Hilversum

Selecteer Pagina

‘Inspiratie komt door iets doen.’

‘Inspiratie komt door iets doen.’

Foto: Rowan van Ommen, Govert Muijs bij zijn schilderij 'Storm.' Het water is een loopende video.

Govert Muijs is een kunstschilder en leraar die zich over veel verschillende kunstvormen verwerpt. Zijn focus ligt op portretten en schilderijen, waar hij projecties aan toevoegt. Zo komen beelden tot leven en gaat alles echt bewegen, oude en nieuwe technieken worden samengevoegd. Hij denkt graag ‘out of the box’, zo laat hij bijvoorbeeld een schilderij uit de lijst klimmen of hangen.

‘Het out of the box denken heeft vooral met mij te maken, ik wil uit dat kader klimmen. Ik wil niet beklemt zitten tussen dat vierkante rechthoekige vlak, maar daarbuiten ook kunnen kijken. Dat doe ik doormiddel van schilderijen en dan combineer ik video’s in mijn schilderijen, zodat ik meer kan vertellen door bewegend beeld te gebruiken. Schilderen is een beperkte kunstvorm, al helemaal in deze tijd. Het wordt ingehaald door andere technieken. We zijn een beetje de dinosaurus. Nu zijn er andere vormen om kunst te uiten.

‘Er zal altijd wel plek voor schilderijen zijn, kijk maar naar musea. Altijd zal er wel interesse voor blijven, zeker als we kijken naar de zeventiende eeuw. Het is ongelofelijk knap hoe dat allemaal geschilderd is. Dat blijft wel, het wordt alleen gedeeltelijk ingehaald door fotografie. Mensen laten het bijvoorbeeld printen op doek, of natuurlijk de vorm van digitale kunst. We hebben niet meer het monopolie, er is veel meer wat mogelijk is.’

‘Omdat er veel mogelijk is, komen er weer nieuwe mogelijkheden. Vandaar dat ik met videokunst bezig ben, dat kan nog veel verder gaan eigenlijk.’

‘Het idee voor videokunst is gekomen doordat ik bij een bedrijf in Veenendaal een hele grote wandschilderij had gemaakt, waarvan ik treinen op een muur liet rijden. Ik had een station geschilderd, station Haarlem, en door middel van projecties konden gigantische treinen rijden exact op de rails die ik geschilderd had. Ze kwamen dan aan op het station en daarna reden ze weer het beeld uit. Toen exposeerden we in een ander museum, ik ging daar met andere projecties aan de gang. Dat werd niet zo gewaardeerd. Ik dacht van: “Ja ik wil het wel in mijn schilderijen proberen te krijgen,” dus ik heb net zolang geëxperimenteerd tot ik het idee vond om het schilderij en de video naadloos in elkaar te laten aansluiten. Dat is mij ook eigenlijk gelukt.’

‘Ik zoek inspiratie dicht bij mijzelf eigenlijk. “Wat inspireert mij?” daar ga ik mee aan de gang. Dat is dan onder andere een tocht langs de Waddenzee, de eilanden bijvoorbeeld waar ik veel vertoef. Waar ik veel schilder, daar ben ik mee bezig. Daar voel ik me senang en dat wil ik ook uiten. Het gaat erom of er iets is wat je inspireert, ik zit niet vast in een onderwerp.’

‘Tijdens een creatief blok zit ik wel eerst helemaal vast, er komt niks uit mijn handen. Toen heb ik het een keer heel letterlijk genomen. Ik heb mezelf geschilderd, klemzittend in een lijst met een lijmklem op mijn hoofd. Ik zit vast, dan moet ik het heel erg forceren maar dan maak ik iets wat met mij te maken heeft. Ik ben het heel dicht bij mijzelf gaan zoeken. Het is heel erg letterlijk, ik zit klem in de lijst en nog meer klem door die lijmklem op mijn hoofd waar je niks uit komt. Doordat ik ermee bezig ben en het aanraak, dat ik echt klem zit heb ik het letterlijk vertaald en ben ik eruit gekomen. Je moet er mee bezig zijn, je kan niet maar wachten tot de inspiratie komt. Inspiratie komt door iets doen.’

‘Je kan niet op een zolderkamer blijven zitten en gevonden worden. Dat is ook een stukje wat je moet ontwikkelen, je moet jezelf verkopen. Eruit kruipen en geluk hebben, dan kan je jezelf makkelijk op de markt zetten. Dat heeft mij weer verder gebracht. Probeer aandacht te krijgen en maak iets waar je mee opvalt.’

Over de auteur

Rowan van Ommen

Rowan (Purmerend, 2004) studeert aan de SvJ. Zijn grootste interesses zijn films kijken, en alles daaromheen. Graag schrijft hij daar ook over, of over maatschappelijke problemen. Hij is erg sociaal en beweegt graag, en hij hoopt zijn energie in zijn stukken kwijt te kunnen. ‘Here’s to the fools who dream.’