belemmering voor werk, al vraagt het vaak om aanpassingen en begrip op de werkvloer. Bij het interpreteren van cijfers is het belangrijk onderscheid te maken tussen medisch gediagnosticeerde en zelfgerapporteerde aandoeningen. Onderzoeken van het CBS en Nivel tonen aan dat zelfrapportage vaak tot hogere aantallen leidt, waardoor het exacte percentage afhangt van de gebruikte definitie en meetmethode.
Luuk Hovius van het Centraal Bureau voor de Statistiek licht toe dat de cijfers over werkenden met een chronische aandoening zijn gebaseerd op gegevens uit het Nivel Zorgregistratiesysteem, waarin huisartsen diagnoses registreren. Volgens hem gaat het dus niet om wat mensen zelf ervaren als een chronische ziekte, maar om aandoeningen die medisch zijn vastgesteld. Uit die gegevens blijkt dat ongeveer een op de drie werknemers een chronische aandoening heeft. Hovius benadrukt dat dit getal breed geïnterpreteerd moet worden, omdat de ernst en gevolgen van zulke aandoeningen sterk uiteenlopen. Zo kan een oogafwijking ook als chronisch worden geregistreerd, terwijl dat niet betekent dat iemand niet kan werken. Volgens Hovius is het daarom belangrijk om de cijfers in de juiste context te plaatsen: “Ze zeggen iets over de medische status, maar niet altijd over de beperkingen in het dagelijks functioneren.”
Niet iedereen met een aandoening is arbeidsactief. Onder werkenden ligt het aandeel met een chronische aandoening rond de 35 tot 38 procent, blijkt uit onderzoek van de Patiëntenfederatie. Ook een gezamenlijke campagne van Gezondheidsfondsen Nederland bevestigt dat meer dan één op de drie Nederlanders werkt met een chronische aandoening. Dit percentage verschilt per leeftijdsgroep: jongere werknemers hebben minder vaak een chronische aandoening dan oudere werknemers.
Conclusie
De uitspraak van Promovendum dat “één op de drie Nederlanders werkt met een chronische aandoening” komt grotendeels overeen met de cijfers van onafhankelijke bronnen zoals het RIVM en het CBS. Ruim de helft van de volwassen bevolking heeft een of meer chronische aandoeningen, en onder werkenden ligt het aandeel rond de 35 tot 38 procent. Dit betekent dat ongeveer een derde van de werkende Nederlanders te maken heeft met een langdurige gezondheidsaandoening. Tegelijkertijd is het belangrijk te benadrukken dat deze cijfers afhankelijk zijn van hoe een chronische aandoening wordt gedefinieerd: Sommige onderzoeken tellen alleen medisch gediagnosticeerde aandoeningen, terwijl andere ook zelf gerapporteerde klachten meenemen. Ook verschilt het aandeel per leeftijdsgroep en kan de mate waarin iemand beperkt wordt door een aandoening sterk variëren. Kortom, de bewering van Promovendum klopt grotendeels, maar nuance blijft essentieel bij het interpreteren van de cijfers.