20 november 2025
Deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie.
Bewering:
‘Ook met 2,5 graden opwarming meer extreem weer, overstromingen en hittegolven’
Oordeel:
Grotendeels waar
Op 12 november schreef Europarlementariër Bas Eickhout op Facebook dat we ‘ook met 2,5 graden opwarming meer extreem weer, overstromingen en hittegolven’ krijgen. Die uitspraak is breed, dus in deze factcheck zoomen we specifiek in op één deel: nemen overstromingen toe als de wereld met 2,5 °C opwarmt?
Uit bijna alle grote klimaatrapporten komt hetzelfde naar voren: naarmate de aarde opwarmt, wordt extreme regenval sterker. Dat begint bij de basis: warme lucht kan meer waterdamp bevatten. Als die lucht afkoelt en het gaat regenen, komt dat extra vocht er in korte tijd uit. Het IPCC, het klimaatpanel van de Verenigde Naties, schrijft in het meest recente grote rapport dat zware neerslag ‘zeer waarschijnlijk intenser en vaker voorkomt bij verdere opwarming’. Volgens het rapport neemt extreme dagelijkse neerslag wereldwijd zelfs met ongeveer 7 procent toe per graad opwarming.
Aimée Slangen, zeespiegelspecialist en IPCC-auteur, bevestigt dat beeld. Zij vertelt dat bij elke extra graad opwarming het risico op extremen toeneemt, waaronder zware regen en de overstromingen die daarbij horen. In het laatste rapport stelt het IPCC dat bij 2 °C of meer de intensiteit van extreme neerslag nog verder toeneemt en dat dit ook voor Europa geldt. Ook waarschuwt het rapport dat een warmer klimaat zowel ‘zeer natte’ als ‘zeer droge’ situaties versterkt, met duidelijke gevolgen voor overstromingen en droogte.
Voorbeelden uit de praktijk
Dat zwaardere buien bij opwarming vaker voorkomen, zien we niet alleen in cijfers, maar ook in echte gebeurtenissen. Een duidelijk voorbeeld zijn de overstromingen in Duitsland, België en Zuid-Limburg in juli 2021. Die zijn onderzocht door World Weather Attribution (WWA), een internationaal team van klimaatwetenschappers dat kijkt in hoeverre klimaatverandering extreem weer beïnvloedt. In hun analyse staat dat menselijke opwarming “heftige regenval in West-Europa duidelijk waarschijnlijker heeft gemaakt”.
Verschillen omgeving
Maar de vraag of zwaardere neerslag ook daadwerkelijk meer overstromingen veroorzaakt, hangt af van de omgeving. Aimée Slangen legt uit dat regenwater via de bodem of via rivieren moet worden afgevoerd. ‘In steden lukt dat minder goed, omdat water niet de grond in kan en via riolen moet wegstromen,’ zegt ze. Als er heel veel water tegelijk komt, raakt die afvoer overbelast. Rivieren krijgen dan in korte tijd veel extra water te verwerken. Hoe snel het water stijgt, hangt sterk af van het landgebruik en de ruimte die een rivier krijgt. In Nederland is dat goed zichtbaar: door het programma ‘Ruimte voor de Rivier’ zijn uiterwaarden verbreed, waardoor het water zich kan verspreiden en minder snel gevaarlijke waterstanden bereikt.
Marjolijn Haasnoot, expert in waterveiligheid en mede-auteur van het IPCC, wijst erop dat je daarnaast ook moet kijken naar overstromingen vanuit de kust. Door zeespiegelstijging worden extreme waterstanden steeds waarschijnlijker. Het IPCC laat zien dat wereldwijd het aantal mensen dat wordt blootgesteld aan een “eens in de 100 jaar”-kustoverstroming de komende decennia duidelijk stijgt, zelfs bij een gemiddeld scenario en zonder verdere bevolkingsgroei in kustgebieden. In Europa geldt bovendien dat risico’s vanuit rivieren, regenwater én de zee toenemen door de combinatie van meer neerslag, hogere rivierafvoeren en zeespiegelstijging.
Grote verschillen
Dat betekent niet dat er overal automatisch meer overstromingen komen. In Europa zijn de verschillen groot: sommige gebieden krijgen juist vaker droogte, terwijl kuststeden meer risico lopen op stormvloeden. Hoeveel schade extreme regen veroorzaakt, hangt sterk af van hoe het landschap is ingericht, hoe goed dijken zijn en hoe goed het water kan worden afgevoerd.
Toch laten onderzoeken duidelijk zien dat rivieren bij hogere temperaturen vaker hogere waterstanden en grotere overstromingen hebben. Onderzoeken die kijken naar wat er gebeurt bij 1,5 °C, 2 °C of 3 °C opwarming laten zien dat het risico op wateroverlast toeneemt naarmate de aarde verder opwarmt. Een wereld met 2,5 °C opwarming geeft in veel gebieden dus veel grotere kans op overstromingen dan nu.
Wereldwijd blijkt uit onderzoek, onder andere van het IPCC, dat het risico op overstromingen en wateroverlast groter wordt als de aarde warmer wordt. Ook in Europa, waar veel rivieren gevoelig zijn voor lange periodes van regen.
Eindoordeel
De uitspraak dat we bij 2,5 °C opwarming meer overstromingen krijgen is grotendeels waar. De wetenschap laat consistent zien dat extreme regenval toeneemt bij verdere opwarming, en dat een wereld die richting 2,5 °C opwarming gaat in veel regio’s hogere overstromingsrisico’s heeft. De belangrijkste nuance is dat lokale omstandigheden, zoals dijken, waterbeheer en bodemgesteldheid, bepalen hoe ernstig die overstromingen worden. Maar het algemene verband is duidelijk onderbouwd: meer opwarming betekent grotere kans op extreme neerslag, en daardoor in veel gevallen meer overstromingsgevaar.
