Fotograaf Fjodor Buis over zijn carrière, stijl en de tentoonstelling RomanReuzen in museum Hilversum.
Hij fotografeerde voor Rolling Stone, werkte met filmsterren en trok met flitsers en statieven door de duinen voor een schrijversproject. Fotograaf Fjodor Buis blikt in Museum Hilversum terug op zijn nieuwste project ‘RomanReuzen’, een combinatie van portretten, podcast en verhalen van vijftig Nederlandse auteurs. “Ik hoop dat mensen de tentoonstelling uitlopen met een boek in hun hand”.
Hoe ben je ooit in de fotografie terecht gekomen?
“Fotografie begon voor mij als hobby. Op reisjes maakte ik graag foto’s, maar ik had nooit gedacht dat ik er mijn beroep van kon maken. Totdat ik een artikel las over de academie voor fotografie. Dat was geen kunstopleiding, maar een praktische vakopleiding. Dat sprak me aan. Uiteindelijk heb ik daar drie jaar gestudeerd, waaronder een stagejaar in New York. Daar kreeg ik de kans om voor een grote portretfotograaf te werken die onder meer voor Rolling Stone werkte. Een droomstart.”
Wat heb je meegenomen uit die tijd in New York?
“Vooral hoe belangrijk voorbereiding en vertrouwen zijn. En dat het soms ook gewoon een kwestie van geluk is, op de juiste plek met de juiste mensen. Maar ook durven. Daar is de basis gelegd voor mijn stijl en mijn manier van werken.”
Hoe zag jouw carrière eruit na je studie?
“Na mijn studie ben ik met paar studiegenoten een fotostudio in Haarlem begonnen. Die bestaat nog steeds. Inmiddels werken er wat meer mensen, maar ik zit er nog altijd.”
Wat voor type fotografie past het beste bij jou?
“Ik hou van projecten met snelheid en afwisseling. Je maakt iets, levert het op, en je gaat door. Anders dan bij een film, waar je jaren mee bezig bent. Die afwisseling en directe voldoening, dat past bij mij.”
Je nieuwste project is ‘RomanReuzen’, dat nu in Museum Hilversum te zien is. Hoe is dat ontstaan?
“Ik werk al tien jaar voor de uitgeverij Atlas Contact. Elk kwartaal fotografeer ik schrijvers, van fictie tot non-fictie. Op een gegeven moment dacht ik: Wat als we de vijftig meest aansprekende auteurs bundelen in een project? Ik ben naar Frank van der Linden gestapt ( mijn bovenbuurman in de studio) en hij besloot de interviews als podcast op te nemen. Toen ging het rollen, het werd een boek, een podcastserie, een tentoonstelling en een tournee langs scholen.”
Waarom wilde je juist schrijvers centraal stellen?
“Omdat ik zie hoe lezen langzaam verdwijnt. Ik heb zelf twee kinderen, de een verslindt boeken en de ander helemaal niet. Jongeren houden nog steeds van verhalen, maar ze nemen ze op via Netflix of TikTok. Maar als je leest, gebruik je je eigen verbeelding. Dat is een andere ervaring. Daarom laten we scholieren in onze tour de interviews zelf afnemen. Zo raken ze betrokken en hopelijk ook weer nieuwsgierig naar boeken.”
Hoe heb je de auteurs in beeld gebracht?
Ik heb ze op twee manieren geportretteerd. Een klassiek portret in daglicht, dichtbij en rustig. En een foto op een plek die voor hun betekenisvol is. Soms was dat een plek uit hun jeugd, of gewoon een omgeving waar ze zich prettig voelden. Dat betekende vaak sjouwen met flitsers en statieven, de duinen in, maar dat maakt het ook weer bijzonder. Ik wilde met die foto’s laten zien wie iemand echt is.”
Welke foto uit de reeks is je het meest bijgebleven?
“De foto van Wilma Geldof. We hadden afgesproken bij haar huis en door de hevige regenval stond daar alles onder water. Dat gaf een bijzondere sfeer aan de foto: bewolkt, een beetje mysterieus. Soms moet je gewoon geluk hebben. Of neem die foto van een schrijver met een kip op schoot. Het klinkt absurd, maar het werkte”
Je hebt veel verschillende projecten gedaan, waar ligt jouw hart als fotograaf?
“ik hou van projecten waar ik mijn eigen fascinaties in kwijt kan. Muziek bijvoorbeeld. Ik maakte ooit het project lijfliedjes, waarin jonge singer-songwriters hun dierbaarste lied speelden. Een-op-een bij mij in de studio. Dat zijn miniconcertjes voor jou alleen, heel intiem. Bij fotografie ben je heel intuïtief bezig, maar muziek raakt toch dieper. Dat vond ik heel bijzonder om te doen.
Is fotografie voor jou ooit spannend geweest?
“Nee, niet echt. Al was het wel even slikken toen ik Samuel L. Jackson moest fotograferen. Toch zijn dat vaak de makkelijkste mensen omdat ze al gewend zijn aan de camera. Moeilijker is het om een gewoon iemand op z’n gemak te stellen. Zeker in een studio waar lampen op je zijn gericht. Daarom is de sfeer ook zo belangrijk. Onze studio zit in een oud schoolgebouw met een houten vloer. Mensen voelen zich daar snel thuis.”
Wat hoop je dat bezoekers meenemen van de tentoonstelling in Hilversum?
“Nieuwsgierigheid. Dat ze een schrijver ontdekken die ze nog niet kenden. Dat ze denken: ik ga dat boek lezen. We gaan met de expositie ook het land in, langs scholen. Hopelijk raken jongeren opnieuw enthousiast over boeken. En als dat lukt, al is het bij een enkeling dan is mijn missie geslaagd.”