Factcheck: “De woningbehoefte in Nederland is volledig gerelateerd aan immigratie’’
Op 4 oktober 2025 publiceerde migratieonderzoeker Jan van de Beek op X de volgende uitspraak:
“De groei van het aantal huishoudens en dus ook de groei van de woningbehoefte is inmiddels volledig migratie-gerelateerd.”
Bij deze uitspraak deelde Van de Beek grafieken die volgens hem aantonen dat de huishoudensgroei in Nederland de afgelopen tien jaar vrijwel uitsluitend voortkomt uit immigratie. Hij baseert zich daarbij op demografische prognoses van ABF Research (Primos-model), cijfers van het CBS en eigen berekeningen. Volgens Van de Beek weerleggen deze cijfers de “propaganda van msm, cbs, academici e.d.” over de oorzaken van woningnood.
De uitspraak kreeg veel aandacht en sluit aan bij het actuele debat over woningtekorten en migratie. Maar klopt het dat migratie de enige oorzaak is van de groeiende woningbehoefte?
Dit artikel is gepubliceerd op 16 oktober 2025
Let op: deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie.
Bewering
De groei van het aantal huishoudens en dus ook de groei van de woningbehoefte is inmiddels volledig migratie-gerelateerd.
Oordeel
ongefundeerd
Bron van de bewering
De uitspraak dat de woningbehoefte in Nederland “volledig migratie-gerelateerd” zou zijn, komt van Jan van de Beek. Hij is gepromoveerd datawetenschapper en migratieonderzoeker, en staat bekend om zijn kritische houding ten opzichte van het Nederlandse migratiebeleid. Van de Beek is regelmatig te zien en te horen in media en publieke debatten, waar hij zich profileert met uitgesproken standpunten over de maatschappelijke impact van immigratie. Zijn analyses worden vaak gedeeld binnen politieke en journalistieke kringen, maar roepen ook discussie op vanwege hun stelligheid en interpretatie van statistische gegevens.
De cijfers achter de claim
Jan van de Beek stelt dat de natuurlijke aanwas (geboorte minus sterfte) in Nederland inmiddels negatief is, en dat alle bevolkingsgroei en dus woningvraag voortkomt uit migratie. In een aanvullende tweet op X benadrukt hij dit door te stellen:
“Wat een klucht! Afgelopen 10 jaar 1,2 miljoen bevolkingsgroei en bij bevolking met migratieachtergrond zelfs 1,5 miljoen maar media, overheidsinstituten en allerlei hooggeleerde dames en heren blijven beweren dat de oorzaken van woningnood vooral elders gezocht moet worden.”
Van de Beek vergelijkt hier de totale bevolkingsgroei met de groei van de bevolking met een migratieachtergrond, en suggereert dat migratie de enige drijvende kracht is achter de woningnood. Volgens het CBS-rapport over migratie in 2024 kwamen er dat jaar 314.000 mensen naar Nederland, terwijl 205.000 mensen vertrokken. De netto migratie bedroeg dus 109.000 personen. De natuurlijke aanwas was in datzelfde jaar licht negatief.
Uit de Kerncijfers Asiel en Migratie augustus 2025 blijkt dat er in de eerste helft van 2025 22.400 asielaanvragen waren, waarvan 13.800 mensen een verblijfsstatus kregen. Deze groep komt in aanmerking voor huisvesting, vaak via sociale huur.
Wat zeggen de prognoses?
Volgens het Dashboard Nederland wordt tussen 2025 en 2035 een toename van ongeveer 1.068.420 huishoudens verwacht. Naar schatting is 55% van deze groei direct migratie-gerelateerd, terwijl de overige 45% voortkomt uit binnenlandse demografische trends zoals vergrijzing, scheidingen en huishoudensverdunning.
In een interview met Léon Groenemeijer van ABF Research bevestigt hij dat de bevolkingsgroei in de Primos-prognose voor 95% uit buitenlandse migratie bestaat. Tegelijkertijd nuanceert hij de claim van Van de Beek:
“De verwachte huishoudenstoename is voor ongeveer twee derde het gevolg van bevolkingsgroei en voor een derde van het gemiddeld kleiner worden van huishoudens. Dat laatste hangt deels ook samen met migratie, maar dat effect is niet gekwantificeerd.”
Groenemeijer benadrukt dat het Primos-model geen directe koppeling maakt tussen migratie en woningvraag op huishoudensniveau. Er wordt gewerkt met overgangskansen tussen huishoudensposities, zoals van ‘thuiswonend kind’ naar ‘alleenstaand’. Ook wordt geen onderscheid gemaakt tussen mensen die al in Nederland wonen met een migratieachtergrond en nieuwkomers.
Andere factoren die woningvraag beïnvloeden
Hoewel migratie een belangrijke rol speelt in de groei van de woningbehoefte, blijkt uit meerdere bronnen dat dit zeker niet de enige factor is:
- Het rapport Tussen wensen en wonen – Resultaten van het WoonOnderzoek Nederland 2024 toont aan dat inmiddels 40% van alle huishoudens uit één persoon bestaat. Deze huishoudensverdunning zorgt voor extra woningvraag, los van migratie.
- Uit Wie komt, wie blijft, wie vertrekt? van het Planbureau voor de Leefomgeving blijkt dat ongeveer 25% van de EU-arbeidsmigranten zich buiten de steden vestigt, vaak in gedeelde woningen. Lokaal beleid speelt hierin een grote rol.
- Het rapport De Staat van Migratie 2025 benadrukt dat migratie een structureel onderdeel is van de demografie, maar waarschuwt voor het verwarren van bevolkingsgroei met directe woningbehoefte.
Daarnaast blijkt uit NOS-data bij de Tweede Kamerverkiezingen 2025 dat 28% van de Nederlandse bevolking een migratieachtergrond heeft. Dit cijfer omvat ook tweede generatie migranten, die niet allemaal recent zijn binnengekomen of direct woningvraag veroorzaken.
Léon Groenemeijer (ABF Research) Zijn toelichting op de Primos-prognose laat zien dat migratie een dominante rol speelt in bevolkingsgroei, maar dat de woningbehoefte ook voortkomt uit huishoudensverdunning en andere binnenlandse trends. Hij benadrukt dat het model geen directe koppeling maakt tussen migratie en woningvraag op huishoudensniveau.
Conclusie
De claim van Jan van de Beek is gebaseerd op het idee dat migratie de enige bron is van bevolkingsgroei, en dat deze groei direct leidt tot meer huishoudens en dus woningbehoefte. Hoewel het klopt dat migratie een belangrijke factor is, is het te kort door de bocht om te stellen dat de woningbehoefte “volledig” migratie-gerelateerd is.
Andere factoren spelen een substantiële rol:
- Vergrijzing: ouderen blijven langer zelfstandig wonen.
- Scheidingen en individualisering: zorgen voor meer eenpersoonshuishoudens.
- Huishoudensverdunning: gemiddeld minder mensen per woning.
- Woonvoorkeuren en economische ongelijkheid: beïnvloeden de vraag naar woningtypen.
Daarnaast is het belangrijk om onderscheid te maken tussen verschillende typen migratie: arbeidsmigratie, asielzoekers, gezinshereniging en internationale studenten hebben elk een andere impact op de woningmarkt.
Oordeel
De claim dat de woningbehoefte “volledig” gerelateerd is aan immigratie is onjuist. Wel is het zo dat migratie een belangrijke en groeiende factor is in de huishoudensgroei en woningvraag. De stelligheid van Van de Beeks uitspraak laat geen ruimte voor nuance, terwijl officiële prognoses en wetenschappelijke analyses juist wijzen op een complex samenspel van factoren.
Migratie speelt een grote rol, maar niet de enige. De woningbehoefte wordt ook beïnvloed door binnenlandse demografische trends, sociale ontwikkelingen en beleidskeuzes. Beleidsmakers doen er goed aan om deze complexiteit te erkennen in plaats van te versimpelen tot één oorzaak.
Laat me weten zodra je het interview met Peter Boelhouwer hebt afgerond, dan help ik je graag met het verwerken van zijn inzichten in dit artikel. Wil je daarnaast ook een grafiek of infographic die de verdeling van woningvraagfactoren visueel weergeeft?