Biltse Nieuwe

Selecteer Pagina

Wachttijden bij de huisarts: ‘Patiënten moeten bewuster met hun zorgvragen omgaan’

Wachttijden bij de huisarts: ‘Patiënten moeten bewuster met hun zorgvragen omgaan’

Praktijkondersteuner Ingrid Schneiders

BILTHOVEN – Na Flevoland kent de provincie Utrecht de langste wachttijden voor niet-spoedeisende zorg, zo blijkt uit recente cijfers van het ANP. Huisartsenpraktijken zien hun agenda’s steeds voller raken, wat leidt tot langere wachttijden voor patiënten. Ingrid Schneiders, praktijkondersteuner bij een huisartsenpraktijk in Bilthoven, licht toe hoe dit komt en hoe haar praktijk hiermee omgaat.

Hoe kijk jij er naar dat 40% van patiënten zonder spoed pas na drie dagen bij een huisarts terechtkan?
‘Dat hangt er een beetje vanaf hoe je het bekijkt. Stel dat iemand op maandag belt met schouderpijn, dan kan diegene vaak dezelfde week nog terecht. Maar als iemand per se door een specifieke huisarts geholpen wil worden, kan dat langer duren. We proberen altijd de voorkeur van de patiënt mee te nemen, maar de agenda’s zitten vol, dus flexibiliteit helpt.’

Lukt het altijd om patiënten binnen een week een afspraak te geven?
‘Zelden loopt het echt mis, maar soms lukt het niet. Op maandag starten we de weekagenda en houden we altijd wat ruimte vrij, pas wanneer iemand vanaf woensdag belt is het de vraag of iemand de zelfde week geholpen kan worden. Daarbij zijn er ook aparte spoedplekken in agenda’s voor acute gevallen, zoals iemand die is gevallen en een dik en blauw gekneusde pols heeft. Als alle spoedplekken vol zitten, kijken we soms met de assistent even tussendoor.’

Waar trekken jullie de grens tussen spoedeisend en niet-spoedeisend?
‘Dat bepaalt de assistente bij de triage. Als iemand belt met een klacht, wordt uitgevraagd hoe ernstig het is. Spoedplekken zijn echt voor acute gevallen, zoals pijn op de borst. Alles wat doorgeschoven wordt, is per definitie niet-spoedeisend.’

Gaan de wachttijden ten koste van de zorg?
‘Niet van de medische zorg zelf. Het gaat meer ten koste van het gemak van de patiënt. De kwaliteit blijft hetzelfde, maar het betekent wel dat iemand langer moet wachten.’

Hebben jullie in de praktijk te maken met een tekort aan huisartsen?
‘We draaien op volle capaciteit. We hebben altijd een huisarts in opleiding, die volledig meedraait. Als diegene er niet is, valt er een spreekuur weg en wordt het meteen drukker. In principe is een huisarts in opleiding extra, maar door de drukte draaien ze meteen volledig mee.’

Wat gebeurt er als de spoedplekken vol zijn?
‘Als de spoedplekken vol zitten, proberen we een oplossing te vinden. Soms kan een patiënt tussendoor bij de assistent terecht, of wordt er alsnog ruimte gemaakt. Stel dat iemand om 16:30 uur belt met pijn op de borst of hartkloppingen, dan moet die persoon natuurlijk direct gezien worden. In zulke gevallen wordt er geschoven in de agenda en worden alle noodzakelijke controles uitgevoerd.’

Je gaf aan dat je vindt dat sommige mensen te snel naar de huisarts gaan. Wat bedoel je daarmee?
‘Veel mensen bellen direct voor klachten die vanzelf overgaan of waarbij afwachten beter is. Gelukkig kunnen patiënten via het patiëntenportaal eenvoudig een vraag stellen aan de huisarts of aan mij. Vaak is dat al voldoende om hen gerust te stellen.’

Wordt het patiëntenportaal breed gebruikt?
‘Vooral door mensen vanaf 30 jaar. Jongeren maken er verrassend weinig gebruik van. Dat verbaast me, want je zou verwachten dat een digitale generatie juist liever online communiceert dan belt. Maar ze willen toch liever persoonlijk contact.’

Waarom maken sommige mensen geen gebruik van het patiëntenportaal?
‘Onbekendheid en onwetendheid spelen een rol. Daarnaast hebben veel van onze patiënten een migratieachtergrond. Zij zijn niet altijd gewend om digitaal met een arts te communiceren. Ook is het patiëntenportaal volgens mij alleen in het Nederlands, wat een extra drempel vormt.’

Wat zou helpen om de werkdruk te verlichten?
‘Het opvoeden van patiënten. Daarmee bedoel ik dat we mensen bewuster maken van wanneer ze wél en wanneer ze níet de huisarts nodig hebben. Nu bellen mensen soms voor elk wissewasje, terwijl ze veel dingen ook zelf kunnen oplossen. We verwijzen vaak naar Thuisarts.nl, waar uitgebreide informatie staat over klachten en wanneer een bezoek aan de huisarts écht nodig is.’

Over de auteur

Auke Jantzen

Auke Jantzen (2002) studeert sinds 2024 aan de Hogeschool van Utrecht. Na zijn boekhoudkundige vooropleiding is hij in Utrecht gebleven om journalistiek te studeren. Met zijn grote interesse in onderzoeksjournalistiek wil hij maatschappelijk iets teweegbrengen. Zijn het niet kranten dan slaat Auke wel historische boeken open. ‘Ik wil graag het ongehoorde verhaal ook eens vertellen.’