DE BILT – Hoe we allemaal kunnen inschatten of het warm of koud is, kan het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) ons vertellen aan de hand van de precieze temperatuur. Marcel Bult, meteorologisch adviseur van het KNMI, vertelt over deze temperatuurextremen en wat voor effect ze hebben. Bult werkt al meerdere jaren voor het KNMI als meteorologisch adviseur. Kort gezegd: hij meet het weer. En met klimaatverandering heeft hij het zeker druk. Het weer begint weer warmer te worden, de zomer is aangebroken en dat betekent warme zomerdagen. Maar deze warme zomerdagen hebben we eerder dit jaar al meegemaakt. Door klimaatverandering ervaren we nu steeds vaker temperatuurextremen.
“De temperatuur blijft flink stijgen; warme dagen worden warmer, maar de koude dagen ook,” vertelt Bult. We merken het al in het jaargemiddelde. In het jaar 2000 was het gemiddeld 10,9 graden, en in 2024 was dat 11,8 graden. Dit is al bijna een stijging van één graad – wat misschien weinig lijkt, maar het is ongewenst. De warmste dag in 2024 was 34,9 graden, en in 2025 hebben we die temperatuur al bereikt. Volgens Bult zal het klimaat voornamelijk blijven opwarmen. We zullen dat niet in één keer merken, maar het gebeurt geleidelijk. Dat zien we ook terug in de koudste dagen van het jaar. Die nemen steeds verder af. In 2024 was de koudste dag nog -7,7 graden, en in 2025 is de verwachting -6,8 graden. “We verwachten in 2050 nog maar vier tot twaalf potentiële sneeuwdagen te hebben,” aldus Bult. 2024 was tot nu toe het warmste jaar ooit gemeten. Naast broeikasgassen dragen ook wolken, El Niño en de zon bij aan de opwarming van de aarde.
Het KNMI is al 170 jaar actief. Ze meten sinds 1854 het weer en proberen de verschijnselen in de lucht en op aarde te begrijpen en duiden. Nu, met de recente veranderingen in het weer, wordt dat steeds urgenter. De extremen van de natuur beïnvloeden de Nederlandse economie en welvaart en zorgen ook voor veiligheidsrisico’s. Dankzij mensen zoals Bult kunnen deze verschijnselen beter in kaart worden gebracht – en dus ook deze bijzondere extremen in het weer. Het jaar 2024 was het warmste jaar ooit, volgens het KNMI. Niet alleen in Nederland, maar wereldwijd. In De Bilt werden in 2024 28 zomerdagen gemeten: dagen waarop de temperatuur boven de 25 graden uitkomt. Bult vond dit al een vrij warme zomer, maar het was volgens hem niet de warmste zomer die Nederland ooit heeft gehad. Hij liet zien dat er in 2018 maar liefst 55 zomerdagen werden gemeten. Het aantal tropische dagen (dagen waarop het boven de 30 graden is) was in 2024 vier. In 2018 waren dat er negen.
El Niño is een weerfenomeen dat zich voordoet in de Stille Oceaan, voor de kust van Noord-Peru en Ecuador. Het zorgt voor opwarming van het zeewater langs de evenaar en dit heeft invloed op het weer in meerdere delen van de wereld. Als wolken in een bepaalde vorm voorkomen, kunnen ze warmte vasthouden, waardoor de aarde opwarmt. Broeikasgassen, zoals CO₂, zijn een van de grootste klimaatvervuilers. En de zon komt dichter bij de aarde te staan. Deze fenomenen dragen allemaal bij aan het veranderende klimaat. Er is echter niet één enkele oorzaak, vindt Bult. Volgens hem kunnen klimaatexperts nog steeds niet één specifieke oorzaak aanwijzen voor de opwarming van de aarde. Hoe we nu nog kunnen genieten van warme zomerdagen, zal over een paar jaar misschien niet meer mogelijk zijn – tenzij we verandering brengen, zegt Bult. Het helpen stoppen van klimaatverandering is voor hem erg belangrijk. Hij reist al minder met de auto en scheidt altijd zijn afval.