Wonen in een monumentaal pand van architect Dudok midden in het centrum van Hilversum. Dat klinkt misschien te mooi om waar te zijn, maar is het dat ook? De 58-jarige Lodewijk Lamers, adviseur erfgoed en ruimte bij de Rijksdienst Cultureel Erfgoed, weet hier alles van. Hij beschermt verschillende stadsgezichten (gebieden met historische of culturele waarde) in Hilversum. Woon je in een erfgoedpand en wil je je woning duurzamer maken door bijvoorbeeld zonnepanelen op je dak te plaatsen? Dan kom je met Lamers en zijn collega’s in aanraking. ‘Alles in Hilversum ademt Dudok, dus het is lastig om een pand duurzamer te maken zonder de culturele waarde hiervan aan te tasten.’
Wat zijn de belangrijkste uitdagingen bij het combineren van erfgoed en duurzaamheid in Hilversum?
‘Je ziet met name bij de woningen die Dudok in Hilversum heeft ontworpen grote dakvlakken, en die daken zijn heel belangrijk in de architectuur van Dudok. Wanneer je hier dus zonnepanelen op gaat plaatsen, verandert het beeld van deze woningen enorm. Niet alleen zonnepanelen, maar ook bijvoorbeeld de isolatie van een pand kan in strijd zijn met het behouden en beschermen van het erfgoed in Hilversum. Toch zijn we altijd op zoek naar een tussenweg. Natuurlijk willen we dat een stad ook duurzamer wordt, daarom kan het beschermen van monumentale panden zeker een uitdaging zijn.’
Zijn er in Hilversum voorbeelden van gebouwen die duurzaam zijn gerenoveerd zonder het historische karakter te verliezen?
‘Een interessant voorbeeld is het project ‘Dudok revisited, inmiddels alweer zo’n 15 jaar geleden. Bij dit project zijn Dudokwoningen in Hilversum Oost opnieuw opgebouwd met historische kenmerken en zijn de woningen volgens huidige wooneisen geïsoleerd en verbeterd. Ondanks de grootschalige vernieuwing is de wijk goed herkenbaar gebleven als een van de uitbreidingswijken van Dudok. Een ander voorbeeld is het welstandbeleid van de gemeente Hilversum. De woningen van Dudok zijn vaak op dezelfde manier ontworpen. Wanneer iedereen dus lukraak op eigen houtje zijn woning gaat verduurzamen, valt die eenheid van het monument weg. De gemeente heeft op grond van advies van de rijksoverheid bedacht om bijvoorbeeld alle zonnepanelen op één rechte lijn te leggen. Op deze manier bleef de eenheid van het erfgoed behouden en was er ruimte voor duurzaamheidsmaatregelen zoals het plaatsen van zonnepanelen.’
Uit nieuwe cijfers van het CBS is gebleken dat zonnepanelen toch niet zo winstgevend waren als gedacht. Wat vindt u hiervan?
‘Ja, het is natuurlijk jammer dat het toch minder lucratief was dan gedacht, vooral na de moeite die de gemeente erin heeft gestoken om het mooi aan te laten sluiten bij de monumentale panden. Naast dat sommige zonnepanelen korter meegaan door slechte kwaliteit, wat overigens ook niet duurzaam is, wordt vanaf 2025 ook de salderingsregeling afgebouwd. Dit houdt in dat de stroom die je met je zonnepanelen opwekt, maar niet zelf gebruikt, kunt teruggeven aan het elektriciteitsnet. Je krijgt hiervoor hetzelfde bedrag als dat je betaalt voor stroom die je van het net haalt. Vanaf dit jaar krijg je minder geld voor de stroom die je teruggeeft en vanaf 2031 verdwijnt deze regeling helemaal. Ondanks deze cijfers ben ik nog steeds blij dat er wel mogelijkheden zijn om duurzaam stroom op te wekken.
In hoeverre is erfgoedbescherming een prioriteit voor de gemeente Hilversum?
‘Ja, het is vaak wettelijk verplicht dat de gemeente rijksmonumenten onderhoudt, dat is ook gewoon in de erfgoedwet vastgelegd. Dit geldt ook voor de drie beschermde stadsgezichten van Hilversum: Oost, Zuid en Villapark. Alles bij elkaar heb je het dan wel over de helft van het stedelijk gebied van Hilversum, waardoor de gemeente niet zomaar alles op haar eigen manier kan verduurzamen. De gemeente Hilversum vindt het belangrijk dat het erfgoed behouden blijft, maar moet tegelijkertijd aan de duurzaamheidsvereisten voldoen. Het is dus eigenlijk een beetje dubbel beleid dat ze moeten voeren.’
Hoe denk je dat de toekomst eruit gaat zien voor erfgoed in Hilversum?
‘Ik hoop dat duurzaamheid en erfgoed hand in hand kunnen gaan. Ik denk zelf ook dat hier zeker mogelijkheden voor zijn. Kijk, misschien komen er in de toekomst nieuwe uitvindingen waardoor je op een betere manier met duurzaamheidsmaatregelen om kunt gaan. Je hebt nu bijvoorbeeld dakpannen die zijn gemaakt in de vorm van zonnepanelen, hierdoor vallen ze veel minder op en wordt het ‘beeld’ van monumentale panden niet verstoord. Het is nu nog behoorlijk duur en worden nog relatief weinig toegepast, maar ik hoop dat er in de toekomst veel ruimte is voor dit soort innovaties.’