Amersfoort

Selecteer Pagina

Meer meldingen huiselijk geweld in Amersfoort dan vergelijkbare gemeenten

Meer meldingen huiselijk geweld in Amersfoort dan vergelijkbare gemeenten

Het aantal meldingen van huiselijk geweld in Amersfoort is hoger dan in andere gemeenten met een vergelijkbaar aantal inwoners, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De cijfers zijn gebaseerd op het aantal meldingen bij Veilig Thuis-organisaties en betreffen de eerste helft van 2024. Je kan melding doen van huiselijk geweld als slachtoffer zelf of als buitenstaander. 

Verschillen tussen gemeenten
Het aantal inwoners van Amersfoort (161.852), Haarlem (167.636), Arnhem (167.632) en ‘s-Hertogenbosch (160.757) is vrijwel gelijk, maar het aantal meldingen van huiselijk geweld niet. Waarom de meldingen van huiselijk geweld in Amersfoort hoger zijn dan in andere gemeenten met een vergelijkbare omvang, is niet duidelijk. Elke gemeente heeft zijn eigen procedures als het gaat om het registreren van huiselijk geweld. Wat overeenkomt is dat in alle gemeenten Veilig Thuis het centrale meldpunt is voor huiselijk geweld. Arnhem onderscheidt zich door een eigen subsidieregeling die is gericht op preventie en het versterken van signalering.​ Ook besteedt Arnhem expliciet aandacht aan thema’s als vrouwelijke genitale verminking en eergerelateerd geweld, terwijl de andere gemeenten hier minder expliciet op ingaan. Amersfoort heeft unieke programma’s opgezet die gericht zijn op duurzame gedragsverandering en herstel binnen gezinnen, denk bijvoorbeeld aan ‘take a break’, een thuisinterventie samen met kwintes van acht weken. Hierbij worden gezinnen begeleid door een team van professionals, waaronder een maatschappelijk werker, psycholoog en gezinswerker. 

Positief signaal
Of de verschillende aanpak van gemeenten de verschillen tussen de cijfers verklaren, is niet duidelijk. Het klinkt misschien tegenstrijdig, maar een hoog aantal meldingen van huiselijk geweld kan juist een positief signaal zijn, volgens Duska Sabljic, adviseur preventie huiselijk geweld en kindermishandeling bij Veilig Thuis. Veilig Thuis is een organisatie die advies geeft en ondersteuning biedt, zowel aan slachtoffers, plegers, omstanders als professionals die te maken krijgen met huiselijk geweld. Sabljic vertelt dat een stijging in meldingen erop kan wijzen dat meer mensen huiselijk geweld als een probleem herkennen en bereid zijn om hulp te zoeken. Dit kan betekenen dat het melden van huiselijk geweld in Amersfoort minder taboe is en dat slachtoffers zich eerder durven uit te spreken en actie durven te ondernemen. 

Huiselijk geweld is vaak onzichtbaar. Als het aantal meldingen toeneemt, betekent dit vooral dat er meer situaties aan het licht komen, wat nodig is om gerichte hulp te kunnen bieden. Volgens de Prevalentiemonitor Huiselijk Geweld en Seksueel Grensoverschrijdend Gedrag gaf in 2024 9% van de bevolking van 16 jaar en ouder aan in de afgelopen 12 maanden slachtoffer te zijn geweest van een of meerdere vormen van huiselijk en seksueel geweld, wat neerkomt op bijna 1,3 miljoen mensen in Nederland. Sabljic vertelt wel dat er geen vaste regels zijn waar Veilig Thuis zich aan houdt als het gaat om het helpen van deze slachtoffers. Ze werkt met maatwerk: ‘Wij doen wat goed is voor een bepaalde situatie’. Een hoog aantal meldingen hoeft niet per se iets negatiefs te betekenen volgens haar. 

Inzicht vanuit de praktijk
Ook traumatherapeut Marijn Schrieken denkt dat je veel meldingen als iets positiefs kan zien. Schrieken komt vooral in aanraking met slachtoffers van huiselijk geweld die een relatie hebben met iemand met narcistische trekken en zijn/haar partner geestelijk mishandelt. Ook komt Schrieken in aanraking met ouders die weten dat ze zich niet wenselijk gedragen tegenover hun kinderen. Schrieken helpt haar cliënten door hen te helpen de kracht te vinden om bij hun partner weg te gaan, en bij het zoeken naar juiste behandeling.

Volgens haar is het goed dat als er problemen zijn in een gezin, die in beeld komen zodat ze geholpen kunnen worden. De reden dat mensen geen melding doen van huiselijk geweld is volgens Schrieken vooral angst. Mensen kunnen bang zijn voor bijvoorbeeld represailles, dat ze niet geloofd worden, of schaamte ervaren. Buitenstaanders doen volgens haar soms geen melding van huiselijk geweld vanwege de angst voor valse beschuldigingen. 

Meer meldingen kunnen, zoals eerder genoemd, duiden op meer zichtbaarheid en minder taboe, dus je zou kunnen zeggen dat er sneller melding van huiselijk geweld wordt gedaan in gemeenten waar het taboe op het melden van huiselijk geweld, minder groot is. Aan de andere kant kunnen volgens Schrieken veel meldingen ook problematisch zijn: ‘Het kan ook een teken zijn dat er maatschappelijk dingen niet goed gaan’, zegt ze. Als er meer mensen in de problemen komen door bijvoorbeeld inflatie of werkloosheid, kan het mensen dusdanig stress geven dat ze gedrag kunnen vertonen dat niet gewenst is, zoals bijvoorbeeld mishandeling. ‘Een veilige basis helpt tegen stress’, vertelt Schrieken. Als je als land of regio mensen helpt met het vinden van een veilige basis, kan huiselijk geweld volgens haar afnemen. 

Capaciteit en toegankelijkheid hulp
Het is opmerkelijk dat Schrieken geen verschillen ziet in traumaklachten tussen cliënten uit gebieden met meer of minder meldingen. Huiselijk geweld is volgens haar persoonsgebonden en niet stadsgebonden. Ze ziet daarentegen wel binnen een stad dat er in ‘probleemgebieden’ een andere problematiek is dan in gebieden of wijken die geen probleemgebied zijn. Helaas kan het aantal meldingen in een regio invloed hebben op de wachttijden of capaciteit van traumatherapie. Een gemeente met meer meldingen heeft vaak een langere wachttijd voor hulpverlening. Er is overigens überhaupt een enorme wachttijd voor behandeling, soms moet je zelfs een jaar wachten tot je een intakegesprek kunt krijgen. Het gevaar daarvan is dat problemen blijven doorgaan en ook erger kunnen worden. Het is niet bekend of gemeenten met een hoger aantal meldingen de capaciteiten hebben om hun burgers te helpen. Gemeente Amersfoort wil helaas geen antwoord geven op vragen.
Aan de ene kant is het goed dat er meer meldingen zijn, dan heb je een beter zicht op wat er plaatsvindt, maar aan de andere kant is het lastig dat er dan misschien niet genoeg capaciteit is om deze mensen te helpen. Schrieken: ‘Het allermooiste zou zijn dat er genoeg geld is, en genoeg capaciteit, en goed opgeleide mensen’. Volgens Schrieken gaat er helaas nog veel mis in de communicatie tussen organisaties, door dat te verbeteren hoopt zij dat mensen nog beter geholpen kunnen worden.

Het hoge aantal meldingen van huiselijk geweld in Amersfoort hoeft dus niet direct te wijzen op een ernstiger probleem dan in andere gemeenten. Het kan juist duiden op meer bewustzijn, minder taboe en een beter functionerend meldsysteem. Tegelijkertijd werpt het vragen op over de capaciteit van hulpverlening en wachttijden in de regio. Zichtbaarheid is cruciaal, maar zonder voldoende middelen en goed opgeleide professionals dreigt de hulpvraag groter te worden dan het aanbod.



Over de auteur