ZEIST – De Europese Dag van de Talen is in het leven geroepen door de Raad van Europa om de Europese taaldiversiteit te vieren en vindt jaarlijks op 26 september plaats. Taaldiversiteit is ook op kleinere schaal, zoals in steden als Zeist, nog altijd van belang. Arie Theisens, coördinator bij Samenspraak van Stichting Gilde Zeist, zegt dat het voor niet-Nederlandstalige Nederlanders noodzakelijk is om de taal op te pakken. Theisens vertelt daarnaast nog over de constante vraag naar taalcoaches van de organisatie en de diverse herkomsten van de deelnemers.
Tijdens de Europese dag van de Talen worden de verscheidenheid van talen, meertaligheid, taalonderwijs en interculturele communicatie centraal gesteld. Taal verbindt het gros van alle inwoners in een land, maar lang niet iedereen. Volgens het CBS spreekt ongeveer 9,4% van de Nederlandse bevolking boven de vijftien jaar oud thuis een andere taal dan Nederlands. Dat klinkt of lijkt wellicht nietig, maar dat zijn toch ongeveer één miljoen zeshonderd éénennegentigduizend zestig mensen die taaltechnisch een nadeel hebben.
Volgens Arie Theisens is het lastiger voor deze mensen om zich in Nederland thuis te voelen. ‘Ik vind het heel verstandig als niet-Nederlandstaligen wel Nederlands leren, ook voor het inburgeren. Ik geloof wel degelijk dat het niet leren van de taal kan zorgen voor problemen, zowel voor de persoon zelf als de mensen om hem of haar heen.’ Daarnaast zegt hij dat het goed gesteld is met de niet-Nederlandstaligen in Zeist die wel Nederlands willen leren. Op dit moment zijn er zo’n veertig anderstaligen aangemeld bij Samenspraak. Theisens zegt tevreden te zijn met de aangesloten Nederlandstaligen in spe: ‘De grote meerderheid is gemotiveerd en heeft ook nog eens voldoende basisvaardigheid.’
In het audio-interview hieronder is collega Hannah Bosch te horen in gesprek met Arie Theisens, coördinator van SamenSpraak, in gesprek over de werkwijze van de organisatie.